Hs 1 Atoombouw
1.1 Atoommodel
Het eerste idee over het bestaan van atomen werd al rond 460 voor christus ontwikkeld door de
Griekse filosoof Democritos. Hij ging er vanuit dat wanneer je een stukje materie in twee zou breken
je uiteindelijk een deeltje zou overhouden dat niet meer verder te breken is. Aristotoles ging ervan
uit dat alles was opgebouwd uit de vier elementen water, aarde, lucht en vuur.
In begin de negentiende eeuw voerde John Dalton verschillende experimenten uit. Hij kwam met een
nieuw atoommodel. Hij nam aan dat alle stoffen uit kleine bouwstenen zijn opgebouwd. Dit noemde
hij atomen. Met het atoommodel van Dalton kun je verklaren dat je veel stoffen kunt ontleden en
dat de massa van begin en eindproducten tijdens een chemische reactie altijd gelijk blijft. Jaren laten
zijn er wat aanpassingen aan het model van Dalton gesteld. Zoals:
De ontdekking van positieve en negatieve lading in het atoom door Joseph Thomson.
De ontdekking dat het atoom bestaat uit een heel kleine, positief geladen kern met
daaromheen een wolk van negatief geladen elektronen door Ernest Rutherford.
De positie die de elektronen in de elektronenwolk innemen, dankzij Niels Bohr.
Ontdekking van neutronen in de kern door James Chadwick.
Tegenwoordig gebruiken wij het atoommodel van Bohr. Een atoom is opgebouwd uit een kern met
daarin positief geladen protonen en ongeladen neutronen. Het grootste deel van de massa wordt
bepaald door de deeltjes in de kern. Rondom de kern bewegen negatief geladen elektronen.
Elektronen zijn altijd gelijk aan protonen. Er zijn zeven schillen, K, L, M, N, O, P en Q. K heeft
maximaal 2 elektronen, L maximaal 8 elektronen en M maximaal 18 elektronen. De verdeling van
elektronen over de schillen noem je elektronenconfiguratie. De elektronen in de buitenste schil zijn
de valentie-elektronen. Deze zijn betrokken bij het vormen van bindingen tussen atomen in een
molecuul.
De massa van een atoom is heel klein. Daarom is er een massa-eenheid bedacht die qua maat beter
past bij de massa van een atoom. De atomaire massa-eenheid u. 1u komt overeen met 1,66x 10^-27
kg. De lading van een proton en elektron is even groot, maar tegengesteld. Lading voor atomaire
deeltjes wordt de elementaire ladingsquantum e. 1 e is gelijk aan 1,6x 10^-19 Coulomb. Neutronen
zijn ongeladen.
Atoomnummer = aantal protonen= aantal elektronen
Massagetal= aantal protonen + aantal neutronen.
In tegenstelling tot het atoomnummer kan het massagetal van een atoomsoort wel variëren. Atomen
van hetzelfde element die een verschillend aantal neutronen in de kern hebben, noem je isotopen.
Hetzelfde aantal protonen, maar een verschillend aantal neutronen. In binas tabel 25a staan alle
isotopen.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller irisbroekhoven. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.33. You're not tied to anything after your purchase.