Alle slides met bijhorende notities van in de les. Gemaakt door twee studenten die beide geslaagd waren op het vak in eerste zit met beide goede punten.
Systemen zijn geconnecteerd en zorgen ervoor dat er homeostase is.
Het (cardio)vasculair systeem
Belangrijk is dat we structuren van de bloedvaten gaan
herhalen ! anatomie moet goed gekend zijn. Belangrijk
omdat veneuze systeem ong gelijk lopen met het
lymfestelsel. Zowel de ligging als de benaming.
Zuurstofrijk bloed vanuit longen naar hart, voorkamers en
kamers uiteindelijk naar de rest van het luchaam. Gaat
over in capillairen en dan naar veneuze systeem naar hert
en terug naar de longen. Belangrijk zijn de zwarte lijntjes
met de bolletjes aan, dit is het lymfestelsel. Deze zijn
belangrijk ter hoogte van microvasculair bed, op het
allerkleinste niveau van de capillairen waar de
uitwisseling gebeurt is de werking ven het lymfesysteem
belangrijk.
HET ARTERIËLE SYSTEEM
• Aorta – arterien – arteriolen – metarteriolen (overgangniveau)– precapillaire sfincter – capillairen
(geen spiercellen in wand) – microvasculair bed
• Metarteriole + precapillaire sfincter = vasomotoriek
• Flow en druk van het bloed voor en na de sfincter
• Uitwisseling bloed - weefsel
• Postcapillaire venulen: uitwisselingsfunctie
Druk voor en na de precapillaire spincter is verschillend, ervoor (waar de contractiele spiercellen nog
aanw zijn) meer constantere flow en druk opgevoerd door het hard. Erna ter hoogte van de
capillairen moet activatie door ander systeem in gang worden gezet => autonome ZS (symp en
parasymp systeem).
Centrale systeem en lokale metabolische factoren hebben een invloed, vraag en aanbod. Als je er
een nood is dan zal daar grotere uitwisseling gebeuren.
1
,>= arteriolen: tunica (verschillende lagen)
• Intima:
o endotheel cellen: ruitvormige cellen, lange as van de ruit ligt in
dezelfde richting als de bloedstroom
o lamina basalis
• Media: 2 lagen gladde spiervezels + andere vezels
• Adventitia: bindweefsel verbinding, trek en draagkrachten
Capillairen: 7 – 9 μm => RBC geraken er nog net door
L capillair met endotheelcellen, porien waardoor diffusie ogelijk
is, spleetjes waardoor water en kleine moleculen doorkunnen,
trancytose hierdoor vesikels die uitwisseling gaan verzorgen.
HET VENEUZE SYSTEEM
• 60% bloed
• Bloed moet tegen de Fz naar boven worden gepompt, hierdoor
laag dik
• 3 lagen: tunica media zeer dun, adventitia dikker
• Transport en sturing:
o Arteriële pulsaties
o Spierpomp / respiratoire pomp
o Veneuze unidirectionele kleppen: geen terugstroom
mogelijk
o Restdruk van het hart
o Arterio-veneuze anastomosen: een directe verbinding
tussen arteriele en veneuze systeem, bij plotse grote
aanvoer van bloed kunnen de anostomosen afsluiten of heel veel bloed pompen naar capillair
netwerk
2
, Voorbeeld van werking spierpomp en respi pomp.
Bloed komt van onderaan, grotere druk onderaan klepjes gaan hier
toe en klepjes boven gaan open waardoor er bloedstroom is
richting het hard. Dit door contactie van de skeletspieren.
wanneer we inademen gaat thoracale ruimte groter worden, druk
neemt af, hierdoorcompressie thv het abdomen, hierdoor druk op
de grote aorta. Bij terug uitademen wordt de druk weer kleiner thv abdomen en zo kan bloed nog verder
gepompt worden richting het hart.
Kort overzicht van hoe structuren in
elkaar zitten en zo communicatie met
lymfestelsel in elkaar zitten.
GASTLES: ERIK DEBING
SEMEIOLOGIE VAN HET ARTERIËLE STELSEL
• Arterieel lijden: stenoserende – dilaterende vorm
• Atheroscleroserende stenoserende ziekte in 4
territoria (slagaderverkalking):
o Supra aortische bloedvaten: bloedvaten die
uitmonden uit de aortaboog.
▪ Truncus brachiosephalicus: a
subclavia en a carotis communis
▪ A carotis communis
▪ A subclavia
o Arteries van de onderste ledematen:
overloopt ze allemaal, kennen
o Digestieve en nier arterieën
o Kransslagaders: retrosternale pijn of hartinfarct
• Acuut of chronisch
3
, Anamnese
Slagader gaat verstoppen, orgaan/lidmaat die achter de slagader zit gaat te weinig O2 krijgen, voordat het
lidmaat dan afsterf door ischemie gaat het lidmaat alarmtekens vertonen. => vernauwing slagader naar been, P
gaat stappen en na bepaalde afstand pijn aan spieren want spieren krijgen niet genoeg O2 meer = claudicatio
intermittents
Beroerte: ischemische alarmtekens van de supraortische bloedvaten scheve mond, verwarde spraak, minder
kracht arm of been.
Coronaire bloedvaten: pijn achter borstbeen, moete met stappen, lopen, fietsen.
Stenose van de A mesenterica superior => te weinig bloed naar darmen, na maaltijd abdominale pijn, angor
pectoris
• Inspectie
o Verlies beharing lidmaat aan 1 zijde
o Verkleuring wanneer P lang opstaat of acuut
o In staande positie spataders waarnemen
• Palpatie
o Pulsasies aorta abdominalis
o A femoralis
o A poplitea in de knieholte
o A dorsalis pedis, verlengde tib ant, palperen tussen metataraal 1 en 2
o A tibialis post, tussen de achtillespees en med malleolus
o We kunnen enkel de A fibularis niet palperen
o A corotis communis, mediaal sternocleido
o A temporalis superficialis, net ant van de oorschelp
o A subclavia en A brachialis, A radialis, A ulnaris.
o Niet te hard duwen anders ga je de slagader dichtduwen en ga je je eigen pols voelen
• Auscultatie
o Wanneer slagader verstopt is gaan we een souffle horen (vaatgeruis) => door vernauwing is
er een versnelling van de RBC en deze horen we.
o A abdominalis of A carotis of A femoralis communis, distal kunnen we geen stenoses
detecteren met een stetoscoop
Test van Buerger
= test voor artherosclerose stenoserende ziekte uit te lokken
P gaat been opheffen in liggende positie, voet gaat wit kleuren
want venen van de benen gaan onmiddellijk leeg lopen. Wanneer
we vragen aan de P om been terug omlaag te laten hangen dan
zie je felle kleuring van de voet.
Je kan ook de capillaire refill time bekijken, duwen op de teen en
normaal bij lossen gaat de teen terug roos kleuren. Als de capillaire refill time >2sec dan ook atherotische
ziekte.
Allen-test
= palpatie van de verschillende bovenstaande arteria
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lunadewolf. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $17.94. You're not tied to anything after your purchase.