100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Elementair Formeel Strafrecht (2022/2023) Inleiding Formeel Strafrecht ISTRF $6.97
Add to cart

Summary

Samenvatting Elementair Formeel Strafrecht (2022/2023) Inleiding Formeel Strafrecht ISTRF

 8 views  0 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Samenvatting van alle opgegeven literatuur voor het vak Inleiding Formeel Strafrecht 1e jaar HBO-Rechten. Ook de jurisprudentie staat in deze samenvatting.

Preview 4 out of 41  pages

  • Yes
  • March 27, 2023
  • 41
  • 2022/2023
  • Summary
avatar-seller
📗
ISTRF alle literatuur +
jurisprudentie
Elementair Formeel Strafrecht

1.2 Karakter Nederlandse strafproces
Inquisitoire procesvorm

verdachte is geen gelijkwaardige procespartij

verdachte heeft geen zelfstandige rechten en bevoegdheden

waarheidsvinding staat centraal

strafrechter is actief; ondervraagt zelf getuigen en doet zelf onderzoek

Accusatoire procesvorm

proces tussen twee in theorie gelijkwaardige partijen

partijen verantwoordelijk voor aanbrengen van bewijsmateriaal

officier van justitie en verdediging hebben dezelfde rechten

partijen bepalen welke onderzoekshandelingen plaatsvinden en hoe

rechter bewaakt de regels van het proces

het proces is in beginsel openbaar

Nederlandse strafproces is een combinatie van beide procesvormen. De laatste decennia meer
accusatoire kenmerken bij vooral het onderzoek ter terechtzitting. Het vooronderzoek is nog wel
meer inquisitoir, zo heeft de overheid de mogelijkheid om dwangmiddelen te gebruiken.
Het EHRM vindt adversarial proceedings heel belangrijk: de verdediging moet in een strafproces
de gelegenheid hebben om bewijs in te brengen en mag reageren op het bewijs van de officier
van justitie.


ISTRF alle literatuur + jurisprudentie 1

, 1.3 Opportuniteitsbeginsel
Het OM heeft in Nederland het vervolgingsmonopolie want enkel zij bepaalt of tot vervolging
van een strafbaar feit over wordt gegaan. Dit opportuniteitsbeginsel staat in art. 167 en 242 Sv.
Het doel is om het legaliteitsbeginsel minder hard te maken; dit stelt dat de overheid elk strafbare
feit moet vervolgen. Echter is niet in elk geval vervolging de beste oplossing.
Niet-ontvankelijkverklaring van het OM als vervolging wordt doorgezet terwijl er geen oordeel
is dat daardoor een door strafrecht beschermd belang geholpen wordt, dan kan de rechter met
zware motiveringseisen besluiten om de zaak stop te zetten.


1.4 Beroepsrechters in plaats van juryrechtspraak
In Nederland worden burgers niet betrokken in de rechtspraak, wij hebben enkel mensen die
rechter zijn als beroep. Andere landen hebben andere systemen. →Duitsland betrekt burgers en
Amerika heeft juryrechtspraak


1.5 Nemo tenetur en zwijgrecht
Nemo teneturbeginsel niemand hoeft actief meewerken aan zijn eigen veroordeling, kan daar niet
toe gedwongen worden en tot de veroordeling wordt men als onschuldig gezien.

1. pressieverbod art. 29 Sv
een verdachte kan niet worden verplicht een verklaring af te leggen aangezien het dan
niet vrijwillig is gedaan

2. procesautonomie van de verdachte

3. betrouwbaarheid van het bewijs

Beschermd zijn alle uitingen die betrekking hebben op bijvoorbeeld de positie die de betrokkene
in een proces inneemt of in een eventueel proces zou kunnen innemen.

Het pressieverbod van art. 29 Sv zorgt ervoor dat een verdachte niet kan worden verplicht tot het
afleggen van een verklaring als niet kan worden gezegd dat deze in vrijheid is afgelegd. In art. 6
EVRM staat dat als er tegen de verdachte een vervolging is, de verdachte het recht heeft om te
zwijgen. Art. 6 lid 1 EVRM verzet zich niet tegen het gebruik van het materiaal dat als bewijs in
een strafzaak onder dwang is afgestaan door de verdachte (DNA-onderzoek, blaastest).

Als een bepaalde omstandigheid een verdachte op het eerste oog erg belast, dan mag van hem
worden verwacht dat hij hierover uitleg geeft. Bij onschuld is dit natuurlijk makkelijk, maar



ISTRF alle literatuur + jurisprudentie 2

, verklaart de verdachte niet dan mag de rechter dit meenemen in de bewijsoverwegingen.


