Samenvatting economie eerste jaar bachelor sociaal werk. Hierbij heb ik de hoofstukken 1 -7 samengevat. Niet de hoofdstukken zelf studie 14-16, deze staan hier niet in. Voor dit vak haalde ik een 13/20. En studeerde hierbij ook de oefenexamens die op toledo staan.
uitleg= wanneer de bevrediging
afhankelijk is van een collectieve
beslissing of inspanning
3.2 Kenmerken van behoeften
=Behoeften: betreft hoofdzakelijk materiële behoeften. ook behoeften aan
diensten zoals doktersconsults, vliegtuigreizen,
4 Belangrijke kenmerken
1) Rangorde
= behoeftenpiramide van maslov
2) herhalend
3) veranderlijk
4) vermenigvuldigbaar (zie curve)
,Curve: Verband economie en geluk
Hieruit kunnen we afleiden dat
geld tot een bepaald hoeveelheid
gelukkig maakt
Let op bij een daling van geld,
goederen,.. daalt het geluk ook
4. Economische goederen (wel eindig)
= Goederen= goederen en diensten
Kiezen is verliezen..
→ meer van het ene is minder van het andere
→ Elke keuze brengt baten en offers met zich mee
dit geldt voor:
- Kiezen als individu, als groep, als gemeenschap, als samenleving … en
kiezen als onderneming
bv als een onderneming beslist om de lonen te verhogen, dan kan datzelfde geld
niet meer uitgegeven worden aan de opleiding van de medewerkers.
- Kiezen in luxe of kiezen in armoede …
bv rijke mensen zijn ook onderhevig aan kiezen is verliezen
- Kiezen vroeger of kiezen nu
, Bij de offers van een keuze bestaan vaak “ Opportuniteitskosten’
= kosten van de baten die je misloopt.
bv opportuniteitskost van een leegstaand gebouw is de huur die je misloopt.
(het gebouw verliest zijn waarde niet dus de eigenaar verliest niets. Maar hij
verliest de huur, het geld die hij kan krijgen van mensen die het gebouw zouden
huren.)
4.1 Kenmerken
Economische goederen bevat:
1) schaarste= er moet een offer voor gebracht worden
2) Nuttig= Kunnen aan behoeften voldoen
4.2 Soorten goederen
- goederen (in enge zin) en diensten
= goederen kun je vastpakken, (bv gsm, laptop)
=diensten niet vastpakken (bv naar de dokter, verzekering sluiten)
(‘Vastpakken versus niet vastpakken’)
- consumptie- en kapitaalgoederen
consumptiegoederen =zijn bestemd voor direct gebruik of verbruik door de
consument en dienen niet voor verdere productie. (bv matras in auto voor te
slapen) → verbruiken we om aan behoeften te voldoen
kapitaalgoederen = zijn door de mens voortgebrachte productiemiddelen om
gebruikt te worden in het productieproces en dragen onrechtstreeks bij tot de
behoeftebevrediging.(busje voor werk gebruiken)
(‘verbruiken of gebruiken als eindconsument versus gebruiken om iets anders
mee te produceren’)
- duurzame en niet-duurzame goederen
duurzame= herbruikbaar (bv koffie uit een tas)
niet-duurzaam= niet herbruikbaar “op is op” ( bv koffie uit een wegwerp beker)
(‘herbruikbaar versus op-is-op’)
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller noavervisch. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.74. You're not tied to anything after your purchase.