SAMENVATTING HERSENEN EN GEDRAG
AANTEKENINGEN EN BEGRIPPEN
TOETS VAN 1 OKTOBER 2020
HOOFDSTUK 1,2,3,4,7
BEGRIPPEN (A-Z)
hoofdstuk 1
axon= dunne vezel, brengt een prikkel naar andere neuronen,organen,spieren
blood-brain behavior scheidt de bloedsomloop van buiten de cellen gelegen
extracellulair vocht van de hersenen.
presynaptisch terminal= uiteinde van elke tak van een axon
afferent axon= brengt info in een structuur (a=admit)
altruistic behavior= helpt andere te overleven
cellichaam (=soma)= bevat kern, ribosomen en mitochondria. Werk neuronen
dendriet= vertakte vezels ontvangen informatie van andere neurons
dendritische stekels= kleine uitsteeksels die de groote voor synapsen vergroot
eiwitten= dienen als cellen, enzymen, receptoren, boodschapperstof
efferont axon= brengt info weg bij een structuur (e=exit)
endoplasmatisch reticulum (e.r.)= netwerk van buizen vervoerd nieuwe
eiwitten functional explanation= waarom een gedrag of structuur zo betrokken
is
functionalism= gedrag komt voort uit overlevings gevoel
gestalt psychologie= hersenen een geheel
graded potential= varieert in proportie van intensiteit van de prikkel
group selection= werkt onder sommige omstandigheden
interneuron/intrinsie neuron= als een cel zn dendrieten en axon volledig evat
in één enkele structuur
kin selection= degene helpen die gelijke genen als jij hebben
leren= verbindingen in het zenuwstelsels en hersenstelsel veranderen
( bijvoorbeeld na een ervaring)
local neurons= hebben geen axon, geen alles-of-niets wet
mind-brain probleem= waar zijn we ons bewust van dingen
monism= mentale activiteit en bepaalde soorten hersenactiviteit, zijn voor
zover we kunnen nagaan onafscheidelijk
motor neuron= met soma in het ruggenmerg,ontvangt excitatie via dendrieten
en voert impulsen langs axon naar een spier
neuronen= ontvangen informatie en brengen dit naar andere cellen
ontogenetic explanation= beschrijft hoe een structuur of gedrag zich
ontwikkeld met invloeden van genen, voeding en ervaringen
PKU= ziekte waarbij te weinig phenylalanine aanwezig is → retarded
kids
, propagation of the action potential= beschrijft transmissie
actiepotentiaal>axon
psychological explanation= gedrag vs activiteit in brein en andere organen
reciprocal behavior= helpen als je hulp terug krijgt
reinforcement= zorgt dat gedrag herhaald wordt ( na een beloning)
ribosomen=opbouwen eiwitmoleculen.Sommige zitten bij e.r.
saltatory conduction= springen tussen insnoeringen van ranvier, versnelt de
tijd
sensorisch neuron= gespecialiseerd op een einde om zeer gevoelig te zijn
voor een bepaalde prikkel
structuralism= de hersenen bestaan uit verschillende delen en functies
sex linked= x of y sex limited= uitgeschakeld bij een bepaald geslacht
ziekte van huntington= te veel repeats, motorische ziekte, latere leeftijd
Hoofdstuk 2 + module 14.1
actiepotentiaal= voltage gated na+ kanalen reageren op binnenkomende
depolarisatie dendriet als depolarisatie een kritische drempel bereikt
adenosine= remt afgifte neurotransmitter door presynaptisch deel
affiniteit= mate van binding receptor efficacy=mate van activeren receptor
antabuse= laat je misselijk worden van alcohol
antagonist= blokkeren neurotransmitter agonist= mimiceren of vergroten effect
autoreceptors= receptors die antwoorden naar de afgegeven transmitter om
verdere synthese en afgifte te stoppen
axonheuvel= basis van het axon
craving= aanhoudende drang naar een bepaalde stof
concentratiegradiënt= hoog naar lage gradient
elektrische gradiënt= aantrekking tegenovergestelde lading potentiaalverschil
exocytosis= grote afgifte van neurotransmitters uit presynaptisch neuron
g-eiwit= gtp→ GTP (guanosine triphosphate) energie opslag
inotroop= receptor aanwezig in synaps, ionkanaal, ion doorstromen verandert
elektrische lading in cel
metabotroop= receptor, bevatten geen ionkanaal, maar beivloeden indirect,
mhv g-eiwit en daardoor ook membraanpotentiaal
neurotransmitter= chemicaliën die een ander neuron beïnvloeden
pituitary gland= hypophyse -> anterieure + posterieure
receptor= deel van eiwit waarmee stof een chemische verbinding kan
aangaan
relatieve refractaire periode= moeilijk actiepotentiaal, maar niet onmogelijk
reflex arc= het circuit van een zenuw neuron naar een spier respons
spatial summation= prikkels op verschillende plekken appat
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller sophiedijkstra2. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.17. You're not tied to anything after your purchase.