Balans een overzicht van de bezittingen, schulden en het eigen vermogen op een bepaald
moment. (momentopname)
Eigen vermogen = Bezittingen – Schulden (ook wel vreemd vermogen)
De linkerzijde (debetzijde) bestaat uit:
- Vaste activa bezittingen die je langer dan 1 jaar gaat gebruiken
(huis en inboedel)
- Vlottende activa bezittingen die je korter dan 1 jaar gaat gebruiken.
(boodschappen/voorraden, bank en kas)
Liquide middelen het geld in bank en kas
De rechterzijde (creditzijde) bestaat uit:
1. Eigen vermogen
2. Vreemd vermogen (schulden):
- Vreemd vermogen lange termijn (LT): schulden met een
looptijd langer dan 1 jaar
- Vreemd vermogen korte termijn (KT): schulden met een looptijd korter dan één jaar
Het verschil in eigen vermogen tussen de twee persoonlijke balansen noemen we netto resultaat.
Netto resultaat = Eigen vermogen Eindbalans − Eigen vermogen Beginbalans
Resultatenbegroting een overzicht van de verwachte opbrengsten en kosten van een bepaalde
periode. (verwachte netto resultaat)
Het eigen vermogen neemt toe door opbrengsten en af door kosten.
Producten in de economie zijn zowel goederen als diensten (niet-fysieke goederen).
productiemiddelen in de economie is alles wat we gebruiken of verbruiken om een product te
maken.
, Liquiditeitsbegroting
Liquiditeitsbegroting een overzicht van de verwachte ontvangsten en uitgave in een toekomstige
periode. Het gaat alleen om de in en uitgaande geldstromen, uit bank en kas.
Beginvoorraad liquide middelen = Beginsaldo Kas + Beginsaldo Bank
dit is je voorraad liquide middelen aan het begin van een periode
Eindvoorraad liquide middelen = Beginvoorraad + Verwachte ontvangsten − Verwachte Uitgaven
dit is je voorraad liquide middelen aan het eind van een periode, als dit getal positief is heb je nog
geld over.
De samenhang tussen een balans,
resultaatbegroting en Liquiditeitsbegroting ziet er
zo uit:
Balansmutaties
Een balans is altijd in evenwicht. Als er iets wijzigt
moet je zorgen dat die altijd in evenwicht blijft.
3 groepen financiële feiten:
1. Contante inkopen en de kosten van producten bij een contante inkoop wordt er altijd
geld betaald, kan kas of bank zijn.
- Als de producten niet op de balans komen te staan, is het een kosten en neemt het eigen
vermogen af.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lwtjanssen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.36. You're not tied to anything after your purchase.