Complexiteit&chroniciteit
Inhoudsopgave
Recht en ethiek themaweek .............................................................................................. 3
Het slecht-nieuwsgesprek ................................................................................................. 4
Zelfstudietaak: pijn ........................................................................................................... 6
Werkcollege 1: Interview met een cliënt met een chronische aandoening. ......................... 7
Werkcollege 2: Interprofessioneel plan.............................................................................. 8
Werkcollege 3: Journalclub – MS en vermoeidheid ............................................................ 8
Werkcollege 8: lastig gedrag hanteren m.b.t. de roos van Leary ........................................ 9
Case based learning 1: ...................................................................................................... 9
Case based learning 2: .................................................................................................... 10
Case based learning 3: .................................................................................................... 10
Vaardigheidstraining 3: In gesprek over slapen bij kanker gerelateerde vermoeidheid..... 12
Vaardigheidstraining 4: Trainbaar of niet trainbaar?....................................................... 13
Vaardigheidstraining 5: onderzoek & behandeling bij MS................................................ 13
Vaardigheid 10: Dramadriehoek en slecht nieuws ........................................................... 15
Vaardigheid 11: diagnostiek en behandelen duizeligheid ................................................ 17
Vaardigheid 12: Communicatietraining motiverende gespreksvoering (MGV). ................. 20
Vaardigheid 13: adem- en ontspanningsoefeningen ........................................................ 24
Vaardigheid 15: diagnostiek en behandelen 1 SOLK/ALK ................................................. 26
HC1 - Klinisch redeneren in het kader van complexiteit en chroniciteit ............................. 28
HC2 – Herstel na COVID-19.............................................................................................. 30
HC3 – Wat ben ik moe .................................................................................................... 32
HC4 – Inspannings-immunologie binnen de oncologie ..................................................... 35
HC4 – eHealth &mHealth interventies ............................................................................. 38
HC5 - Pathofysiologie & neuropsychologie bij MS ............................................................ 39
Herhaling jaar 2 EZ – inleiding neuropathologie ...................................................................... 39
Herhaling jaar 2 EZ – Neuropathologie en houdingsregulatie ................................................... 42
Start HC5 - Pathofysiologie & neuropsychologie bij MS ........................................................... 46
HC6 - EBP; bewegingstherapie bij MS .............................................................................. 50
HC7 - Pathofysiologie & neuropsychologie bij Parkinson ................................................. 54
HC8 - EBP; Bewegingstherapie bij Parkinson ................................................................... 58
,Recht en ethiek themaweek
Monodisciplinair: houdt in dat de focus op oplossingen uit één vakgebied ligt.
Multidisciplinair: Een multidisciplinair team is een groep mensen die allen gespecialiseerd
zijn in een ander vakgebied en samenwerken aan een opdracht waarbij kennis in
verschillende vakgebieden vereist is om de opdracht succesvol te voltooien.
Intra disciplinair: samenwerking met hetzelfde principe, maar verschillende specialismen.
Zoals: kinderfysio, bekkenfysio en algemeen fysio.
Interdisciplinair: is een samenwerking tussen verschillende disciplines en een integratie van
de kennis van die disciplines om gedeelde doelstellingen en producten te realiseren.
Gevolgenethiek: In de gevolgenethiek (ook wel consequentialisme genoemd) staan de
gevolgen van een handeling centraal. Het gaat dus niet om de handeling zelf of om de
intenties van de handelende persoon, maar alleen om de gevolgen die de handeling heeft.
Zijn die gevolgen goed, dan is de handeling ook goed.
Plichtethiek: Plichtethiek is de naam van de theorie van Immanuel Kant waarin hij aangeeft
dat je zo moet handelen dat je niet de verkeerde dingen, zoals liegen, doden, stelen e.d.
moet uitoefenen. De betekenis van plichtethiek komt erop neer dat de mens bepaalde
plichten heeft (die de mens zelf moet verzinnen/opleggen) en zich daaraan houden.
Zorgethiek: De zorgethiek is een stroming binnen de ethiek, die de zorg van mensen voor
elkaar centraal stelt, en - meer in praktische zin, die zich op de zorg richt, bijvoorbeeld in
ziekenhuizen en in het welzijnswerk.
Nieuwe interprofessionele generatie: Betrokkenheid (op elkaar), verantwoordelijkheid (voor
samenwerking), deskundigheid (in intermenselijk contact en praktijken), wederkerigheid
(met de ander).
Wat maakt samenwerken interprofessioneel:
- Samenwerken vanuit een doel, commitment en vertrouwen.
- Stimuleren gezondheid en welbevinden zodat de burger de eigen regie kan voeren binnen
zijn eigen context.
