100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Begrippenlijst OWE 8 Indiceren van Zorg Leerjaar 2 Verpleegkunde $6.47   Add to cart

Summary

Samenvatting Begrippenlijst OWE 8 Indiceren van Zorg Leerjaar 2 Verpleegkunde

 16 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

In dit bestand vind je de ingevulde begrippenlijst van OWE 8 Indiceren van Zorg voor Verpleegkunde studenten.

Preview 4 out of 41  pages

  • April 11, 2023
  • 41
  • 2022/2023
  • Summary
avatar-seller
Begrippenlijst Leerjaar 2 Verpleegkunde
OWE 8; Indiceren van Zorg:

,Inhoudsopgave
Week 1 en 2 anatomie en fysiologie zenuwstelsel..........................................................................................3
Week 1 Dwarslaesie.............................................................................................................................................9
Week 2 Multiple Sclerose (MS)..........................................................................................................................10
Blaaskatheterisatie............................................................................................................................................11

Week 3 en 4 anatomie en fysiologie motorisch stelsel, veroudering, artrose, sarcopenie, osteoporose,
Parkinson en parkinsonisme........................................................................................................................ 12
Week 3 Osteoporose, artrose & sarcopenie.......................................................................................................16
Week 4 De ziekte van Parkinson........................................................................................................................18
Veroudering........................................................................................................................................................19

Week 5 en 7 Anatomie en fysiologie zintuigen en bewustzijn.......................................................................22
Week 5: Dementie en delier...............................................................................................................................24
Week 7: Autismespectrumstoornis (ASS)...........................................................................................................26
Wet zorg en dwang en verplichte ggz................................................................................................................28

Week 6 Anatomie en fysiologie ademhaling en respiratie ............................................................................29
Week 6: COPD, longcarcinoom, respiratoire insufficiëntie en pneumonie........................................................32
Palliatieve zorg...................................................................................................................................................37
Tracheostoma....................................................................................................................................................40




2

,Week 1 en 2 anatomie en fysiologie zenuwstelsel
Hersenstam
De hersenstam is verantwoordelijk voor onze basisfuncties zoals lichaamstemperatuur,
hartslag, ademhaling, bloeddruk, spijsvertering, oogbewegingen, plassen, horen, proeven,
kauwen en slikken, en het voelen van beweging en zwaartekracht.
Cerebellum
Cerebellum (kleine hersenen) zorgt ervoor dat onze bewegingen vloeiend en gecoördineerd
verlopen. Daarnaast zijn ze ook betrokken bij reflexen, taal, aandacht en emotie.
Centrale zenuwstelsel
Het centrale zenuwstelsel (CZS) = het deel van het zenuwstelsel dat binnen de benige
omhulsels van schedel en wervelkolom ligt, de hersenen en het ruggenmerg.

Perifere zenuwstelsel
Het perifere zenuwstelsel: bevindt zich grotendeels buiten de schedel en de wervelkolom.
De delen van het perifere zenuwstelsel vormen de verbindingswegen tussen het centrale
zenuwstelsel en de rest van het lichaam.

