CP, cerebrale parese, cerebral palsy, hersenverlamming, infantiele encephalopathie, centraal
motorische stoornis, zijn allemaal namen die gegeven worden aan een vanuit de hersenen
ontstane bewegingsstoornis. Deze stoornis is per definitie niet progressief, gezien de hersenschade
niet toeneemt in de loop van de tijd.
De gevolgen van deze hersenschade, zoals spierspanning en gewrichtsvervormingen, kunnen wel
erger en duidelijker worden naarmate het kind ouder wordt. Bovendien moet de schade voor het
eerste levensjaar ontstaan zijn.
CP is een bewegingsstoornis waarbij de controle over de spierbewegingen gestoord verloopt: de
spier functioneert abnormaal als gevolg van slecht functioneren van de hersenen. De hersenen zijn
niet in staat om de juiste spanning door te geven aan de spieren en om de spieren correct te doen
samenwerken.
Bij dia 14
Zoals reeds werd vermeld in de inleiding zijn de oorzaken van cerebral palsy zeer uiteenlopend,
zowel wat het incident betreft als wat het moment van optreden betreft.Hieronder volgt een
overzicht, waarvan een deel besproken werd in hoofdstuk 1: ‘Ontwikkeling van de hersenen’.Deze
lijst is niet volledig, maar biedt de meest voorkomende oorzaken.
Bij dia 20
De APGARscore is de score die wordt toegekend aan elke pasgeborene. Ze geeft een beeld van de
toestand van het kind in de eerste levensminuten, hoe het kind het geboorteproces verdragen
heeft. De score wordt door de vroedvrouw of de arts bepaald op 1, 5 en - als nodig - 10 minuten na
de geboorte. Ter info: Zowel het letterwoord APGAR als de naam Apgar mogen gebruikt worden,
vermits de score bedacht is door Dr. Virginia Apgar, dit in 1952.
Op elk item kan de pasgeborene 0 tot 2 punten behalen. Indien de totaalscore tussen 7 en 10 ligt,
dan is de baby wat de toestand na geboorte betreft in orde. Opgelet: een baby haalt zelden 10
vermits handen en voeten meestal niet roze zijn.
Behaalt de baby 4 tot 6 punten dan is tussenkomst van een kinderarts (of andere medisch
geschoolde aanwezige) noodzakelijk. Behaalt de baby amper 3 punten of zelfs minder, dan is
onmiddellijk ingrijpen nodig, met intubatie, manuele beademing en nog veel meer.
Door snelle tussenkomst kunnen grote problemen vermeden worden.
Bij Dia 23
Meestal merken de ouders niks op tot de leeftijd van 5 tot 9 maand. Weinig ouders (en artsen)
maken zich zorgen als een kind op 6 weken nog niet volgt of als een kind op 3-4 maand nog niet
grijpt of als het op 6 weken zijn hoofdje niet opheft in buiklig of als de beentjes te stijf zijn bij het
verluieren of als het enkel grijpt met één hand. Er zijn enorm veel “kleine” dingen die vroegtijdig
tonen dat er iets fout gaat in de motore ontwikkeling. En wanneer ouders – meestal als er reeds
een ouder kind in het gezin is - dan toch vroeg “iets ongewoons” zien, krijgen ze vaak als antwoord
dat “je kinderen niet mag gaan vergelijken”.
Voor artsen en therapeuten is het belangrijk om te weten dat er inderdaad een variatie bestaat in
, een normale ontwikkeling, maar het is gevaarlijk om mensen vals gerust te stellen wanneer
symptomen al duidelijk zijn.
Vroegtijdig hulp bieden kan in een groot deel van de casussen toch helpen om sneller en correcter
een motorische mijlpaal te bereiken.
Bij Dia 27
Het klinisch beeld van CP fluctueert in de loop van de tijd. Een extreem hypotone baby van 4
maand kan hypertoon (spastisch) worden tegen de kleuterleeftijd. Specifiek zeggen om welke
vorm van cerebral palsy het gaat, kan meestal pas op kleuterleeftijd. Bij de atactische vorm kan dat
zelfs nog later, vermits het cerebellum meer tijd nodig heeft om te myeliniseren en
evenwichtsproblemen nog spontaan kunnen verdwijnen of verbeteren tot de leeftijd van 5 jaar.
Bij dia 38
Bij dia 46
Bij monoplegie is één lidmaat aangetast. Het kan gaan om een arm of om een been. Dit komt niet
zo frequent voor.
Bij een diplegie zijn hoofdzakelijk de onderste ledematen aangetast. Een spastische diplegie
kenmerkt zich door een specifiek gangpatroon met flectie in de heup en de knieën en interne
rotatie van de knieën. Daarbij komt meestal een teengang. De spastische diplegie is deze die
oorspronkelijk beschreven werd door Dr. Little en dan ook de ziekte van Little genoemd wordt. Bij
diplegie is het mogelijk dat de bovenste ledematen ook aangetast zijn, maar in veel lichtere mate
dan de onderste. De functionaliteit van armen en handen is meestal suboptimaal.
Quadriplegie betekent dat alle vier de ledematen aangetast zijn en in dit geval de bovenste
ledematen even erg of erger dan de onderste ledematen. Meestal zijn deze patiënten enorm
belemmerd in het uitvoeren van bewegingen.
Bij hemiplegie is een lichaamshelft aangetast. Dus eenzijdig is er spasticiteit van arm en been.
Gewoonlijk is dit het duidelijkst ter hoogte van het bovenste lidmaat met klauwstand van de hand,
flectie van de elleboog, soms met afunctionaliteit van het lidmaat. Ter hoogte van het onderste
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller kaata. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.28. You're not tied to anything after your purchase.