Interne krachten = behoeften
Theorieën
- Maslow > behoefte piramide
o Fysiologische behoeften = voedsel en slaap
o Veiligheidsbehoeften = veiligheid, zekerheid en bescherming
o Sociale behoeften = sociaal contact, vriendschap, liefde en ergens bij horen
o Erkenningsbehoeften = waardering en respect door anderen
o Zelfactualiseringbehoeften = kennis, waarheid en wijsheid om tot zelfontplooiing of
persoonlijke groei te komen
2 uitgangspunten:
o Deprivatie: van behoeften leidt tot activatie. Wanneer er sprake is van een tekort
(deprivatie), een onbevredigde behoefte, zal de mens in beweging komen (activatie).
o Hiërarchie: de behoeften zijn hiërarchisch geordend. Pas als je aan 1 soort behoefte
volledig voldoet kun je verder naar de volgende, eentje hoger.
- Alderfer > ERG-theorie
o Existentiële behoeften: de behoefte aan materiele zekerheid. De behoeften aan
goede werkomstandigheden en een vast salaris vallen hier ook onder. Vergelijkbaar
met Maslows fysiologische- en veiligheidsbehoeften.
o Relationele behoeften: de behoefte aan goede relaties met andere mensen, en aan
liefde en vriendschap. Draait om ergens bij horen en streven naar waardering,
erkenning en status. Vergelijkbaar met Maslows sociale- en erkenningsbehoeften.
o Groeibehoeften: de behoefte aan persoonlijke groei, aan mogelijkheden om zichzelf
te ontplooien. Vergelijkbaar met zelfactualiseringsbehoefte van Maslow
- McClelland > behoefteprofiel PMA
o Prestatiebehoefte: als deze behoefte dominant is zullen mensen vooral gericht zijn
op het leveren van goede relaties.
o Machtsbehoefte: deze mensen streven naar invloed en controle over anderen. Ze
proberen posities te bereiken waarin dat mogelijk is.
o Affiliatiebehoefte: gerichtheid op het scheppen van goede relaties met anderen.
In het leren van dominante behoefte speelt beloning van gedrag een grote rol
(reinforcement of bekrachtiging).
Externe krachten = situatie
Theorieën
- Vroom > verwachtingstheorie
o Verband tussen inspanning en prestatie
o Verband tussen prestaties en opbrengsten
o Waarde van opbrengsten
- Vroom en kelley > attributietheorie
o Attribueren = een proces waarmee mensen proberen te achterhalen wat de
oorzaken zijn van hun eigen gedrag en het gedrag van anderen
o Attributies = wat is de oorzaak van gedrag?
▪ Interne attributie = oorzaak ligt in de persoon zelf
▪ Externe attributie = oorzaak ligt aan de situatie
o Attributiefouten
▪ Fundamentele attributiefouten = invloed van situatie op gedrag van andere
wordt onderschat
▪ Zelfdiendende vertekening = neiging om succes intern, en falen extern, te
attribueren
Hierdoor blijft een positief zelfbeeld in stand
, Welk invloed persoonlijke factoren op het functioneren hebben
Capaciteiten (intelligentie, IQ): zegt iets over het gemak waarmee mensen zich nieuwe
dingen eigen kunnen maken.
Competenties: specifieke kennis en vaardigheden, persoonlijke eigenschappen, motieven.
Persoonlijkheid: het patroon van karakteristieke gedachten, gevoelend en gedragingen
waarmee de ene persoon zich van de andere persoon onderscheidt en dat relatief constant
blijft in de tijd en in verschillende situaties.
Big five: een internationaal bekende persoonlijkheidstest (Goldberg, 1992) veel gebruikt om
iemand persoonskenmerken vast te stellen.
Persoonlijkheidstest kent 5 dimensies:
- Extraversie > expressieve stijl
- Vriendelijkheid > interpersoonlijke stijl
- Zorgvuldigheid > werkstijl
- Emotionele stabiliteit > emotionele stijl
- Openheid voor ervaringen > intellectuele stijl
Nut van de test = zelfinzicht, kijken of iemand goed bij een functie past
Attitude: een redelijk stabiele houding die iemand heeft ten opzichte van andere (groepen)
mensen, gedragingen, objecten of ideeën.
Hoe komen mensen tot een bepaalde attitude? Twee overwegingen spelen daarbij een rol:
- Cognitieve aspecten: verstandelijke afwegingen
- Emotionele / affectieve aspecten
Gedragsintentie = een attitude levert een neiging op om bepaald gedrag te vertonen. Of iemand
werkelijk de neiging omzet in gedrag, is afhankelijk van meerdere factoren. Deze worden aangegeven
in het ASE-model:
- Attitude
- Sociale invloed intentie gedrag
- Eigen effectiviteit
Cognitieve dissonantie = ontstaat als attitudes en gedrag tegenstijdig zijn (soort gevoel)
Relatie tussen individu en organisatie
Heeft het karakter van een ruilrelatie. De medewerker draagt bij aan het bereiken van
organisatiedoelen door zijn inbreng te geven. De organisatie kan profiteren van zijn:
- Capaciteiten
- Competenties
- Persoonlijkheid
- Gemotiveerdheid
Ruilrelatie: de relatie die een werknemer aangaat met een werkgever om arbeid te leveren in ruil
daarvoor een beloning te ontvangen.
Welke zaken geruild kunnen worden tussen medewerker en organisatie. Voor een
medewerker gaat het in hoofdzaak om twee soorten opbrengsten:
- Economische opbrengsten
- Affectieve opbrengsten
Inbreng en opbrengsten van mensen in organisatie
Inbreng Opbrengsten
Tijd Salaris en secundaire arbeidsvoorwaarden
Inspanning Interessant werk
Kennis Sociale contacten
Vaardigheden Waardering en status
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller caitlinludwiczak. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.43. You're not tied to anything after your purchase.