Reflexboog
Reflex = een onwillekeurige reactie van het lichaam op een prikkel, buiten de wil om. De
weg die impulsen daarbij afleggen vormt de reflexboog. De prikkel van buitenaf gaat langs
de zenuwvezels naar het ruggenmerg en wordt daar via een synaps overgedragen op een
zenuwcel die een motorische functie heeft. De prikkel gaat nu langs de motorische axonen
terug naar de spier, die door deze prikkel samentrekt.
Iedere reflex heeft een reflexboog die bestaat uit een receptor, een aanvoerend of afferent
deel dat wordt vertegenwoordigd door een sensorisch neuron, vervolgens een deel van het
centrale zenuwstelsel en vervolgens een afvoerend of efferent deel dat motorische prikkels
naar een effector geleidt en dat wordt vertegenwoordigd door het motorische axon, en ten
slotte de effector, het orgaan waaraan de reflex zich uit. De effector kan een skeletspier, een
gladde spiervezel of een klier zijn.
Autonoom zenuwstelsel (sympathisch en parasympatisch)
Het autonome zenuwstelsel zorgt voor de interne communicatie in ons lichaam, buiten onze
wil om. Het speelt een rol bij de handhaving en aanpassing van het geheel van de
levensverrichtingen. De autonomie van de orgaanfuncties valt deels onder het autonome
zenuwstelsel maar ook deels onder invloed van de wil. De effectoren van het vegetatieve
zenuwstelsel zijn glad spierweefsel, hartspierweefsel en de klierweefsels.
De werking van het sympathische deel van het autonome zenuwstelsel omvat al die functies
die passen bij door het lichaam uitgevoerde arbeid en waarbij het vrijmaken van energie
wordt bevorderd. Het speelt ook een rol bij stress: pupilverwijding, hartversnelling,
verwijding van de bronchiën, herverdeling van bloed uit de huid naar spieren en zweten.
De parasympathicus brengt het lichaam in de herstelfase en overheerst tijdens rust en
ontspanning: nauwe pupillen, actieve spijsvertering en de blaas en endeldarm wordt
ontledigd.

Animale zenuwstelsel
Het animale zenuwstelsel, ook wel het willekeurige zenuwstelsel, reguleert bewust de
wisselwerking tussen het individu en de omgeving, communicatie en gedrag zijn hier

3

, belangrijk bij. De effectoren zijn de dwarsgestreepte spieren (skeletspieren).
Afferente banen
Een aanvoerend of afferent deel dat wordt vertegenwoordigd door een sensorisch neuron.
Wanneer de impuls van perifeer naar centraal verloopt is er sprake van aanvoer van
informatie naar het CZS toe. Dit wordt afferente informatie (aanvoerend) genoemd.
Efferente banen
Een afvoerend of efferent deel dat motorische prikkels naar een effector geleidt en dat
wordt vertegenwoordigd door het motorische axon.
Wanneer de impuls van centraal naar perifeer verloopt, gaan de signalen van het CZS weg.
Dit is efferente informatie (afvoerend).
Dendrieten
Dendrieten ontvangen impulsen van andere zenuwcellen en vervoeren die naar het eigen
cellichaam toe.
Axonen
Het axon vervoert impulsen van het cellichaam af. Een neuron heeft altijd maar één axon.
Myelineschede
De meeste axonen zijn omgeven door een vetlaagje, de myelineschede.
Insnoeringen van Ranvier
De myelineschede is onregelmatig onderbroken door de insnoeringen van Ranvier. Zij
zorgen ervoor dat de voortplanting van het zenuwimpuls sneller gaat.
Schakelneuronen
Schakelneuronen: interneuronen, zenuwcellen die in het centrale zenuwstelsel liggen en
impulsen van de ene op de andere zenuwcel overdragen. Ze hebben korte dendrieten en
een kort axon.

Witte stof
Witte stof = axonen met een myelineschede, de geleidensweg waarlangs impulsgeleiding
plaatsvindt. Tot de witte stof behoren de zenuwen in het perifere zenuwstelsel en de banen
in het centrale zenuwstelsel.
Grijze stof
Grijze stof = bestaat uit zenuwcellichamen en dendrieten, waarbij een aantal eenheden is te
onderscheiden.
Epineurium
De zenuw zelf zit in een stevige bindweefselmantel, het
epineurium.
Perineurium
Zenuw = nervus, opgebouwd uit bundels van honderden
zenuwvezels. Elke bundel wordt omgeven door een
bindweefselmantel die perineurium heet.
Tractus
Tractus = baan, een bundel gemyeliniseerde zenuwvezels, binnen het centrale zenuwstelsel.
De banen die van de hersenen in de richting van het ruggenmerg afdalen, noem je efferente
banen. In tegengestelde richting lopen de afferente banen.
Associatiebanen
Associatiebanen zijn verbindingen binnen een hemisfeer. Ze verbinden verschillende
schorsgebieden binnen dezelfde hemisfeer met elkaar.

4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller tinetraa. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.47. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67866 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.47
  • (0)
  Add to cart