61 Oefen vragen om je kennis te testen van het vak risicotaxatie ! Bij 40/41 goed heb je een voldoende! Geschreven in het jaar 2023.
(Psychologie - Tilburg University)
Stuur pb voor korting :)
Good practice questions, but a few minor errors, but they're not really confusing.
By: evie4 • 7 months ago
By: neiltromp • 5 months ago
By: pk1 • 5 months ago
Translated by Google
Thank you! :)
By: analtun • 7 months ago
By: linseygoertz1 • 7 months ago
By: pk1 • 7 months ago
Translated by Google
Thanks for your review!
By: jazzgroenewoud • 1 year ago
By: pk1 • 1 year ago
Translated by Google
Thanks for your review! :)
By: sinemerdogan1 • 1 year ago
By: pk1 • 1 year ago
Translated by Google
Thanks for your review!
Seller
Follow
pk1
Reviews received
Content preview
Oefenvragen Risicotaxatie – 2023
Let op de eerste 9 vragen zijn hetzelfde als op canvas (2023)
De antwoorden staan op de laatste pagina!
1. Wat heb je nodig om de AUCs (het gebied onder de curve/area under the curve) te
verkrijgen bij het uitvoeren van een ROC (Receiver Operator Curve) curve analyse?
A. Totale risicoscore van een risicotaxatie instrument en een dichotome uitkomst van
recidive
B. Continue uitkomstmaat voor recidive en de totale risicoscore van de risicotaxatie
C. Multiple informant data van een casus en een klinische risicobeoordeling
2. De “tweede generatie” van risicotaxaties:
A. Betreft casusmanagement evenals risicotaxatie
B. Voorspelt recidive enkel op basis van actuariële oordelen
C. Voorspelt recidive enkel op basis van klinische oordelen
3. Stabiele factoren:
A. Kunnen niet worden veranderd/behandeld
B. Kunnen enkel met langdurige zorg behandeld worden
C. Kunnen gemakkelijk worden veranderd/behandeld
4. Het verschil met risicotaxatie is dat de delict analyse:
A. Inzicht geeft in het delict patroon
B. Gebaseerd is op groepsdata
C. Niet samen met de patiënt wordt gedaan/afgenomen
5. Welke vorm van risicotaxatie is immuun voor biases(vooroordelen/vertekeningen)?
A. Actuarieel
B. Gestructureerd professioneel oordeel
C. Geen van beide
6. Een voordeel van de derde en vierde generatie risicotaxatie-instrumenten is dat
ze:
A. Ervoor zorgen dat clinici betere casus conceptualisaties en risicomanagement
strategieën ontwikkelen
B. Vergeleken met meer actuariële methoden een superieure voorspellende waarde
hebben
C. Voor verschillende soorten daders gebruikt kunnen worden (bv. zeden versus
geweldplegers)
7. John is een 30-jarige man die momenteel in een forensisch instituut vastzit voor
meerdere gevallen van geweld naar vreemden. Welk risicotaxatie instrument zou je
gebruiken om het toekomstige risico van een gewelddadige recidive in te schatten?
A. SVR-20
B. HKT-R
C. VRS-YV
,8. In de HCR-20v3 is de ontwikkeling van risicoscenario’s opgenomen, die helpen
om de waarschijnlijkheid op recidive te voorspellen. Een mannelijke patiënt werd
initieel geïnstitutionaliseerd vanwege fysieke agressie naar een volwassen man in
een bar. Welke van de volgende beweringen beschrijft een “twist (wending)” scenario
het meest nauwkeurig?
A. Een scenario waarin de man meerdere malen recidiveert door alleen nog verbaal
agressief worden naar volwassenen in uitgaansgelegenheden
B. Een scenario waarin de patiënt recidiveert door fysiek agressief te worden naar
een kind op straat
C. Een scenario waarin de man meerdere malen recidiveert door fysiek agressief
worden naar volwassenen in uitgaansgelegenheden
9. De FAM ....
A. Streeft naar genderbewuste oordelen
B. Is een aanvulling op de VRS-YV
C. Biedt risicotaxaties voor gezinnen
10. Wat is geen stap van de HCR-20
1.Informatie verzamelen
A. Aanwezigheid risicofactoren
B. Risicoformulering
C. Consensusdiscussie
11.Wat is waar over de acute dynamische risicofactoren?
A. Ze worden in kaart gebracht door de STABLE-2007
B. Ze zijn veranderbaar en waarschijnlijk dat het ook zal gebeuren
C. Het zijn factoren zoals leeftijd, geslacht, etniciteit
12. De beschermende factoren…
A. Zijn middelen om primaire levensdoelen te bereiken
B. Zijn de Criminogenic Needs
C. Worden in elk risicotaxatie instrument meegenomen
13. De sleutelbegrippen van de HCR20V3 zijn:
A. Risicofactoren, Historische factoren, Klinische factoren,
B. Risico, Geweld, Opzettelijkheid
C. Geweld, Risicobeheer, Voorspelling
14. Wat is niet waar over de HKT-R
A. Het is gebaseerd op het Stages of Change model
B. Het is gebaseerd op het RNR- model
C. Het is gebaseerd op The central 8
, 15. Welk antwoord hoort bij het Vernieuwde Verlofbeleidskader TBS
A. de HCR20V3 en VRS gebruiken bij klinische settingen
B. Bij verlofaanvraag hoeft tegenwoordig geen inschatting van delict risico meer
C. De FARE gebruiken voor ambulante behandeling
16. Welk instrument kun je het beste gebruiken bij Seksuele delinquenten in
Nederland
A. SAVRY
B. VRS-SO
C. SVR-20
17. Wat voor type Stalker heeft als motief: het tot stand brengen van een relatie
A. Stalker met intimiteitswanen
B. Rancuneuze stalker
C. Afgewezen stalker
18. Wat voor type Stalker ontstaan in de context: afwijkende seksuele voorkeuren en
ongebruikelijke praktijken
A. Afgewezen stalker
B. Incompetente aanbidder
C. Seksueel gemotiveerde stalker
19. Wat is waar over de SRP?
A. Het is een instrument speciaal ontwikkeld voor seksuele delinquenten
B. Het is een GKO instrument
C. Het is opgebouwd uit 5 soorten factoren
20. Welk antwoord hoort bij PCL-R
A. Het is een risicotaxatie instrument
B. Het wordt gebruikt voor de diagnostiek van psychopathie
C. Het bestaat uit 4 factoren
21. Welk instrument helpt ons het beveiligingsniveau te bepalen?
A. DUNDRUM
B. IFBE
C. FAM
22. Wat is geen soort jeugddelinquent?
A. Gewoonte overtreder
B. Risicojongeren
C. Frequente overtreder
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller pk1. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.61. You're not tied to anything after your purchase.