Hidde leplaa, kirsten namesnik & peter lugtig
All classes
Subjects
experimenteel
correlationeel
kwalitatief
t toets
regressie
anova
bayes factor
f toets
Written for
Universiteit Utrecht (UU)
Interdisciplinaire Sociale Wetenschappen
Toepassing van Onderzoeksmethoden en Statistiek (201800025)
All documents for this subject (53)
Seller
Follow
Roos2125
Reviews received
Content preview
Toepassing van Onderzoeksmethoden en Statistiek (TOE)
Een samenvoeging van college slides en aantekeningen daarvan.
De main point in de cursushandleiding over de cursus:
- Doorgaan met de kennis waar het bij KOM ophield en voornamelijk het TOEpassen
van deze kennis door vaardigheden te oefenen in praktische opdrachten en een
onderzoeksopdracht uit te voeren.
Leerdoelen:
● De belangrijkste aspecten van meer geavanceerde onderzoeksmethoden voor
kwalitatief, correlationeel en experimenteel onderzoek binnen de sociale
wetenschappen toepassen en evalueren.
● Veel voorkomende technieken binnen sociaal wetenschappelijk onderzoek begrijpen
en toepassen en de bijbehorende resultaten interpreteren.
● De verschillende stappen van onderzoek uitvoeren en hierover volgens
APA-richtlijnen rapporteren.
Inhoudsopgave
Kwalitatief 2
HC 1: Data-verzameling 2
HC 2: Data-analyse 6
HC 3: ‘Goed’ onderzoek 9
HC 4: Mixed-methods & filosofie 11
HC 5: Responsie 15
Correlationeel 15
HC 6: Surveys 15
HC 7: Betrouwbaarheid en introductie op regressie 16
HC 8: Meer over regressie 18
HC 9: Meting en bias 20
Experimenteel 24
HC 10: Het gerandomiseerde experiment: Bayesiaanse statistiek en design
overwegingen 24
HC 11: Eenweg ANOVA via NHST en Post-hoc toetsen & de Bayesiaanse eenweg
ANOVA 27
HC 12: Tweeweg ANOVA via NHST 30
HC 13: ANOVA aannames 32
HC 14: Responsiecollege 34
Gekocht op Stuvia van Roos2125 1
,Kwalitatief
HC 1: Data-verzameling
Interviews
* Herhaling interviews KOM *
- Soorten kwalitatieve interviews:
● Face-to-face
○ Tijdrovend, maar je kan de houding van je respondent zien.
● Telefonisch
○ Minder tijdrovend, maar er mist informatie, je kan geen houding en
uitdrukking zien.
● Online
○ Weinig controle (afhankelijk van internet) en je mist informatie.
● Go-along
○ Je loopt mee met de respondent, bijv. door in het park te gaan
wandelen. Mensen voelen zich vaker op hun gemak, zeker bij
bepaalde zware onderwerpen (geen direct oogcontact).
● Etnografisch
○ Je probeert de POV over te nemen, door per definitie datatriangulatie
te gebruiken.
■ Gatekeeper = iemand die je verdere toegang kan verschaffen
tot de site.
■ Key-informants = mensen die cruciale informatie bieden.
- Tourangeau; Vraag-antwoord model.
Er komt een vraag, maar dan begint het voor de respondent:
1. Comprehension; begrijpen van de vraag.
2. Retrieval; informatie ophalen.
3. Judgement; Wat ga ik wel een niet zeggen?
4. Response; antwoord geven.
❖ Als onderzoeker moet je je afvragen of al deze processen goed gingen.
➢ Wordt er eerlijk geantwoord?
➢ Snapt hij/zij de vraag?
❖ Let op, je hebt geen zorgende taak voor jouw respondenten.
➢ Bv. wanneer mensen mentale problemen hebben.
Onderdelen interview:
1. Aankomst en introductie.
a. Eerste indruk = belangrijk!
2. Introductie onderzoek.
3. Begin van het interview.
4. Tijdens het interview.
a. Vat tussendoor de response van de respondent samen, alleen als je het
correct kan reproduceren.
5. Einde interview; van serieus en focus naar luchtig en wellicht vrolijk, bijv. a.d.h.v. een
vooruitblik op de toekomst. Fijne afsluiting.
6. Na het interview; opname sluiten.
Gekocht op Stuvia van Roos2125 2
, a. Doorknob effect = de persoon meldt nog iets, lastminute terwijl iemand al bij
de deur staat en het interview afgesloten is. Omdat de ‘druk’ er dan vanaf is.
i. Voorkom dit door rustig af te bouwen. Napraten, voordat je het afsluit.
Wanneer gebruik je een interview?
● Wanneer je ervaringen wilt onderzoeken en als je individuele visies wilt meten.
