Een volledige en overzichtelijke samenvatting van heel het vak recht, inclusief codex verwijzingen. Perfect voor studenten die beginnen aan het vak recht of herexamen hiervoor hebben. Als je deze samenvatting kent zal het examen zeker lukken.
1) Gedragsregels & -normen: wat mag, moet, verboden?
2) Doel: ordenen maatschappelijk leven (orde scheppen &
rechtszekerheid)
3) Opgelegd door de overheid
4) Afdwingbaar
2. Indeling van het recht:
Privaat recht: regelt de verhouding tussen de burgers onderling.
Publiek recht: regelt de verhouding van de overheid tot de burgers, de
interne organisatie van de overheid, en ook de verhouding tussen staten.
Objectief recht: rechtsregels opzich, los van de toepassingen op een
concreet geval.
Subjectief recht: aanspraken die een persoon ten aanzien van een andere
persoon laat gelden.
Gebaseerd op objectief recht
Materieel recht: regels die rechten toekennen en plichten opleggen.
Formeel recht: regels die aangeven hoe de naleving van het materiële
recht verzekerd kan worden.
, 3. De bronnen van het recht
1) De wetgeving:
Internationale verdragen:
Abdeslam wil niet plaatsnemen in glazen box voor terreurproces.
Onmenselijke en vernederende behandelingen
Gaat in tegen Europees Verdrag voor de rechten van de mens
Internationale verdragen tussen 2 staten:
Kamer zet licht op groen voor omstreden uitwisselingsverdrag met Iran.
Kamer heeft wetsonderwerp goedgekeurd
België en Iran kunnen nu gevangenen aan elkaar uitleveren
Verordening: art. 288 VWEU
- Algemeen strekking
- Rechtstreeks toepasselijk
Nieuwe BIO-reglementering 2022.
Verkleinwoorden zoal ‘bio’ en ‘eco’ zijn alleen toegestaan als het
product daadwerkelijk biologisch is
Richtlijn: art. 288 VWEU
- Bindend resultaat
Europees plasticverbod gaat in.
De Europese Commissie brengt een verbod in voor plastic
wegwerpspullen
De richtlijn werd in België vertaald naar de wet door de PS
Besluit: art. 288 VWEU
, - Bindend voor bestemmeling
Google krijgt geldboete van 2,42 miljard euro.
Commissie legt boete op aan Google voor misbruik van
machtspositie
De grondwet:
- Inrichting van de machten binnen de staat
- Fundamentele rechten en vrijheden
Wetten, decreten en ordonnaties:
Koninklijke besluiten en besluiten van de gemeenschaps- en
gewestregeringen:
- Besluiten door de Koning (en ministers)
- Regionale Koninklijke Besluiten
Vb: Koninklijk besluit gepubliceerd: deze coronamaatregelen gaan
vandaag in.
Ministeriële besluiten en besluiten van een lid van de gemeenschaps- en
gewestregering
Provinciaal besluit
Gemeentelijk besluit
2) Rechtspraak
Rechtspraak zijn de beslissingen van de rechters in concrete zaken
Het geheel van wetenschappelijke publicaties over juridische
aangelegenheden.
Niet bindend, enkel gezaghebbend
Online zoekmachines (bv: Jura)
4) Gewoonte – billijkheid:
Gewoonte: gevestigd gebruik dat in een samenleving als algemeen
bindend wordt beschouwd, zonder dat het schriftelijk neergeschreven is in
een wet.
Let op: artikel 1.1 NBW: “De gebruiken zijn slechts bron van recht
indien de wet of het contract daarnaar verwijst.”
> Minder belangrijk!
Billijkheid: Wat als redelijk en rechtvaardig wordt beschouwd.
Hoofdstuk 2: enkele algemene begrippen van burgerlijk recht
Dwingend recht: rechtsregels die zijn vastgesteld ter bescherming van een
partij die door de wet als zwakker wordt beschouwd.
Openbare orde: rechtsregels die de essentiële belangen van de staat of
gemeenschap raken of die in het privaat recht de juridische gondslagen
bepalen waarop de maatschappij berust.
Beschermen niet een bepaalde groep van personen, maar de hele
samenleving
Rechtsfeit: feiten die een rechtsgevolg hebben.
,Rechtshandelingen: bewuste handelingen waaraan het recht de door de
steller van de handeling beoogde rechtsgevolgen verbindt. Het is een
wilsuiting waarbij 1 of meerdere personen de bedoeling hebben om
rechtsgevolgen te doen ontstaan.
Verschil rechtsfeiten en rechtshandelingen:
Rechtsfeiten mogen bewezen worden met alle middelen van recht, terwijl
rechtshandelingen mogen bewezen worden met strikte bewijsregels.
Rechtsmisbruik: misbruik maken van zijn/haar recht.
Hoofdstuk 7: goederen recht
1. Definitie
Goederen: art. 3.41 BW
Voorwerpen: art. 3.38 BW
Dieren: art. 3.39 BW
Een natuurlijk persoon: persoon van vlees en bloed
Een rechtspersoon: rechtssubject, dat geen natuurlijke persoon is, maar
wel drager is van rechten en plichten, waardoor het kan deelnemen aan
rechtsverkeer (vb: een vennootschap)
2. Indeling van de goederen
1) Lichaamelijk/onlichamelijk:
Lichamelijke voorwerpen: voorwerpen die zintuiglijk worden waargenomen
Onlichamelijke voorwerpen: voorwerpen die niet zintuiglijk worden
waargenomen
Definitie lichamelijk en onlichamelijke voorwerpen: art. 3.40 BW
2) Roerend/onroerend (verplaatsbaarheid):
Roerende goederen: goederen die verplaatsbaar zijn, of zichzelf kunnen
verplaatsen, het is een restcategorie.
art. 3.46 BW
Onroerende goederen: goederen die niet verplaatsbaar zijn.
, Onroerend uit hun aard => art. 3.47 BW
Onroerend door incorporatie => art. 3.47 BW
Onroerend door bestemming => art. 3.47 BW
Goederen zijn duurzaam verbonden of bevestigd aan het hoofdgoed
OF staan ter dienste van de uitbating/bewaring van het hoofdgoed.
3) Vervangbare, verbruikbare en soortgoederen:
art. 3.44 BW
4) Publieke en private goederen:
Publieke goederen:
Publiek domein: publieke goederen die bestemd zijn voor publiek gebruik
of die noodzakelijk zijn voor de werking van de openbare dienst.
art. 3.45 BW
Privaat domein: publieke goederen zijn goederen die niet worden gebruikt
door het publiek of niet bestemd zijn voor openbare dienst.
art. 3.45 BW
5) Gemene voorwerpen:
Gemene voorwerpen zijn goederen die tot niemand behoren en die
worden gebruikt in het algemeen belang.
Art. 3.43 BW
6) Goederen in de handel/buiten de handel
Hoofdstuk 10-11: verbintenissen
1. Wat is een verbintenis?
Een verbintenis zijn de aanspraken die men heeft tegenover een persoon.
Art. 5.1 BW
Een resultaatsverbintenis betekent dat een bepaald resultaat moet
behaald worden, behalve als er overmacht plaatsvindt.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller daan28. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.64. You're not tied to anything after your purchase.