Longitudinaal Onderzoek (LO)
Wat gaan we doen:
Type onderzoeksvraag: verbanden tussen twee of meer variabelen.
o Meestal: effect onderzoeken ligt model ten grondslag.
1. Formuleren van een model o.b.v. eerder onderzoek/theoretische
overwegingen.
2. Dataverzameling en toetsing of het model statistisch is: vraag
beantwoord.
Univariate modellen = modellen met één afhankelijke variabele.
Thema 1: Inleiding
Leerdoelen thema 1
a) U bent bekend met de criteria die gelden bij het toetsen van causale
relaties.
b) U kunt beschrijven wat longitudinale data zijn.
Longitudinale data = wanneer bij onderzoekseenheden dezelfde informatie op
meerdere tijdstippen wordt gemeten.
o Voordeel: intra-individuele data (binnen persoon).
o Vorm: panel-onderzoek (Lazerfeld, 1940): cross-lagged-effect van
luisteren (gemeten op tijdstip t) op kopen (gemeten op tijdstip t+1) te
vergelijken met het cross-lagged-effect van kopen (t) op luisteren (t+1)
zou er een uitspraak over het causale effect kunnen worden gedaan.
Dataverzamelingsmethoden die longitudinale data opleveren:
Single case design:
o Doel: verschil op een/meer variabelen voor en na een interventie te
vergelijken. Of, sprake is van een trend in AV.
o Combineren van verschillende single-case-studies gebeurt meestal met
multilevel-analyses.
ESM (Experience Sampling Method):
o Meerdere keren, op willekeurige momenten per dag, bij mensen een kort
vragenlijstje afgenomen gedurende een aantal dagen.
o Idee: welke psychologische processen zich dagelijks binnen een
persoon afspelen.
o Is intensieve longitudinale desings.
o Analyse: multi-level-analyses.
1.1 Causaliteit
= verondersteld dat er sprake is van een/meer OV en een/meer AV, waarbij OV
effect heeft op AV.
3 voorwaarden:
1. OV in tijd voorafgaan aan AV.
2. Statistisch significant verband tussen OV en AV.
1
, 3. Relatie tussen OV en AV wordt niet veroorzaakt door een derde, mogelijk
onbekende, variabele.
Voorwaarde 2 zegt niets over de grootte van het verband dus ook niet over het
belang/relevantie ervan. Dit moet a.d.h.v. effect size worden bekeken:
regressieanalyse = gestand. beta.
Te kleine steekproef, dus te weinig power (kans bestaand effect te vinden) doet
zich extra sterk voor bij interactie-effecten.
o Moderatiemodellen: grotere datasets worden gebruikt dan modellen met
een hoofdeffect.
Methode causale relatie te onderzoeken:
o Zuiver experiment: voorwaarde 2 toetsen, en is zo opgezet dat aan
voorwaarde 1 wordt voldaan. Door randomisatie: invloed onbekende
reduceren/covariaat meenemen: voorwaarde 3 voldaan.
Survey kan geen uitspraken doen over causale relaties: enkel voorwaarde 1
voldaan.
Longitudinale methoden
Van belang: goed gefundeerde theorie ten grondslag aan veronderstelde causale
effecten (niet duidelijk 3e voorwaarde kan worden voldaan).
o Probleem: tijdsinterval tussen metingen
o Kort: geen causaal effect
o Lang: allerlei storende factoren een rol gaan spelen.
Probleem causaliteit vermijden exploratief onderzoek = men wil indruk
krijgen over bijv. de verdeling van variabelen en welke verbanden er in de data
aanwezig zijn of classificatieproblemen.
o Vb.: “Wat zijn mogelijk belangrijke predictoren voor een bepaalde
onafhankelijk variabele en welke covariaten spelen een rol?”.
o Vb. classificatieproblemen: “welke potentiële klant wordt een wanbetaler
en wie niet”.
O.b.v. exploratief onderzoek en onderbouwde theorie vervolgonderzoek
wellicht een experiment ontwerpen waarmee causale verbanden kunnen worden
getoetst.
Moderatie en Mediatie
Moderatie = wanneer een variabele het effect van een andere variabelen op
een criteriumvariabele beïnvloedt interactie-effect is aanwezig.
o Moderatiemodel = causaal model: eisen voldoen: valide uitspraken.
o OV en moderator T1 (of vormen experimentele conditie) en AV op
T2.
Mediatiemodel = veronderstellen we dat het effect van een variabele op een
andere (deels) wordt verklaard door een derde variabele.
o Verschaffen inzicht hoe bepaalde causale processen verlopen.
o 3 meetmomenten.
o 3 vragen naar causaliteit:
o OV heeft causale invloed op de mediator
o Mediator heeft causale invloed op de AV
o OV heeft causale invloed op AV
2
, 1.2 Longitudinale modellen
Longitudinale data = onderzoekseenheden (personen) dezelfde informatie op
meerdere tijdstippen wordt gemeten.
o Voordeel: intra-individuele veranderingen worden gemeten (binnen
persoon).
o Toepassingen:
o Effect van interventie te evalueren.
o Van een fenomeen een patroon/trend in de tijd te ontdekken (bijv.
monitoren politieke voorkeuren van groep individuen gedurende
verkiezingstijd).
Aantal metingen en tijdsintervallen afhankelijk van hoe lang de gehele studie
moet duren.
X = OV
M = mediator
Y = AV
= verbanden tussen verschillende variabelen
binnen een “wave” (hetzelfde tijdstip gemeten) =
cross-sectionele studie
Figure 1 Conceptueel model longitunale
data
3D-datatabel: N x K x T = verbanden tussen dezelfde variabelen,
Dimensie 1: N gemeten op verschillende tijdstippen = auto-
Dimensie 2: variable (K) regressieve verbanden – gaat om regressie van
Dimensie 3: tijdsdimensie variabelen met zichzelf (op een ander tijdstip).
(waves = T) o Effect kan nooit terug in tijd gaan: hebben
dus één richting.
Rangschikking: N(rijen) en K x T
(kolom) Lag-1-effect = effect tussen twee op een volgende
tijdstippen.
Lag-2-effect = gaat twee stappen vooruit (bijv.
tussen X1 en X3)
cross-lagged-verbanden = verbanden tussen
verschillen variabelen op verschillende tijdstippen
(Bijv. tussen X1 en M2).
o Ook richting verondersteld: altijd in de
richting van de meest recent gemeten
variabele.
(Thema 1)
Boven: eenvoudig moderatie-effect
Beneden: bijbehorende statistische model met
interactieterm
o Welke coëfficiënten in het model geschat
worden.
OV en M gemeten op T1 en AV op T2.
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller SelinaG. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.33. You're not tied to anything after your purchase.