100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Strafrecht en strafvordering (AIV-V1RM-19) $9.13   Add to cart

Summary

Samenvatting Strafrecht en strafvordering (AIV-V1RM-19)

 6 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Samenvatting van de belangrijkste begrippen van de keuze vak strafrecht en strafvordering

Preview 2 out of 10  pages

  • April 5, 2023
  • 10
  • 2022/2023
  • Summary
avatar-seller
STRAFRECHT
Voorwaarden van het strafbare feit

1. Het moet gaan om een menselijke gedraging
2. De gedraging valt binnen een delictsomschrijving
3. De gedraging is wederrechtelijk
4. De gedraging is aan schuld te wijten

Variaties van opzet

In het strafrecht wordt er onderscheid gemaakt tussen verschillende vormen van opzet, namelijk
boos opzet, kleurloos opzet en opzet als bedoeling. Hieronder wordt uitgelegd wat deze begrippen
inhouden:

- Boos opzet: Dit betekent dat iemand met opzet een strafbaar feit pleegt en daarbij ook de
bedoeling heeft om het strafbare karakter van zijn handelen te realiseren. Er is sprake van
een bewuste keuze om het strafbare feit te plegen en om de gevolgen daarvan te
accepteren.
- Kleurloos opzet: Dit betekent dat iemand weliswaar niet met de specifieke bedoeling
handelde om het strafbare feit te plegen, maar dat die persoon wel bewust de
aanmerkelijke kans heeft aanvaard dat zijn handelen tot dat strafbare feit zou kunnen
leiden. Er is dan sprake van voorwaardelijk opzet.
- Opzet als bedoeling: Hierbij is het handelen van de persoon erop gericht om het strafbare
feit te plegen. Er is sprake van een bewuste keuze om het strafbare feit te plegen en dit was
ook het beoogde doel van het handelen. Dit wordt vaak beschreven onder het bestanddeel
oogmerk.

Oogmerk

Het begrip 'oogmerk' speelt een belangrijke rol in het strafrecht. In het strafrecht wordt er namelijk
vaak gekeken naar de intentie (het oogmerk) van de verdachte bij het plegen van een strafbaar feit.

Het oogmerk is de bedoeling van de dader bij het plegen van het strafbare feit. Het gaat dus om de
vraag wat de verdachte met zijn handelen heeft beoogd. Het oogmerk kan bijvoorbeeld zijn om iets
te stelen, te vernielen of iemand te verwonden.

Het oogmerk is van belang bij het bepalen van de strafmaat. Als de verdachte bijvoorbeeld met
opzet heeft gehandeld, zal hij of zij doorgaans zwaarder worden gestraft dan wanneer er sprake was
van een ongelukkige samenloop van omstandigheden (culpa).

Variaties van opzet

1. Zekerheidsbewustzijn: Bij zekerheidsbewustzijn is de dader zich volledig bewust van de
gevolgen van zijn handelen en is hij er zeker van dat deze gevolgen zich zullen voordoen. Er
is dus sprake van opzet als de dader willens en wetens heeft gehandeld met het doel om het
gevolg te veroorzaken.
2. Waarschijnlijkheidsbewustzijn: Bij waarschijnlijkheidsbewustzijn gaat het om de situatie
waarin de dader zich bewust is van de kans dat zijn handelen tot het gevolg zal leiden, maar
hij er niet zeker van is. De dader accepteert dan bewust het risico dat het gevolg zich zal
voordoen. Er is dan sprake van voorwaardelijk opzet.

, 3. Mogelijkheidsbewustzijn: Bij mogelijkheidsbewustzijn is de dader zich bewust van de
mogelijkheid dat zijn handelen tot het gevolg kan leiden, maar hij hecht daar geen waarde
aan. De dader accepteert het risico op het gevolg niet bewust. In dit geval is er geen sprake
van opzet, maar van schuld. = Voorwaardelijk opzet

Het onderscheid tussen deze verschillende vormen van opzet is van belang omdat het van invloed
kan zijn op de strafbaarheid en de strafmaat van het delict. Bij zekerheidsbewustzijn is er sprake van
vol opzet en zal de strafmaat over het algemeen hoger liggen dan bij voorwaardelijk opzet of schuld.

Bewuste of onbewuste schuld

In het strafrecht wordt onderscheid gemaakt tussen bewuste schuld en onbewuste schuld.

Bewuste schuld, ook wel opzet genoemd, houdt in dat iemand met opzet een bepaalde handeling
verricht of nalatig is geweest. Het gaat hierbij om het willens en wetens aanvaarden van de gevolgen
die aan de handeling verbonden zijn.

Onbewuste schuld wordt ook wel culpa (schuld als bestanddeel) genoemd en houdt in dat iemand
niet met opzet, maar wel verwijtbaar heeft gehandeld. Bijvoorbeeld door niet de nodige
voorzichtigheid in acht te nemen of door onachtzaam te zijn. In dat geval heeft de persoon
weliswaar niet de intentie gehad om schade te veroorzaken, maar is er wel sprake van een zekere
mate van schuld.

Het verschil tussen bewuste en onbewuste schuld is van belang omdat voor veroordeling van een
strafbaar feit in de meeste gevallen bewezen moet worden dat er sprake is van opzet of schuld. Bij
bewuste schuld zal er sprake zijn van opzet, terwijl bij onbewuste schuld er sprake is van culpa.

Strafuitsluitingsgronden

Strafuitsluitingsgronden zijn omstandigheden die ervoor zorgen dat iemand niet strafbaar is, ook al
heeft hij of zij een strafbaar feit begaan. Er zijn twee soorten; rechtvaardigingsgronden en
schulduitsluitingsgronden.

Hieronder volgt een beschrijving van de vijf verschillende rechtvaardigingsgronden:

1. Overmacht noodtoestand is een rechtvaardigingsgrond waarbij een persoon zich in een
situatie bevindt waarin hij geen andere keuze heeft dan een strafbaar feit te plegen om
zichzelf of anderen te beschermen tegen een ernstig gevaar. Er moet sprake zijn van een
acute en directe dreiging, waarbij het feit dat wordt gepleegd proportioneel is ten opzichte
van de dreiging. Het gaat om situaties waarin iemand een keuze moet maken tussen twee
botsende plichten; de plicht om de wet na te leven en een maatschappelijke plicht.
a. Voorbeeld: iemand rijdt 140km/uur om zijn verkouden zoontje op te halen van
school. (niet proportioneel)
2. Noodweer is een rechtvaardigingsgrond waarbij een persoon zich verdedigt tegen een
ogenblikkelijke en wederrechtelijke aanranding van eigen of andermans lijf, eerbaarheid of
goed. De verdediging moet noodzakelijk en proportioneel zijn en er mag geen andere
mogelijkheid zijn om de aanranding te voorkomen of te stoppen.
a. Voorbeeld: iemand slaat je, er is geen uitweg en je geeft die persoon een knietje (wel
proportioneel en subsidiair)
3. Een bevoegd gegeven ambtelijk bevel is een rechtvaardigingsgrond waarbij een persoon
een strafbaar feit pleegt omdat hij daartoe opdracht heeft gekregen van een bevoegd gezag,

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller esra6. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $9.13. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

71184 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$9.13
  • (0)
  Add to cart