Economie domein I
Hoofdstuk 1; goede en slechte tijden – conjunctuur
Conjunctuur => de afwisseling van goede en slechte economische tijden
goede tijden; hoogconjunctuur
slechte tijden; laagconjunctuur
conjunctuur heb je bij de vraagkant van de economie > Y = C + I + O + (E -M)
Structuur => kwaliteit en kwantiteit van de productie
het is de aanbod/productie kant van de economie
Trend => de gemiddelde groei van het BBP over 30 jaar. De trend is in de grafiek altijd een rechte lijn,
om deze rechte lijn golft dan de conjunctuurcyclus.
Recessie => meer dan 2 kwartalen achter elkaar een
economische krimp of negatieve economische groei
Het prijspeil en de productie beïnvloeden elkaar sterk;
Stijging van de productie kan leiden tot stijging van de prijzen omdat er schaarste aan arbeid
en producten ontstaat (positief verband)
Hogere prijzen leiden tot een dalende vraag naar goederen en diensten (negatief verband)
Hierbij behoord het volgende schema, ook volgt er nog wat uitleg
Een stijgende productie leid tot een stijgend prijspeil;
de vraag naar arbeid neemt toe waardoor de arbeidsmarkt krapper (meer vraag dan aanbod)
wordt. Hierdoor worden de lonen hoger en door de hogere lonen wordt de kostprijs ook hoger.
Als er geen werknemers meer zijn dan heeft het land zijn productiecapaciteit bereikt. De
bezettingsgraad => de mate waarin machines en arbeiders worden ingezet is dan ongeveer 100%.
Een verdere groei van de productie is dan dus niet meer mogelijk.
, Een stijgend prijspeil leidt tot een lagere productie;
Als de prijzen stijgen zal de vraag naar producten (en dus productie) afnemen. Door stijgende
prijzen kan de export afnemen, doordat de prijzen in Nederland hoger liggen dan in het buitenland.
Hierdoor zal Nederland dus ook minder goed kunnen concurreren met het buitenland >
internationale concurrentiepositie verslechterd.
De lonen van werknemers stijgen waardoor de bestedingen van
Nederlanders toenemen. Hierdoor ontstaat makkelijk een
gevaar van een loon-prijs spiraal;
Indicatoren => voorspellen wat de conjunctuur gaat doen.
Het CBS laat de stand van de indicatoren elke maand zien in
de conjunctuurklok => draait altijd linksom en is een
vierdeling van conjuncturele situatie op basis van 2
scheidslijnen:
Is de groei ten opzichte van vorige maand boven of onder de
trend
Groeien we harder of minder hard ten opzichte van voorgaande periode
Zo ziet een conjunctuurklok eruit. Rechtsboven zie je allerlei
indicatoren staan
Door deze scheidslijnen zijn er 4 conjunctuurfasen te
onderscheiden:
1. De economie groeit sneller dan de trend en sneller dan voorgaande periode
hoogconjunctuur
2. De economie groeit sneller dan de trend maar minder snel dan de voorgaande periode
neergaande conjunctuurgolf
3. De economie groeit minder snel dan de trend en minder snel dan de voorgaande periode
laagconjunctuur
4. De economie groeit minder snel dan de trend maar sneller dan voorgaande periode
opgaande conjunctuurgolf
Dit zijn een aantal indicatoren die het CBS gebruikt in de conjunctuurklok
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller afelinedejong. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.93. You're not tied to anything after your purchase.