1.7 (Strafvorderlijk) rechtsbeginsel
Het gehele strafprocesrecht moet in een formele wet geregeld worden, art. 1 Sv.

bewaakt de rechtszekerheid

draagt zorg voor een integere procedure

beschermt de burger tegen inbreuken op fundamentele rechten door de overheid

Lastig tegenwoordig omdat er zo snelle ontwikkelingen zijn in met nieuwe onderzoeksmethodes
die nog niet in een formele wet staan. Als er een niet specifieke in de wet geregelde opsporing
wordt gebruikt die op een beperkte wijze inbreuk maakt op grondrechten van burgers dan mag de
politie het gewoon gebruiken zonder specifieke wettelijke grondslag, art. 3 Politiewet.


1.8 Geen procedure zonder verdenking
De vraag of een persoon is aan te merken als verdachte is met name van belang bij de vraag of en
zo ja, welke strafvorderlijke dwangmiddelen kunnen worden gebruikt tegen iemand tijdens een
opsporingsonderzoek.
Aan de ene kant zal door de verdediging vaak betwist worden of iemand wel als verdachte kon
worden aangemerkt om de rechtmatigheid van de aanhouding te betwisten. Tegelijkertijd wordt
ook wel eens bepleit dat iemand tijdens de staandehouding al verdachte was omdat een verdachte
in het Nederlandse strafrecht weer handige rechten heeft. →voeren van het woord, recht op
processtukken, recht op rechtsbijstand, cautie, laatste woord


1.9 Onschuldpresumptie
Onschuldpresumptie (preasumptio innocentiae) iemand wordt gezien als onschuldig tot het
tegendeel is bewezen.
Het is een mensenrecht en staat dus in art. 6 lid 2 EHRM.

waarden en eisen uit rechtspraak van het EHRM hierover

1. behandeling als onschuldige vóór het proces door vervolgingsautoriteiten en media

2. verbod op vooringenomenheid van de rechter (garantie van een onpartijdige en
onafhankelijke rechtsgang) art. 271 lid 2 Sv




ISTRF alle literatuur + jurisprudentie 3

, 3. verbod op punitief voorarrest

4. terughoudend gebruik van voorlopige hechtenis

5. zwijgrecht

6. nemo tenetur (verbod gedwongen mee te werken aan de eigen veroordeling)

7. bewijslast bij de vervolgende instantie

8. bij twijfel vrijspreken

Uitleg over absence of prejudice or bias


1.10 Recht op rechtsbijstand
In Nederland geldt het principe dat rechtsbijstand toegankelijk moet zijn voor iedereen, art 28 lid
1 en 2 Sv.
Toevoeging de juridische kosten voor een advocaat worden grotendeels door de staat betaald als
iemand niet in staat is om zelf te betalen voor goede juridische hulp. Het bedrag dat de verdachte
zelf betaalt hangt af van zijn of haar inkomen en vermogen.
Raad van de Rechtsbijstand instantie waar het verzoek voor gesubsidieerde rechtsbijstand wordt
ingediend.

Art. 6 lid 3 onder c EVRM geeft de verdachte het recht om zichzelf te verdedigen of bij te laten
staan door een advocaat. In de Nederlandse wetgeving werkt deze regel dus door via art. 28 lid 1
Sv. Toevoeging van een advocaat is in sommige gevallen zelfs verplicht, art. 41 Sv als de
verdachte in voorlopige hechtenis is of was.

Verdachten mogen kiezen of ze bij zitting zichzelf verdedigen of dit laten doen door een
advocaat, ook als de raadsman is toegevoegd. Ingevolge regel 9 Gedragsregels 1992 voor
advocaten mogen advocaten geen handelingen verrichten tegen de wil van hun cliënt in. Dus een
advocaat mag niet optreden als de verdachte ervoor kiest zichzelf te verdedigen en dus afstand
doet van het recht op rechtsbijstand.

Als de verdachte nog geen 16 is dan krijgt de raadsman ook alle bevoegdheden die de verdachte
krijgt, art. 503 lid 1 Sv. Dit geldt ook bij mensen met een zodanige gebrekkige ontwikkeling of
ziekelijke stoornis van de geestvermogens waardoor ze niet in staat zijn hun belangen behoorlijk
te verdedigen, art. 509a Sv jo. art. 509d lid 3 Sv. Dan is er geen mogelijkheid voor afstand van
het recht op rechtsbijstand.




ISTRF alle literatuur + jurisprudentie 4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller AnnavanH. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.97. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

53340 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.97
  • (0)
Add to cart
Added