,Aristoteles
Volgens Aristoteles hebben we wetenschap en filosofie omdat we dingen willen weten, dus
we hebben wetenschap omwille van de wetenschap zelf (tegenstelling tot Peirce en Dewey
die zeggen dat we wetenschap hebben omdat we problemen willen oplossen of om er iets
mee te doen
Bacon (Francis)
Was het niet eens met de Aristiliaanse (van algemeen naar specifiek) manier van kennis
vergaren
Belangrijke punten
o Meer nadruk op Vita Activa (actief handelen) dan op Vita Contemplativa (denken)
door waterschap heb je meer kennis
o Doel:
Herstellen van Gods paradijs op aarde
Slogan van Bacon denk goed na (doe wetenschap) &en herstel het Christelijke geloof
Een van de eerste die zich afvraagt waarom we wetenschap doen
o Ook standpunt Amerikaans pragmatisme we gebruiken wetenschap om iets
anders te doen niet alleen om de wetenschap te bedrijven
Bauman (Zygmunt)
Zegt dat er verschillen zijn tussen sociologie en common sense
o Responsible speech: regels van verantwoorde argumentatie.
o Size of the field: het overstijgen van de eigen sociale wereld.
o Making sense: het verklaren en interpreteren van menselijk gedrag door te kijken
naar de verschillende figuraties en instituties waarin mensen zijn ingebed.
o Defamiliarize: het vermogen om bekende en vanzelfsprekende zaken ter discussie te
stellen.
Bell (Daniel)
Centraliteit van kennis en nieuwe kennisklasse van ingenieurs, managers en professionals
Berger (Peter)
Bedacht 4 belangrijke kenmerken van modernisering
o 1. Het verdwijnen van kleine, traditionele gemeenschappen
o 2. De uitbreiding van persoonlijke keuzemogelijkheden: Individualisering: Mensen
zien hun eigen leven als een oneindige reeks van keuzes
o 3. Grotere sociale diversiteit: De combinatie van verstedelijking, bureaucratisering en
de toenemende contacten tussen mensen met verschillende achtergronden
stimuleren de ontwikkeling van diversere opvattingen en gedragspatronen
o 4. Oriëntatie op de toekomst en een groeiend tijdsbewustzijn: Leden van moderne
samenlevingen zijn meer met de toekomst bezig en denken optimistisch: nieuwe
ontdekkingen zullen het leven beter maken. Ook zijn ze gericht op persoonlijk gewin,
wil weten hoe laat het is en zal de uitdrukking ‗tijd is geld‘ onderschrijven.
3
,Blokland
Publiek familiaire relaties contacten met onbekende die bij herhaaldelijke ontmoetingen
meer (her)kenbaar zijn en sociaal beter te plaatsen
Blumer
Paradigma 3 symbolisch interactionisme (met Mead en Weber)
Bourdieu (Pierre)
Vroeg zich af hoe het kan dat sociale klasse altijd een voorsprong behoudt
o Dit komt door het doorgeven van verschillen in hulpbronnen tussen klassen van
generatie op generatie
o Culture reproductie het doorgeven van dominante kennis van generatie op
generatie
o Cultureel kapitaal voorsprong op basis culturele bagage en capaciteit om dingen
eigen te maken (hoeveel boeken staan er in je boekenkast)
Mensen gebruiken cultuur om zich positioneel te onderschrijven van anderen
o Er zit onderscheid tussen hoge en lage culturele consumptie
o Het uitleenlopen van economisch en cultureel kapitaal; volgens bourdieu
Bryson
Onderzoek naar de culturele distinctie
o Uit haar onderzoek bleek dat de elite niet meer alleen naar klassieke muziek luisterde
Cohen en Felson
Verbinden de spreiding van specifieke typen delicten naar tijd en plaats aan dier
noodzakelijke voorwaarde:
o De aanwezigheid van een gemotiveerde dader
o Een aantrekkelijk doelwit
o Afwezigheid van adequaat toezicht
Dit is ook wel de gelegenheidstheorie een praktische theorie waaruit vrij eenvoudig
maatregelen kunnen worden afgeleid die kunnen bijdragen aan het terugdringen van
criminaliteit door situationele preventie.
Coleman & Hofmans
Paradigma 4 rationele keuze theorie
o Verondersteld wordt dat de samenleving wordt bijeengehouden door individuelen
die op basis van eigen belang handelen
o Gaat om micro en macroniveau
o Mensen proberen hun nut te maximaliseren door een kosten-batenanalyse
o Kernbegrippen
Mensen handelen uit eigenbelang
Sociale markten
Irrationele gevolgen
o Kritiek op de rationele keuze theorie
Te modelmatig, te simplistisch en te ver van de werkelijkheid
4
, Mensen zijn niet in alle situaties rationeel handelende individuen (vb.
wanneer mensen verliefd worden)
Er zit zeker iets in voor wat hoort wat maar er zijn ook altruïstische mensen
Comté (Auguste)
Bedacht de term sociologie om het deken over de samenleving te kunnen beschrijven.
