Geschiedenis Sociale Wetenschappen
● Wetenschap als kennissysteem
- “Take nobody’s word for it” (Het is kritisch & onafhankelijk)
- Kennis, Methode, Instituties (Deze 3 maken het tot een systeem)
● Geschiedenis Sociale Wetenschappen
- Late start ( 2e helft 19e eeuw)
→ Roots: Natuurkunde, geneeskunde, filosofie, literatuurwetenschappen,
religiewetenschappen.
1. 19e eeuw → opkomt
● Politieke economie: beheersing van het collectief
● Psychologie: experimenteel onderzoek naar de wetten van de geest
● Antropologie: kolonisatie van de ander
2. 1e helft 20e eeuw → discipline vorming
● Specialisatie, processen van in- en uitsluiting, methoden strijd
3. 2e helft 203 eeuw → verzelfstandiging
● Professionalisering, opkomst toegepaste sociale wetenschappen,
democratisering, kritische functie.
4. Begin 21e eeuw
● Verstrengeling wetenschap en maatschappij / politiek (Valorisatie 🡪 bewijzen dat
onze wetenschap iets voorstelt), interdisciplinaire samenwerkingsverbanden.
Kennis binnen de universiteiten:
● Learning communities → communities of practice (overgang)
○ Eerst werd verwacht dat ze theorieën leerden en nu wordt er verwacht dat je het
ook kan reproduceren en dat je het in praktijk kan brengen.
● Rol van reflectiviteit in de sociale wetenschappen
→ 100 jaar sociale wetenschappen van kijk Weber (1919) op het beroep
wetenschapper naar visies nu ( 2020)
Vragen Weber:
, ● Betrouwbare kennis, zuivere methoden, altijd tijdelijk
● Wetenschappelijke onafhankelijkheid, waarheidsvinding
Huidige debat:
● Wetenschappelijke vrijheid vs externe belangen
● Bureaucratisering van onderwijs & onderzoek
Over De Grenzen Van De Disciplines - Hoorcollege 1b
Filosofie gaat over 3 kernvragen:
1. Ontologie → Zijnsleer
2. Epistemologie → Kennisleer
3. Methodologie → Onderzoeksmethoden
Ontologie:
● Zijnsleer
● Waaruit of hoe bestaat de (sociale) werkelijkheid?
- Monisme vs Dualisme
- Reductionisme of Holisme?
● Eenheid analyse: Neuronen > brein > individu > groep > cultuur / volk > etniciteit
Monisme v/s Dualisme
- Bestaat de wereld die wij waarnemen?
- Bestaan sociale feiten / geest?
- Bestaat er vrije wil?
- Waaruit bestaat geld?
Monisme = Er is slechts een substantie met eventueel meerdere verschijningsvormen.
● Stoici, Spinoza, Hegel, Marx
Spinoza → Lichaam & geest zijn verschijningsvormen van dezelfde (goddelijke)
substantie, doen en laten gedetermineerd, geen vrije wil
“Mensen zijn zich bewust van hun verlangens maar onbewust van de oorzaken die hun
verlangens aansturen”
Marx → Maatschappij resultaat van historisch noodzakelijk proces, wel vrije wil.
Neurowetenschap (Swaab) → Denken bepaald door elektrochemische processen in
het brein, geen vrij wil.
Dualisme = Lichaam en geest zijn twee fundamenteel verschillende substanties die op elkaar
, inwerken of uit elkaar voortkomen.
● Decartes, Searl, Chalmers
Decartes → Lichaam is uitgebreid en deelbaar, geest is niet-uitgebreid en niet-
deelbaar, wisselwerking via pijnappelklier, mens heeft een vrije wil.
Chalmers → Bewustzijn logisch autonoom tov. Fysische processen waaruit het
voortkomt. Gat tussen subjectieve ervaring en objectieve processen.
“Consciousness. It’s what we are and know, since reality doesn’t exist for us if we can’t
experience it. Yet it’s also the most mysterious thing in the cosmos”
Durkheim: Dualisme mens & maatschappij
Social facts : Vormen van handelen, denken en voelen die buiten het individu plaatsvinden en
hem/haar beïnvloeden.
Social facts oefenen controle uit over het individu (Durkheim)
Social facts zijn institutes, kerken, religie, staat die maken onze handelingen mogelijk. Ze
oefenen er invloed op uit.
Ontologie: Niveau’s van zijn
→ Dingen en hun eigenschappen verklaard.
● Neuronen, atomen, quarks
● Cellen & Organen
● Individuen
● Sociale Relaties
● Instituties
● Culturen
● God / het Al / Wereldgeest
↓ = Hollisme
↑ = Reductionisme
Epistemologie : Kennisleer
→ Wat is kennis?
Hoe weet ik of mijn kennis van de wereld waar is en betrouwbaar?
Kennis van de wereld → Toestand in de wereld
Epistemologische Claim
● Doet aanspraak op waarheid ( zus of zo is het geval)
● Geschaafd door 1 of meer rechtvaardigingen
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller loukilangeveld1. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.35. You're not tied to anything after your purchase.