Filosofie: dit is een samenstelling van liefde/ houden van en wijsheid.
Filosofie is, aldus Russell, iets dat het midden houdt tussen theologie en exacte wetenschap. In de
filosofie wordt gespeculeerd over dingen waarover we (nog) geen definitieve kennis hebben kunnen
verkrijgen (net als theologie = godsdienstleer). In de filosofie wordt een beroep gedaan op de rede,
en niet op autoriteit (bijv. paus bij theologie), traditie (bijv. trouwen vanaf 16 jaar bij theologie) of
openbaring (bijv. god gezien in de woestijn bij theologie).
Wat oudsher wordt filosofie onderscheden in drie sub disciplines, namelijk:
- Metafysica (wat mag ik hopen?)
- Ethiek (wat moet ik doen?)
- Epistemologie (wat kan ik weten?)
Materialisme en idealisme
Idealisme: de (sociale) werkelijkheid bestaat in de menselijke geest en bestaat uit ideeën en
opvattingen. (bijv. Einstein had altijd zijn ideeën kunnen bedenken ook al was hij in een andere tijd of
plaats geboren. Ze stellen de persoon centraal en de wereld doet er niet toe.)
Materialisme: ideeën en opvattingen zijn producten van de materiële omstandigheden van de mens.
(bijv. zij zeggen dat iedereen Einstein kan zijn als je maar over de zelfde omstandigheden beschikt net
zoals Einstein. Ze stellen alleen de wereld om een persoon centraal, niet de persoon zelf)
Absolutisme en relativisme
Absolutisme: gaat uit van een (gewenste) werkelijkheid die onafhankelijk van tijd of plaats is. (bijv.
als er gezegd wordt dat iemand doden verkeerd is, denken absolutisten dat dat altijd zo is)
Relativisme: De (gewenste) werkelijkheid is afhankelijk van tijd en plaats. (bijv. als er gezegd wordt
dat iemand doden verkeerd is, dan passen realisten dit niet altijd toe op iedere situatie. Zij vinden dat
het in sommige situaties wel is toegestaan. Bijv. de doodstraf)
Drie belangrijke filosofen:
- Plato (427 – 347 v chr.)
o Was een leerling van Socrates
o Grondlegger van het idealisme
o Schreef werken over politiek, recht, sociologie, wiskunde, metafysica, erotiek,
ontologie, universalia & particularia, epistemologie.
o Belangrijk: Plato hecht geen waarde aan zintuigelijke waarneming als bron van
kennis (bijv. stoel zien. Wij weten dat het een stoel is, omdat we weten dat het zo is.
Niet omdat we die stoel zien staan)
- Aristoteles (384 – 322 v. chr.)
o Was een leerling van Plato
o Grondlegger van de deugdenethiek
o Schreef over kennisleer, waarbij hij afstand nam van Plato door de zintuigelijke
waarneming centraal te stellen.
o Zijn werk kenmerkt zich door zeer methodische en gestructureerd te zijn (zijn boeken
zijn gemakkelijk te lezen).
o Aristoteles deugdenethiek:
De kwaliteiten die iemand tot een goed mens maken staan centraal
Het leven heeft als doel een hoge mate van geluk te bereiken dmv:
De studie van filosofie en wetenschap
Morele verstandigheid/ praktische wijsheid
Genot
, - Immanuel Kant (22-04-1724 – 12-02-1804)
o Wordt gezien als de eerste Duitse idealist
o Verlichtingsfilosoof
o Ontwikkelde een eigen epistemologie (vakgebied van de filosofie over kennis) die
vandaag de dag nog onderwezen wordt
o Belangrijkste werken zijn de drie kritieken
o Menswaardigheid en een praktische wenk. Menswaardigheid houdt volgens Kant in
dat je een ander mens nooit uitsluitend als middel mag gebruiken, maar steeds ook
als doel in zichzelf. Daarnaast sprak hij over de praktische wenk, en daarmee
bedoelde hij wanneer je met een ethisch probleem zit moet je jezelf afvragen wat er
zou gebeuren als iedereen het zou doen zoals jij het doet (bijv. stelen in de winkel)
o De plichtenethiek van Kant:
Kant benadrukte dat we de kwaliteit van ons ethisch handelen niet moeten
beoordelen naar het resultaat van de handeling of de handeling zelf. Nee,
het gaat om de goede wil van degene die de handeling pleegt.
Authentiek ethisch handelen veronderstelt autonomie (bijv. een gezonde
volwassene kan zelfstandig handelen en is autonoom, maar een kind of
geestelijk gehandicapte niet)
Een ethische handeling is een handeling uit plichtsbesef (bijv. als getuige bij
een ongeluk stoppen omdat jij de enigste getuige bent, dat is uit handelen
uit plichtsbesef.)
Ethiek: ethiek gaat over goed en kwaad in het menselijk handelen. Het is een stelsel van waarde en
normen.
Optiek: een optiek is de manier waarop je naar de werkelijkheid kijkt. Je zet als het ware een bril op
en je kijkt met díe bril naar de werkelijkheid (bijv. marketingoptiek, juridische optiek of
managementoptiek)
Er bestaat een verschil tussen optiek en visies. Een visie is een bepaalde mening/ standpunt die
iemand aan neemt. Mensen kunnen bijvoorbeeld dezelfde optiek hebben (bijv. managementoptiek),
maar hier een andere visie over hebben (bijv. wel of geen misleidende reclame maken)
Optiek kent drie vormen, namelijk:
- Esthetische optiek: deze optiek houdt zich bezig met de vraag ‘’wat is mooi en wat is lelijk?’’
(bijv. over een schilderij)
- Normatieve optiek: de ethische optiek houdt ons een norm voor. De ethische optiek schrijft
ons voor om het goede te doen.
- Praktische optiek: de ethische optiek is ook een praktische optiek. Wij behoren het geode in
praktijk te brengen.
Waarde en normen
Waarde: een opvatting over wat uiteindelijk belangrijk en nastrevenswaardig is. Een waarde is altijd
abstract geformuleerd (bijv. gezondheid)
- Intrinsieke waarde: staat helemaal op zichzelf. Heeft niet ten doel om een andere waarde te
bevredigen (bijv. niet roken omdat dat beter is voor je gezondheid)
- Instrumentele waarde: dit is een waarde die ten doel heeft om een andere waarde te dienen
(bijv. opstap gaan en regelmatig iets leuks doen is om op dat moment de waarde genot en
vriendschap na te streven maar uiteindelijk is het de waarde geluk die je wilt bevredigen)
Norm: een bepaalde gedragsregel. Het is dus een concrete gedragsregel die is afgeleid van een
bepaalde waarde (bijv. niet roken ivm je gezondheid)
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller wvdh. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.79. You're not tied to anything after your purchase.