Focusgroep:
Is GEEN groepsinterview! Want je bent moderator. Je stelt een beginvraag, maar daarna
loopt het gesprek over het onderwerp vanzelf. Je bent geïnteresseerd in de interactie over
het onderwerp en niet zozeer ieders individuele visie.
● Enerzijds wil je een homogene groep, maar niet teveel want dan is iedereen het
eens. Maar ook niet te heterogeen, omdat
meningen dan te veel botsen.
● Niet te grote groepen.
- Groepsvorming model van Tuckman & Jenson:
1. Forming; je erkent dat je met bepaalde
mensen een groep vormt.
2. Storming; wie gaat de leiding nemen?
Welke positie neemt iedereen in, in de
groep?
3. Norming; de normen en waarden van de
groep worden duidelijk gemaakt.
4. Performing; de taak uitvoeren die van je
verwacht wordt.
a. Als dit niet werkt, ga je opnieuw
naar een fase van norming.
5. Adjourning; de groep houdt op met
bestaan, omdat het doel bereikt is.
a. ‘Death of the group’
❖ Als moderator moet je je bewust zijn van deze fasen en eventueel helpen, zodat het
goed verloopt.
- Fasen focusgroep:
1. Introductie en basisregels vaststellen.
2. Individuele introducties.
3. Openingstopic.
4. Discussie.
5. Afronding discussie.
- Vormen focusgroepen:
● Two-way; twee focusgroepen tegelijkertijd, maar er mag maar één groep per
keer discussie voeren. De andere groep luister dan naar de discussie van de
andere groep.
● Dual moderator; twee moderatoren, waarbij ze vaak beide een andere
functie/taak hebben.
● Dueling moderator; als twee moderatoren ben je met elkaar aan het
discussiëren, om te laten zien dat er een bepaalde manier van discussie oké
is, zodat anderen makkelijker durven te discussiëren.
○ Snel de normen en waarden aangeven. De toon zetten.
Gekocht op Stuvia van Roos2125 3
, ● Respondent moderator;als moderator schuif je de taak van moderator naar
de groep en laat je hen uitvogelen wie die taak op zich neemt en wie de
topics bijhoudt.
○ Werkt goed bij een bestaande groep, zodat je de dynamiek kan
ervaren.
● Online focus groups; twee soorten:
1. Chatroom focus group; discussiëren in de chatroom.
2. Bulletin board focus group; topics openzetten en mensen krijgen een
langere tijd om te reageren op de onderwerpen.
a. Vb. ‘Vraag en Antwoord’ in Blackboard.
- Wanneer focusgroep?
Bijv. wanneer er veel stakeholders zijn, discussies die van waarde kunnen zijn of
door anderen inzicht te bieden aan andere partijen.
Eliciterende responses = acties die een reactie uit moeten lokken.
- Probes = verder gaan op een onderwerp waar je het al over hebt.
● Stilte; mensen houden niet van stilte en zullen meer gaan praten om de stilte
te verbreken.
● Ongerichte aanmoediging; ‘euh’, ‘oké’, enz.
● Vraag naar uitweiding; ‘kun je mij hier mee over vertellen?’
● Vraag naar uitleg; ‘wat betekent ..?’
● Reflectie, interpretatie, samenvatten; ‘klopt het als ik zeg dat je…?’
- Prompts = een nieuw onderwerp introduceren.
● ‘Als het oké voor jou is, wil ik graag praten over …’
Eliciterende materialen, voor bij prompts:
● Vignetten = korte verhaaltjes/context om een onderwerp te introduceren.
● Bestaande data; een foto laten zien en vragen wat iemand er van vindt.
● Gemaakte data; zelfgemaakte data, dus de respondent data laten verzamelen om
over te praten.
- Topiclijst (interviews + focusgroepen)
Een topiclijst geeft een outline van hoofdvragen, subonderwerpen en prompts (en
probes). Je hoeft je niet heel erg aan een topiclijst te houden. Je kan iets aanpassen,
om het beter te laten lopen. Hiermee voorkom je ook scope creep.
= de focus die ongewild op een ander onderwerp komt te liggen.
- Ontwerpen:
● Mate van consistentie in dataverzameling.
● Flexibiliteit om in te gaan op individuele details.
● Consultatie en discussie met stakeholders.
- Inhoud, structuur, lengte:
● Baseer je op onderzoeksdoel, literatuur, etc.
● Groepeer zonder herhaling.
● Voorkomen dat er een scope creep plaatsvindt.
■ = je verliest het onderzoeksdoel/onderwerp uit het oog.
Observaties
Manieren van observeren:
1. Participerend vs. niet-participerend.
Gekocht op Stuvia van Roos2125 4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Roos2125. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.55. You're not tied to anything after your purchase.