Bedacht ook de wet der drie stadia (hiermee bedoelde hij dat er drie ontwikkelingsstadia
voorafgingen aan de sociologie
o Theoretisch stadium verklaring door middel van goden en geesten
o Metafysisch stadium verklaring door abstracte, fosforische speculatie over de
natuurlijke orde
o Wetenschappelijk stadium wetenschappelijke verklaring door objectieve
waarneming
Zijn benadering wordt ook wel het positivisme genoemd (inzicht verwerven op basis van
wetenschappelijk onderzoek)
Paradigma 2: structureel functionalisme (samen met Spencer, Durkheim, Parsons en Merton)
Davis en Moore
Davis-Moor these stelt dat sociale stratificatie een gunstige invloed heeft op het
functioneren van een samenleving
Dit moet volgens hen want waarom zou je het anders in elke samenleving terugzien
Dui & meet
Symbolisch interactionistisch paradigma
Durkheim
Grondlegger van sociologische onderzoeken
Sociale veranderingen resulteren in verschillende onderliggende bindingen tussen mensen
(samenleving en solidariteit)
Het individu in de samenleving
Beroemd door twee sociale zaken te illustreren, zelfmoord en religie
Stelt dat de mens een dubbel wezen is waarin twee elementen zijn
o Het individu wat is gebaseerd op zijn eigen biologische zijn
o En een sociaal wezen wat ergens bij wil horen en een onderdeel wil vormen van een
samenleving die zaken (gedrag, normen en waarden) voorschrift
Vind zelfmoord de meest individuele daad die er is
Centrale vraag Hoe is sociale orde mogelijk?
Maakte zich zorgen om de ontwrichtende werking van de politieke en economische
revoluties in de 18e en 19e eeuw er was anomie een hoge mate van normloosheid
Belangrijkste werken van Durkheim
o 1893: Division of labor in society
Arbeid’ s verdeling (taakdifferentiatie)
Twee type solidariteit
Mechanische solidariteit er is sterke solidariteit afkomstig van
gelijkenis. Iedereen doet alles zelf zoals boeren
Organische solidariteit de basis van de verschillen tussen
individuelen en groepen
5
, o 1895: Rules of the sociological method
o 1897: Suicide
Zelfdoding vertoond sociale regelmaat
Het kwam door de integratie van de groep (de dichtheid)
4 soorten zelfmoord volgend Durkheim
Egoïstische zelfdoding te weinig integratie met anderen
Altruïstische zelfmoord te veel integratie vb. zelfmoord terroristen
Anomische zelfmoord te weinig regulatie vb. ma heftige
maatschappelijke veranderingen
Fatalistisch zelfmoord te veel regulatie vb. leden zelfmoordsekte
o 1912: Elementary form of religious life
o Na zijn dood:
Moraal sociologie
Onderwijssociologie
Ziet samenleving als organisch geheel
o Functioneel analyse kijken naar de gevolge van een sociaal fit voor de gehele
samenleving
Misdaad is normaal en komt in iedere samenleving voor
o Een daad is een misdaad als het collectieve geweten shockt
Durkheim zegt dat verandering in kleine stappen gebeurt (in tegenstelling tot Marx die zegt
dat het in een grote clash gebeurt)
Samenvattend Durkheim
o Benadrukt sociale orde
o Kijkt naar arbeidsindeling (en kapitalistische verhoudingen)
o Vraagt juist hoe het kan dat mensen nog WEL door een deur kunnen (tegenstelling
Marx)
o Oog voor ellende: anomie
Paradigma 2: structureel functionalisme (samen met Comte, Spencer, Parsons en Merton)
o Ziet de samenleving als afhankelijke delen (instituten) die relatief stabiel gebaseerd
zijn op gedeelde consensus wat moreel wenselijk is
o Elk onderdeel heeft een functie voor de werking van de samenleving als geheel
o Kernbegrippen zijn:
Sociale structuur
Sociale functies van de elementen in de samenleving
Instituten
o Kritiek op structureel functionalisme
Samenlevingen zijn niet geordend en stabiel
Weinig aandacht voor conflict, verandering en ontwikkeling
Bestendigt de status op quo (wat er al is)
Aandacht licht op macroniveau (overheid en land)
Denkt dat een samenleving een entiteit is (iets wat bestaat op zich) die bestaat uit sociale
feiten rond sociale eenheden die dusdanig functioneren dat je een samenleving het.
o Enculturatie zorgt ervoor dat mensen lid worden van een groep en diens normen en
waarden, overtuigingen delen met anderen van een groep
o Het is een holistische sociologie, het is een samenleving als entiteit die bepaald wat
er gebeurt in de samenleving
6
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lisannehunneman1. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.97. You're not tied to anything after your purchase.