Volledige samenvatting hoorcolleges Nederlandse Geschiedenis
25 views 2 purchases
Course
Nederlandse Geschiedenis (LGX046P05)
Institution
Rijksuniversiteit Groningen (RuG)
Een complete samenvatting van de hoorcolleges van het vak Nederlandse Geschiedenis/ Dutch History LGX046P05. Enige voorkennis kan handig zijn om de samenvatting beter te begrijpen en er sneller door heen te gaan
Koopmans, van der poel, zwarts, van steensel
All classes
Subjects
nederlands
geschiedenis
hoorcollege
kennedy
compleet
nederlandse geschiedenis
dutch history
lgx046p05
samenvatting
Written for
Rijksuniversiteit Groningen (RuG)
Geschiedenis
Nederlandse Geschiedenis (LGX046P05)
All documents for this subject (33)
Seller
Follow
jarnokingnl
Reviews received
Content preview
Hoorcollege 1
Prehistorie
• Einde laatste ijstijd, begin van het holoceen (ca. 12000 jaar geleden)
• Tussen 8000-3500 v. Chr. > toename van ca. 1000 tot 10.000 inwoners
• Ca. 5500 v. Chr. > van mobiele groepen jagers en verzamelaars naar kleine sedentaire
boerengemeenschappen
• Vanaf 40oo tot 2800 v. Chr. > trechterbekercultuur > bouw van hunebedden (ca. 3400 v.
Chr.) > bescheiden sociale differentiatie
• Brons- en ijzertijd > groei van ca. 10.000 naar 100.000 inwoners > verdere ontwikkeling
landbouw > verspreiding van Keltische Hallstatt- / La Tènecultuur uit Midden-Europa
Oudheid
• Vestiging van het Romeinse gezag
• Oorlogen van Julius Caesar in Gallië (58- 51 v. Chr.) > Commentarii de bello Gallico
• Inlijving van Gallië onder Augustus in 12 v. Chr. > militaire overeenkomst tussen
stadhouder Drusus en de Bataven
• Mislukte expedities om Germanië te veroveren > laatste poging door legeraanvoerder
Corbulo in 47 n. Chr.
• De Rijn als versterkte rijksgrens (limes) en allianties met volken ten noorden van de Rijn >
bouw van forten/legerkampen (castella) en steden (vici), o.a. in Katwijk (Lugdunum) en
Nijmegen (Noviamagus)
• Relatieve stabiliteit tot halverwege de derde eeuw
Bewoners van ‘de Nederlanden’
• IJzertijd > sprekers van Keltische en Germaanse talen in de Nederlanden
• Vanaf ca. 475 v. Chr. verspreiding van de La Tènecultuur > de Nederlanden als grensgebied
> overgang naar Gallo-Romeinse cultuur
• Romeinse namen voor volkeren ten tijde van Caesar > Menapiërs, Eburonen, Tencteren,
Usipeten
• Nieuwe namen ten tijde van Augustus > Friezen, Cananefaten, Bataven, Chauken
• Opstand van de Bataven onder leiding van Julius Civilis in 69-70 n. Chr.
• Vanaf ca. 270 n. Chr. regelmatig invallen en/of migraties van nieuwe groepen, o.a. Franken
en Saksen
• Naamgeving in bronnen wijst niet per definitie op continuïteit in bewoning of de etnische
samenstelling van de bewoners!
Romeinse invloeden
• Steden en limes > militaire, bestuurlijke en economische functies
• Economie > actieve handel over rivieren en Noordzee > aanleg van villae
(landbouwcomplexen) in Zuid-Limburg
• Verschriftelijking en communicatie > verspreiding van het Latijn
• Religie > tempels voor Romeinse en inheemse goden (syncretisme)
Romanisering en Germanisering
• Proces van Romanisering beperkte zich tot het grote rivierengebied, door invallen van
Germaanse volkeren ook voortdurende Germanisering
,• Etnogenese > vorming en verandering van sociale groepen (‘volkeren’), bijvoorbeeld de
Franken, Friezen of Saksen
Romeinse erfenis in de late oudheid
• Nederlanden aan de rand van het rijk > limes als grens en contactzone
• Verspreiding van het christendom relatief laat en rudimentair
• Militaire druk van o.a. Franken, Saksen en Friezen na ca. 250 > herhaaldelijk militaire
reorganisaties > aanleg van sperforten (castella) langs de kust en landinwaarts
• Interne uitholling van de militaire en bestuurlijke organisatie > ‘buffergroepen’ of
foederati
• Einde Romeins overwicht in de vierde eeuw > Slag bij Mainz (406) te zien als eindpunt
• Vanaf de late derde eeuw demografische crisis (ontvolking), waarna Germaanse
nieuwkomers uit het noorden zich onder de grote rivieren vestigden
Chronologie
• Bewoningscontinuïteit, migratie en nieuwe sociaal-politieke verbanden (vijfde-zesde
eeuw)
• Merovingische tijd (ca. 500-750) en Karolingische tijd (ca. 750-900)
Bewoning en migratie (vijfde en zesde eeuw)
• Veel nederzettingen in de Nederlanden aan het begin van de vijfde eeuw verlaten door
politieke instabiliteit en ecologische ontwikkelingen (vernatting)
