oorzaken handicaps pre peri postnataal en epidemiologie
introductie zorgvrager met een verstandelijke beperking
Written for
Hogeschool Viaa (Viaa)
Verpleegkunde / HBO V
Hoorcolleges
All documents for this subject (14)
Seller
Follow
kyra74
Content preview
Hoorcolleges blok Langdurige zorg
Inhoud
Week 1: ................................................................................................................................................... 2
College: Diabetes mellitus en farmacologie ........................................................................................ 2
College 2: wetgeving ......................................................................................................................... 11
Week 2 .................................................................................................................................................. 15
College COPD en Astma..................................................................................................................... 15
College 2: Gezondheidsbevordering en Healthy Ageing ................................................................... 19
Week 3: ................................................................................................................................................. 23
College 1: oorzaken handicaps: pre-/peri-/postnataal en epidemiologie ........................................ 23
College 2: introductie zorgvrager met een verstandelijke beperking ............................................... 26
College 3: Schalock en LACCS ............................................................................................................ 32
Week 4: ................................................................................................................................................. 35
College Psychiatrie/ psychotische stoornissen ................................................................................. 35
College 2: Psychofarmaca en therapietrouw .................................................................................... 40
Week 5 .................................................................................................................................................. 45
College 1: Multiple sclerose/ zenuwstelsel ....................................................................................... 45
College 2: urologie en incontinentie ................................................................................................. 49
College 3: fouten in de zorg................................................................................................................... 53
Week 6 .................................................................................................................................................. 55
College 1: CVA = cerebro vasculair accident ..................................................................................... 55
College 2: Zingeving in langdurige zorg ............................................................................................. 58
College 3: palliatieve zorg.................................................................................................................. 60
Week 7: ................................................................................................................................................. 62
College 1: oncologie .......................................................................................................................... 62
College 2: Sunrise model Leiniger ..................................................................................................... 66
,Week 1:
College: Diabetes mellitus en farmacologie
Doelstellingen
Definitie diabetes:
Diabetes mellitus of suikerziekte is een stoornis in de stofwisseling die wordt veroorzaakt door een
absoluut of relatief te kort aan insuline. Dit leidt tot een chronisch verhoogde bloedglucose gehalte.
Normale glucose waardes:
Nuchter < 6,1 mmol/L. → Hierboven kan je al spreken van diabetes.
Niet-nuchter: < 7,8 mmol/L
Vaak heb je meerdere prikken nodig om tot een diagnose te komen.
1. De student herkent de preventie, oorzaken, diagnose, symptomen, vormen, behandeling,
prognose en epidemiologie van de verschillende vormen van DM.
Diabetes mellitus Type 1:
- Het is een auto-immuun ziekte. Hierbij produceert het lichaam antistoffen tegen de B-cellen
(deze maken insuline) van de pancreas.
- Dit leid tot een absoluut insuline tekort. De patiënten met Type 1 zullen op den duur altijd
insuline moeten gebruiken.
Er is een ernstig insuline te kort aan insulinesecretie als gevolg van de vernietiging van de eilandjes
van Langerhans van de alvleesklier door auto-antistoffen.
Diabetes Mellitus Type 2:
Hier staat insuline resistentie van het lichaam centraal. De insuline is niet effectief genoeg is in het
verlagen van de bloedsuikers dan in een normale situatie.
Het wordt pas opgemerkt bij een routine onderzoek of wanneer er een complicatie optreedt. De
insuline productie kan te laag of te hoog zijn. in de lichaamscellen ontstaan een glucosetekort
ondanks hyperglykemie en een hoge insulinespiegel. Dit kan ontstaat door insulineresistentie, een
verandering in de celmembraan waardoor de cel niet langer glucose opneemt onder invloed van
insuline. De behandeling omvat een dieet en/of geneesmiddelen, ook al zijn soms insuline injecties
nodig.
Secondaire oorzaken zijn:
• Corticosteroïd geïnduceerde hyperglykemie → is een ontregeling van de bloedsuikers bij
gebruik van een corticosteroïd.
