Summary
Nederlands samenvatting Argumentatieleer
- Course
- Level
Overzichtelijke en duidelijke samenvatting met duidelijke uitleg begrippen en voorbeelden.
[Show more]
Seller
Follow
yasmijnstoetman
Content preview
ArgumentatieleerParagraaf 19 – overtuigen
Onethisch: bedreigen, manipuleren, chanteren
Ethisch: psychologische handigheidjes
Wederkerigheid: als jij iets voor een ander doet, zal hij iets voor jou willen doen.
Consistentie: wie ja heeft gezegd tegen je eerste voorstel, zal ook ja willen zeggen
tegen je volgende voorstel.
Sociale bewijskracht: iemand zal eerder ja zeggen als een anderen dat ook doen.
Sympathie: de ander zegt eerder ja als hij je aardig vindt.
Autoriteit: als je meer kennis hebt van iets, word je overtuigender gevonden.
Schaarste: als er weinig van iets is, dan willen mensen het sneller hebben.
Argumenteren = met taal proberen de ander te overtuigen
Standpunt = mening over een bepaalde zaak (ook wel: visie, opvatting, stelling,
claim of conclusie).
Ik denk dat we beter niet naar de kroeg kunnen gaan.
Je herkent een standpunt aan signaalwoorden als: ik vind, volgens mij, ik denk dat,
mijn conclusie is, dus, daarom, kortom
Argumenten = uitspraken die een mening of standpunt ondersteunen, of aantonen
dat een mening onjuist is.
Een argument kan voor of achter het standpunt staan.
Je herkent argumenten vaak aan signaalwoorden als: want, omdat, namelijk,
aangezien en immers.
Marketing manager: We moeten ook via internet onze producten gaan
verkopen. Ik spreek namelijk geregeld met klanten die het jammer vinden dat
ze bij ons niet via internet kunnen bestellen. Ook onze concurrenten bieden
hun producten via internet aan.
Argumentatie, het betoog of de redenering = alle argumenten bij elkaar.
, Tegenargument = een uitspraak die laat zien waarom een standpunt onjuist is.
Weerlegging = een argument ontkrachten.
Een tegen argument richt zich op een standpunt; een weerlegging richt zich op een
argument.
Feitelijke uitspraak = is vast te stellen of hij waar is dan wel onwaar.
Waarderende uitspraak = is dat niet vast te stellen; het behelst een oordeel van wat
goed of slecht, mooi of lelijk is.
Oplossen = beide partijen gaan na een gesprek of discussie akkoord gaan met een
gemeenschappelijke oplossing.
Constructief = het is gericht op de oplossing.
Beslechten = het meningsverschil is niet opgelost en blijft bestaan, maar een van de
partijen dient zich neer te leggen bij de uitkomst.
Paragraaf 20 – argumentatiestructuren
Feitelijk argument = je kunt aangeven of het ‘waar’ of ‘niet waar’ is (het is
controleerbaar). Je hebt kennis nodig over het onderwerp.
Je beoordeelt de aanvaardbaarheid van een feitelijke argumenten: je schat de
argumenten op waarde.
Waarderend argument = is niet controleerbaar, ze zijn niet ‘waar’ of ‘onwaar’. Je
kunt er wel een oordeel over hebben. Heeft vaak zelf weer een ondersteunend
argument nodig.
Enkelvoudige argumentatie = je ondersteunt je standpunt met één argument.
Dat was geen leuk festival. De hoofdact kwam niet opdagen.
Onderschikkende argumentatie = je geeft niet alleen een argument, maar
ondersteund ook nog eens dat argument met een ander argument.
Dat was geen leuk festival. De hoofdact kwam niet opdagen. Het vliegtuig had
vertraging.
Nevenschikkende argumentatie = mening wordt ondersteund met verschillende
argumenten.
Cijfers worden zwaar onderschat, want niet alles laat zich in cijfers uitdrukken
en het zijn mensen die betekenis aan cijfers toekennen.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller yasmijnstoetman. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.37. You're not tied to anything after your purchase.
Can Stuvia be trusted?
4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)
67096 documents were sold in the last 30 days
Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now