- Over de grenzen van het eigen discipline gaan.
- Transformatie naar nieuwe context.
- Nieuwe (T-shaped) competenties.
E-health: volgens KNMG -> ‘het gebruik van informatie- en communicatietechnologie (ICT)
ter ondersteuning of verbetering van de gezondheid en de gezondheidszorg.’ De vormen zijn
zeer divers en de doelen zijn uiteenlopend.
In welke fase van de groepsontwikkeling zit je (volgens Caple 5 fasen):
1. Vorming van een groep: elkaar leren kennen en aftasten (verzameling van individuen)
2. Verzet in de groep: ontstaan van conflictsituaties (beginnende groep).
3. Normering in de groep: zoeken naar overeenkomsten (gevorderde groep).
4. Prestatie in de groep: alles is nu gericht op samenwerking (effectieve groep).
5. Beëindiging van de groep: doel is behaald en de groep gaat uit elkaar.
3
, Het slecht-nieuwsgesprek
(samengesteld uit stukken van Joost van der Flier en vakgroep Medische Psychologie van de
VU Amsterdam)
Zoals de naam aangeeft is het doel van het gesprek het overbrengen van slecht nieuws. Of
bepaald nieuws 'slecht' is, wordt bepaald door hoe de ontvanger het ervaart: wat voor jou,
als fysiotherapeut of als persoon, als niet meer dan 'lastig' of 'vervelend' wordt gezien, kan
voor de ontvanger als heel slecht worden ervaren (en vice versa). Een voorbeeld: je hebt een
praktijk tentamen gedaan. De docent vond het ver onder de maat, maar geeft je een 5,
omdat hij/zij het voor jouw doen toch wel een hele vooruitgang vindt: in zijn/haar ogen in
feite dus 'goed' nieuws. Jij had er eigenlijk op gerekend een voldoende te halen en al
vakantieplannen gemaakt, die nu in het water vallen: voor jou dus 'slecht' nieuws.
Een slecht-nieuwsboodschap is voor de betrokkenen een onaangename ervaring:
- voor de brenger, omdat het nieuws voor de ander vervelend is.
- voor de patiënt, omdat het hem/haar een probleem bezorgt.
Niemand roept graag frustraties op of doet een ander graag verdriet, dus niemand zal graag
de boodschapper van slecht nieuws zijn. Iedereen heeft waarschijnlijk de behoefte om de
ander te beschermen tegen de emotionele klap, die met de boodschap teweeggebracht zal
worden. Omdat het brengen van slecht nieuws zo moeilijk is, draaien mensen zich vaak in
bochten om de hete brij heen. Gevolg is dat allerlei onhandige methodes aangewend
worden: een primaire reactie is vermijdingsgedrag.
Vermijdingsgedrag: Bij de fysiotherapeut kan er sprake zijn van ‘vermijdingsgedrag’ als een
vorm van ‘weerstand’ tegen het brengen van slecht-nieuws. Hieronder staan een aantal
vormen van vermijdend gedrag.
Afleidingsmanoeuvres om het brengen van het slechte nieuws uit te stellen: uitgebreid
medische onderzoeken toelichten, koetjes en kalfjes, patiënt op zijn gemak stellen, het
slechte nieuws wordt op zo'n moment gebracht dat de ontvanger niet of nauwelijks kan
reageren, etc. Werkt over het algemeen juist spanningsverhogend voor de patiënt.
Bijvoorbeeld: Ik wil het graag nog over uw knie hebben. Wanneer bent u voor het laatst
gaan sporten? Hoe ging dat toen? We hebben de knie goed in de gaten gehouden, want we
waren er niet gerust op.
De pil vergulden: het slechte nieuws in eufemistische termen brengen, bagatelliseren of
alternatieven geven die op dat moment niet relevant zijn. Bijvoorbeeld: ‘Twee beentjes eraf
is erger’: slechte nieuws minder erg maken door te vergelijken met rampen van grotere orde.
Hang yourself: de betrokkene zelf het slechte nieuws laten ontdekken door bedekte
aanwijzingen te geven.
Relativeren door te vergelijken met andere mensen.
Verontschuldigen voor het slechte nieuws. In plaats van de patiënt te steunen wordt de
patiënt met een schuldgevoel opgezadeld.
Bij voorbaat gaan verdedigen.
Redenen ter rechtvaardiging van het feit dat iets gebeurd is.
Reacties die je kan verwachten bij de ontvanger van slecht nieuws (coping-mechanismen):
o Schrik: patiënt wordt wit, kijkt angstig uit zijn ogen, gaat stamelen.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller anneboekee. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $12.47. You're not tied to anything after your purchase.