• Pancreasinsufficiëntie → als je alvleesklier kapot is gegaan door andere oorzaken.
• Andere endocriene aandoeningen waarbij hormonen betrokken zijn die glucosegehalte in het
plasma verhogen, bijv. groeihormonen, schilklierhormonen.
Zwangerschapsdiabetes → diabetes gravidarum
Treedt op tijdens de zwangerschap en kan weer na de bevalling verdwijnen. Dit komt vaak op latere
leeftijd terug. Het gaat gepaard met de geboorte van zwaardere baby’s dan normaal, dood geboren
baby’s of overlijden vlak na geboorte.
, • MODY → Maturity Onset Diabetes Of the Young = genetische/ erfelijke vorm van diabetes.
• LADA → Latent Autoimmune diabetes in Adults = Lijkt erg op diabetes type 1, maar dit treed
op latere leeftijd op.
2. De student kan herkennen hoe de bloedsuikerspiegel gereguleerd wordt.
Glucose metabolisme.
Het lichaam heeft het zo in stand gehouden dat de plasma glucose concentratie stabiel wordt
gehouden. Er moet voldoende aanwezig zijn voor alle stofwisseling processen. Het is de bedoeling
dat deze binnen een bepaalde waarde wordt gehouden.
Twee belangrijke hormonen:
1. Insuline: deze worden door de Bèta cellen in de pancreas gemaakt.
2. Glucagon: deze worden door de Alfa cellen in de pancreas gemaakt. Glucagon is de
tegenhanger van insuline.
Insuline leid tot een daling van de bloedsuikers. Zorg glucagon juist voor een stijging van de
bloedsuikers.
Als de bloedglucose stijgt → gaat de pancreas meer insuline maken → met als gevolg dat de
bloedglucose zal dalen.
Daalt de bloedglucose verder door → gaat de pancreas meer glucagon aanmaken. → glucagon zal er
voor zorgen dat er meer glucose door de lever wordt geproduceerd → dit leid tot een stijging van de
bloedglucose.
Insuline op celniveau
Insuline is een hormoon dat zich bind aan de insuline receptor van de cel. Als de receptor wordt
gestimuleerd. Gebeuren er een aantal verschillende processen in de cel. (intracellulair)
Een van de belangrijkste zaken is dat de glucose transporter 4 geactiveerd wordt en opengaat. →
hierdoor kan de glucose wat buiten de cel is naar binnen wordt getransporteerd.
Eenmaal in de cel wordt de glucose verder verwerkt. Dit kan zijn voor de ontwikkeling van energie. →
via de pyruvate
Of het wordt voor opslag bestemd
- in de spier wordt dat opgeslagen als glycogeen.
- in vetweefsel kan het opgeslagen worden als vetzuren = fetty acids
, INsuline zorgt voor transport van de glucose de cel IN
Insuline en glucagon in de lever
• Gluco-neo-genese: Glucose wordt nieuw gemaakt (onder invloed van glucagon)
De grondstoffen hiervoor zijn:
- Uit Aminozuren = de bestanddelen van eiwitten
- Uit Glycerol = is een bestanddeel van vet.
• Glycogen-olyse: Glycogeen afbreken tot glucose (onder invloed van glucagon.)
• Glyco-genese: Glycogeen wordt gemaakt uit glucose (onder invloed van insuline.)
Insuline in de spierweefsels:
- Opslag van glycogeen
- Glucosetransport + het vrij maken van energie voor de verbranding
- Het zorgt er voor dat de spier nieuwe eiwitten kan aanmaken.
Insuline in vetweefsel:
- Leid tot een verhoogde opname van glucose. = glucosetransport
- Hier leidt het tot de aanmaak en opslag van triglyceriden
- Het remt de afbraak van vet. De verklaring waarom mensen met insuline therapie vaak
aankomen in gewicht. De eigenschap van insuline is dat er meer vetweefsel wordt gevormd.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller kyra74. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.82. You're not tied to anything after your purchase.