▪ vindt haar oorsprong in de activiteiten van de onderneming
Ondernemingen doen inkopen (hout, metaal), investeringen (machines)
-> betalen niet per se direct, kan ook later = schuld
Vordering = geld tegoed van een klant (rekening die nog open staat)
=> nood aan administratie voor zowel korte als lange termijn: boekhouding
▪ doel is "informatie verstrekken over de drie bedrijfscycli van een entiteit (iets dat een
bestaan heeft of bestaat)
o Operationele cyclus = dagelijkse activiteit (aankoop/verkoop op korte termijn +
lonen)
o Investeringscyclus = op langere termijn: machines voor 20j, gebouwen
o Financieringscyclus = van waar halen we het geld (financieel vlak van activiteiten)
Doelstelling is verzamelen + verwerken en rapporteren van financiële informatie
-> voor zowel interne (management) als externe (klanten, aandeelhouders) gebruikers
-> voor banken, schuldeisers, werknemers, overheid, maatschappij,…
▪ Boekhoudprincipes!
o De boekhoudkundige entiteit = geen privékosten in jaarrekening van onderneming
o Principe van periodiciteit = steeds rapporteren over dezelfde periode
o Continuïteitsbeginsel = er van uitgaan dat onderneming blijft bestaan zolang onderneming
rechten en plichten heeft (schulden, vorderingen, …)
o Kwantitatief = alles kwantificeren: geen subjectieve waarden zoals klantentevredenheid
o Getrouw beeld = jaarrekening mag geen verkeerd beeld over onderneming geven aan
externe
▪ Waarderingsregels!
o Geldwaarde-uitdrukking = alles in munteenheid (geen kilogram,…)
o Historische kost = zaken waarderen aan aanschaffingswaarde (bv hout, machines)
o Realisatieprincipe = opbrengsten worden pas geboekt wanneer rechten worden
overgedragen, bv wanneer meubel wordt geleverd, ook al is die vroeger besteld
o Overeenstemmingsprincipe = alle kosten worden in dezelfde periode als gelinkte
opbrengsten geboekt
o Materialiteit = geen materiele fouten
o Voorzichtigheid = geen te grote risico's nemen, kosten en schulden niet onderschatten,
kosten voorzien
, o Consistentie = altijd zelfde principes toepassen (bv als je LIFO kiest blijf je daar ieder jaar bij)
o Volledigheid = alles rapporteren, alle verrichtingen en activiteiten
• Compensatieverbod = bv als A bij B iets koopt maar ook omgekeerd, niet enkel
verschil inboeken maar beide bedragen volledig
o Objectiviteit = alles zo objectief mogelijk registreren (zoveel mogelijk bewijsstukken
(facturen,…))
• Principe van verantwoordingsstukken
=> basis van boekhoudrecht
▪ Nationale boekhoudwetgeving
▪ IFRS (Internationale ondernemingen moeten boekhouding ook volgens IFRS schrijven)
▪ CBN: adviesorgaan: advies geven omtrent interpretatie wetgeving
▪ Drie standaardmodellen rond jaarrekening
o Volledig model (grote vennootschappen)
o Verkort model (kleine vennootschappen)
o Micromodel (microvennootschappen)
o Onze cursus: focus op Naamloze Vennootschap (NV) = volledig model
Hoofdstuk 2: Basisaspecten
Boekhouden = noteren van gevolgen van beslissingen en activiteiten, overeenkomstig
boekhoudprincipes en boekhoudrecht
De boekhouding = het concretiseren van boekhouden in boeken, fiches, bestanden,…
De jaarrekening = periodieke synthese van de registratie
▪ Enkelvoudige jaarrekening = JR van 1 onderneming
▪ Geconsolideerde jaarrekening = JR van groep ondernemingen (grote ondernemingen)
JR bestaat uit:
• Balans = momentopname
• Resultatenrekening = overzicht van alle opbrengsten en kosten over een bepaalde
periode (Bv een jaar)
• Toelichting = additionele informatie (afschrijvingen,…)
= jaarrekening
-> volstaat voor kleine onderneming
Stelsels van boekhouden
▪ Cash-based accounting (kasboekhouden) = opbrengsten en uitgaven erkennen op moment
dat contant wordt ontvangen of uitbetaald
• Studentenverenigingen,… niet voor ondernemingen!
▪ Accrual-based accounting
• Enkel boekhouden
• Financieel dagboek
• Aankoopboek
• Verkoopboek
, • Inventarisboek
▪ Genoeg voor bv eenmanszaak
▪ Geen openbaarmaking
▪ Te weinig info om financiele gezondheid op te volgen
• Dubbel boekhouden
• Elke verrichting tegenboeken
▪ Aankoop + schuld inboeken
• Gedetailleerder
▪ Voor grotere ondernemingen
Dubbel boekhouden
▪ Dual effect principle = zelfde bedrag debiteren en crediteren
• Debittotaal = credittotaal
▪ Zaaktheorie: de zaak
• Bezittingen B
• Schulden S
• Onafhankelijk van de eigenaar
• Entiteitsbeginsel = De zaak is een zelfstandige eenheid met B en S
• Gefinancierd met
• eigen vermogen = kapitaal geinvesteerd in de onderneming door eigenaars,
aandeelhouders (=schuld tov eigenaars,…)
• vreemd vermogen = schuld ten aanzien van bank, leveranciers,…
• Boekhoudkundige vergelijking : Bezittingen = eigen vermogen + vreemd vermogen
=> De zaak = de onderneming en leidt een volledig zelfstandig en onafhankelijk leven
▪ bij elke transactie moeten minstens twee rubrieken van de balans veranderen opdat de
balans op elk ogenblik en na elke transactie in evenwicht is = dubbel boekhouden!
De balans
▪ Onderdeel van JR
▪ Momentopname
, ▪
▪ Soorten balansen:
• Beginbalans = begin van periode -> zelfde als eindbalans van vorige periode
(continuïteit)
• Eindbalans = eind van periode
• Oprichtingsbalans = start van onderneming
• Tussentijdse balans = om de 3 maanden
• Balans van de enkelvoudige jaarrekening = voor 1 enkele entiteit
• Geconsolideerde balans = voor een groep
• Fiscale balans = geeft beeld van belastbare winst
• Proef- en saldibalans = controlemiddel, zijn boekingen correct ingeboekt?
• Etc.
• Wij gebruiken altijd commerciële balans, overzicht van vermogen van onderneming
▪ Opgesteld volgens vast schema:
▪
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller maximeddw. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.75. You're not tied to anything after your purchase.