100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Biologie samenvatting nectar h9,10,11,13 en 14 tm 14.4 eindexamen niveau $6.33
Add to cart

Summary

Biologie samenvatting nectar h9,10,11,13 en 14 tm 14.4 eindexamen niveau

 1 view  0 purchase
  • Course
  • Level
  • Book

Dit document is een samenvatting van meerdere biologie hoofdstukken. Hoofdstuk 9,10,11,13 en 14 tm 14.4. Deze samenvatting is compleet en op vwo-eindexamen niveau. In deze samenvatting komt onder andere de bloedsomloop, het interne milieu, ademhaling, waarnemen, voeding en vertering en het zenuwste...

[Show more]

Preview 2 out of 15  pages

  • No
  • In deze samenvatting worden hoofdstukken beschreven uit het boek van vwo 4 en 5 (dit waren geen boek
  • April 11, 2023
  • 15
  • 2022/2023
  • Summary
  • Secondary school
  • 5
avatar-seller
Biologie H9,10,11,13,14 t/m 14.4
H9 Bloedsomloop
Belangrijke BINAS-tabellen: 83D,E + 84A,B,C,D,E,G,H,N,O

 leverslagader + poortader naar de lever dus meer bloed in de leverader dan in leverslagader
 boezems trekken van boven naar beneden samen (bloed naar beneden), kamers van beneden naar boven
samentrekken (bloed omhoog)
 boezems ontspannen wanneer de kamers samentrekken
 druk van de slagader of aanspanning van omliggende spieren = bloed in de aders naar boven gepompt
 druk in aanvoerende slagader is hoger dan de afvoerende ader (bij de haarvaten)
 hematocriet: verhouding tussen het bloedplasma en de rode bloedcellen (verhoogde waarde kan duiden op
doping)

9.1
Open bloedsomloop (insecten): het bloed kan vrij door het lichaam vloeien langs de organen, O 2
wordt opgenomen via tracheeën

Gesloten bloedsomloop = Het bloed komt niet buiten de bloedvaten
- Enkelvoudige bloedsomloop (vissen): het hart heeft 1 kamer en 1 boezem, O2 afgifte en
CO2 opname door het bloed in één directe stroom
- Dubbele bloedsomloop (zoogdieren, reptielen, vogels): de twee harthelften gescheiden van
elkaar en dus aparte pompen.
o Rechterkant: O2 arm bloed naar de longen, waar O2 opname en CO2
afgifte plaatsvindt (kleine bloedsomloop)  O2 rijke bloed naar
linkerkant hart
o Linkerkant: O2 rijke bloed via aorta naar de organen in de rest van
het lichaam, O2 afgifte aan de cellen (grote bloedsomloop)  O2 arme
bloed weer naar rechterkant hart

Slagaders: bloed stroomt van het hart af naar de organen, O 2 rijk
Aders: bloed van de organen terug naar het hart, O 2 arm
De eerste vertakking van de aorta is de kransslagader = voert O2 rijk bloed aan dat voor de hartspier
zelf is

HET HART
Beide harthelften bestaan uit een boezem en een kamer
Boezems = ontvangen bloed uit aders
Kamers = persen bloed naar de slagaders

Hartslag bestaat uit 3 fasen die links en rechts synchroon lopen  herhalen voortdurend = hartcyclus
- Vullen van de kamers
o Diastole (kamers en boezems ontspannen) + Boezemsystole (boezems
trekken samen)
- Leegpersen van de kamers
o Kamersystole (kamers trekken samen, bloed eruit geperst)
- Een korte pauze

Druk van de kamersystole zorgt ervoor dat de hartkleppen (tussen boezem en kamer) sluiten en dat
de slagaderkleppen opengaan.
Kamers ontspannen, kamerdruk neemt af en de slagaderkleppen sluiten.

Per hartslag 2 tonen
- 1e sluiten van de hartkleppen
- 2e sluiten van de slagaderkleppen

EMBRYONALE BLOEDSOMLOOP
Nog geen dubbele bloedsomloop, de longen spelen nog geen rol bij gaswisseling.
 ongeboren baby krijgt O2 en voedingsstoffen van de moeder uit de placenta

In de rechterhersenhelft komt gemengd bloed binnen (O 2 rijk van de moeder, O2 arm van de baby).

, Verbinding tussen de rechter- en linkerboezem = ovale venster
Ook stroomt het bloed via de ductus Botalli (verbinding tussen longslagader en de aorta)

Na de geboorte gaan de kleine en grote bloedsomloop zich volledig scheiden
- Bloedvaten tussen de navelstrengader, de holle ader en de lever sluiten
- Baby huilt en de longen ontvouwen zich, vullen met lucht en bieden minder weerstand 
grotere bloedstroom vanuit het hart naar de longen en terug
- Druk van de linkerharthelft boven die van de rechterharthelft = ovale venster sluit
- Ductus Botalli sluit
9.2
Bloeddruk ontstaat door het samentrekken van de kamers (kamersystole). Bloed verlaat het hart en
de slagaderwanden rekken uit. Bloeddruk in de slagaders gaat tijdelijk omhoog = systolische druk
(bovendruk)
Tijdens de diastole neemt de bloeddruk weer af tot de normale waarde = diastolische druk
(onderdruk)

Kleine littekens in de gladde bloedvaten kunnen de wanden verdikken
 atherosclerose = vernauwing en verstijving van bloedvaten, wat bloedtransport belemmert

Bloeddruk meten:
- Manchet oppompen tot de armslagader dicht is
- Langzaam leeg laten lopen
- Op een gegeven moment hoort de arts bij elke hartslag een golfje bloed door de slagader
gaan = bovendruk aflezen
- Druk verder afnemen, waardoor het bloed weer normaal kan stromen = onderdruk aflezen

Hoe verder het bloed van het hart verwijderd is, hoe lager de bloeddruk is.


9.3
Samentrekking van de hartdelen ontstaat door de activiteiten van het prikkelgeleidingssysteem.
1. Sinusknoop (boezemknoop): in vast ritme prikkels afgeven, beide boezems samentrekken
2. AV-knoop (grens boezems/kamers): prikkel met een vertraging, kamers trekken iets later
samen dan de boezems
3. Bundel van His (loopt vanuit de AV-knoop) en Purkinjevezels (lopen over de wand van
beide kamers)  prikkels bereiken de kamers en kamersystole vindt plaats

In een ecg is een hartslag een lijn met 3 toppen:
- P-top = samentrekken van de boezems
- QRS-complex = samentrekken van de kamers
- T-top = ontspannen van de kamers rood = hartinfarct & groen = gezond




Hartminuutvolume= volume bloed dat per minuut het hart uit wordt gepompt
Slagvolume = hoeveelheid bloed dat per slag wordt weggepompt
Verdeling van het bloed over de organen verandert afhankelijk van het inspanningsniveau.


9.4
Het bloed bestaat uit: bloedplasma, witte bloedcellen, rode bloedcellen, bloedplaatjes en
opgeloste stoffen (afvalstoffen, voedingsstoffen, hormonen, gassen, eiwitten en ionen)
De meeste stoffen zijn opgelost in het bloedplasma, waaronder eiwitten die verschillende functies
hebben. Deze eiwitten vormen een colloïd (niet opgelost).

Rode bloedcellen, witte bloedcellen en bloedplaatjes ontstaan in het rode beenmerg, uit stamcellen.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller maaikegroenewegen. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.33. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

51292 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 15 years now

Start selling
$6.33
  • (0)
Add to cart
Added