• In de loop van de vijfde eeuw meldden zich nieuwe groepen onder bekende
(verzamel)namen:
• Saksen (trekken van het Noordzeegebied naar Engeland)
• Franken (trekken van gebied onder de rivieren naar Gallië)
• Friezen (vestigen zich langs de Nederlandse kust tot het Zwin)
• Nieuwe leiders en elites in de vijfde eeuw > uitwisseling van giften hield sociale relaties in
stand
• Dorestad als handelscentrum > netwerk van emporia
• Noordzeecultuur (gedeelde taal, objecten, sociale praktijken)
• Lang verzet tegen Franken
Vroege Middeleeuwen
Politieke ontwikkelingen (ca. 500-900)
Franken (Merovingen)
• Germaanse Heerkönige als regionale opvolgers van het Romeinse gezag > leiders van een
Gefolgschaft bestaande uit strijders
• Vestiging Merovingische dynastie > Clovis of Chlodovech (511) > gedoopt als katholiek in
508
• Dagobert (625-639) probeert Friese gebieden onder Frankisch gezag te brengen
• Austrasische hofmeier Pepijn II verslaat Friese koning Redbad/Radboud bij Dorestad rond
690
• Karel Martel verslaat Friezen bij Boorne in 734
Franken (Karolingen)
• Karolingische dynastie vanaf 751 > Pepijn de Korte
,• Onderwerping van de Saksen (772-802)
• Uniformering van het Karolingische bestuur
• Opvolgingscrisis na de dood van Karel de Grote (768-814) > Verdrag van Verdun (843),
Meerssen (870) en van Ribemont (880) > uiteenvallen van het Rijk
Vikingen/Noormannen
• Invallen vanaf het begin van de negende eeuw (handel, rooftocht, kolonisatie)
• Aanleg defensieve structuren (o.a. ringwalburgen) en in leen geven van gebieden aan
Vikingen
• Vikingen werden soms ingeschakeld door de Karolingers, zoals de Deense broers Rorik en
Harald die van Lotharius de macht over delen van Frisia kregen in 841
Frankische Nederlanden
• Karolingisch bestuur en rechtsspraak > uniformering
• Vorstelijk hof trok van palts (palatium) naar palts > Karel de Grote 23 keer in Nijmegen
• Op regionaal niveau ingedeeld in pagi (gouwen onder leiding van een functionaris), tevens
rechtbank (mallus) met schepenen (scabini)
• Berechting volgens het eigen gewoonterecht, bijvoorbeeld het Lex Frisionorum
• Vrije inwoners van de Frankische Nederlanden > verplicht belasting te betalen en militaire
diensten te leveren
• Vazalitische band tussen koning en aristocraten, met uitzondering van de Friese gebieden
• Vanaf zesde eeuw: toename aantal nederzettingen
• Sociale differentiatie: koninklijke clan, aristocratie, vrijen, half- en onvrijen
• Grondbezit grotendeels in handen van de koning (kroondomeinen (fisci) kenden grotere
complexen (villae)), geestelijke instellingen en lokale heren
• Hoeven (casata, mansus, hoba) op de domeinen bewerkt door vrije, halfvrije en onvrije
boeren (ingeuni, liti, mancipia of ancillae)
• Verspreiding van het hofstelsel (onderscheid heren- of vroonland en hoevenland) sterker
in het gebied onder de grote rivieren
Verspreiding van het christendom
• Utrecht als missiepost, kerk gesticht door Dagobert I/II
• Achtste eeuw: onder Karel Martel en Pepijn de Korte hernieuwde noordwaartse expansie,
ondersteunen Angelsaksische zendelingen
• Willibrord (739): Friezenmissionaris, stichter klooster Echternach, eerste bisschop van
Utrecht
• Bonifatius (754): Saksenmissionaris, stichter klooster Fulda (Hessen), bij Dokkum
vermoord
• Strategie: contacten met machthebbers, stichting kloosters en bescherming van
missieposten > verzet onder Friezen tegen alliantie tussen missionarissen en Franken
• Frankische kloosterwezen onderdeel Karolingische eenmakingspolitiek
• Angelsaksisch monnikendom > Regel van Benedictus (contemplatie, gebed) > op het
platteland, gedomineerd door aristocratische families
, Hoofdpunten
• Rivierengebied als grens (geografisch, limes, taalkundig, cultureel, politiek)
• Continuïteit in bewoning, maar niet van bewoners
• Uiteenvallen van het Romeinse en Karolingische Rijk (grenzen, interne orde, regionale
diversiteit)
• Continuïteit: taal, schrift, munten, bestuurlijke instellingen, stedelijke nederzettingen,
wegennet
• Grensgebied, maar ook knooppunt in handel tussen verschillende Europese regio’s
• Langzame verspreiding van het christendom als dominante religie
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller jarnokingnl. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.35. You're not tied to anything after your purchase.