100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Burgerlijk procesrecht K3 uitwerkingen werkcolleges 1-7 $4.35   Add to cart

Class notes

Burgerlijk procesrecht K3 uitwerkingen werkcolleges 1-7

3 reviews
 438 views  7 purchases
  • Course
  • Institution

Dit document bevat de uitwerkingen van de vragen uit het competentieboek van het vak Burgerlijk procesrecht. Bij vragen of extra uitleg over een opdracht kan je altijd een berichtje sturen.

Preview 3 out of 38  pages

  • October 15, 2016
  • 38
  • 2015/2016
  • Class notes
  • Unknown
  • All classes

3  reviews

review-writer-avatar

By: delila2010 • 3 year ago

review-writer-avatar

By: julianverheulmotorsportz • 3 year ago

review-writer-avatar

By: laurahaverkamp • 6 year ago

avatar-seller
Burgerlijkprocesrecht week 1
Opdracht 1

Advocaat eist miljoenen van Chipshol-rechter; Vicepresident rechtbank belde wel
degelijk met raadsman

Rotterdam - De Rotterdamse advocaat Hugo Smit eist van voormalig vicepresident Hans
Westenberg van de rechtbank in Den Haag een schadevergoeding van 2,7 miljoen euro.
De civiele procedure van Smit tegen de oud-rechter is een uitvloeisel van het al jaren
durende conflict tussen gebiedsontwikkelaar Chipshol en de directie van de luchthaven
Schiphol. Volgens oprichter Jan Poot van Chipshol zou zijn bedrijf stelselmatig zijn
tegengewerkt door de Staat en Schiphol. Dit om te voorkomen dat uitbreiding van Chipshol
een eventuele groei van de nationale luchthaven in de weg zou staan.
Rechter Westenberg bepaalde in 1996 dat Chipshol alle juridische procedures moest laten
varen. Op straffe van dwangsommen, oplopend tot 300 miljoen gulden, kreeg Poot voorts
een spreekverbod over de affaire opgelegd.
Naderhand stelde advocaat Hugo Smit dat hij tijdens het proces telefoontjes van rechter
Westenberg kreeg. De magistraat zou boos zijn geworden over de weigering van Chipshol
genoegen te nemen met een schikking. Westenberg ontkende de aantijgingen en eiste van
Smit, vanwege volgens hem onrechtmatige uitlatingen, een schadevergoeding. Na een
procedure van vijf jaar werd de rechter
in hoger beroep in het ongelijk gesteld. Het gerechtshof stelde juni 2009 vast dat er wel
degelijk twee telefoongesprekken hadden plaatsgevonden tussen de rechter en advocaten.
In de dagvaarding tegen Westenberg zegt Smit dat zijn reputatie ernstig heeft geleden onder
de handelwijze van de oud-rechter. Zo moest de raadsman als gevolg van de affaire zijn
werk bij een gerenommeerd advocatenkantoor opgeven. Hoewel het winnen van de
procedure hem genoegdoening gaf, is de schade hiermee niet van de baan, stelt Smit, die
tevens de landsadvocaat en de Staat heeft gedaagd.
In de affaire rond Chipshol wordt Westenberg verdacht van meineed, valsheid in geschrifte
en ambtelijke corruptie. 'Om discussies over zijn functioneren' te voorkomen, ging hij oktober
vorig jaar op 64-jarige leeftijd met vervroegd pensioen. In de kwestie rond Chipshol worden
dit najaar meerdere (ex)-rechters aan een getuigenverhoor onderworpen. Het gaat hierbij om
Pieter Kalbfleisch, Ernst Numann, Bert van Delden en, komende donderdag, Hans
Westenberg.
[Bron: Trouw van dinsdag 2 november 2010]

a. Waarom begint de procedure tegen de heer Westenberg met een dagvaarding?

Alle procedures beginnen in beginsel met een dagvaarding art. 78 jo. 261 Rv, tenzij
de procedure moet worden gestart met een verzoekschrift. Het materiele (=
inhoudelijke, toepasselijke) wetsartikel geeft dit aan met van ‘verzoek’ afgeleide
woorden.
De onrechtmatige daad, zoals in deze casus het geval is, staat genoemd in art. 6:162
BW en in dit artikel staat nergens naar het woord verzoek gericht.
Er wordt in dit geval gestart met een dagvaarding.

b. Stel dat de procedure in 2017 aanhangig wordt gemaakt. Met welk processtuk moet
de procedure in dat geval worden gestart?

Er is in 2017 een civiele basisprocedure voor alle zaken. Er wordt dan online
geprocedeerd. Een procedure wordt gestart met een procesinleiding.

, c. Welke rechter is absoluut en relatief bevoegd van deze zaak kennis te nemen? Ga er
bij het beantwoorden van deze vraag vanuit dat zowel de heer Westenberg als de
landsadvocaat in Den Haag woont en werkt en de heer Smit in Rotterdam.

Absoluut:
1. Hoofdregel: art. 42 Wet RO: rechtbank is in eerste aanleg bevoegd, tenzij

2. Rechtbank: team civiel of team kanton?
Hoofdregel: team civiel, tenzij art. 93 sub a t/m d Rv, dan team kanton

Absoluut: de civiele rechtbank is bevoegd in eerste aanleg, omdat het hier geen
vordering betreft onder de 25.000 euro en het niet gaat om een aardzaak. De hoogte
van het bedrag maakt niet uit wanneer het niet om een aardzaak gaat. Er is hier geen
uitzondering zoals genoemd in art. 93 sub a t/m d Rv.

Relatief (let op wijziging gerechtelijke indeling!):
1. Hoofdregel: 99 Rv: tenzij de wet anders bepaalt, is bevoegd de
rechter van de woonplaats van de gedaagde
2. Uitzonderingen: 100-110 Rv (‘mede’ of ‘uitsluitend’ bevoegd)

Relatief: rechtbank Den Haag, omdat er sprake is van art. 102 Rv. In zaken
betreffende verbintenissen uit onrechtmatige daad is mede bevoegd de rechter van
de plaats waar het schade brengende feit zich heeft voorgedaan. Hier gaat het om
een onrechtmatige daad en is de uitzondering dus van toepassing.

De rechtbank Den Haag team civiel is bevoegd om kennis te nemen van de zaak.

Opdracht 2

a. Schets het verloop van de ongecompliceerde dagvaardingsprocedure.

1. Dagvaarding (art. 125 Rv; art. 45 Rv; art. 111 (lid 3) Rv)
- Inschrijven dagvaarding op rol
- Verschijnen gedaagde op eerste roldatum. Als de gedaagde niet verschijnt,
dan is er verstek. Als de gedaagde wel verschijnt, dan volgt de conclusie van
antwoord.

2. Conclusie van antwoord (art. 128 lid 2 t/m 5 Rv).
Bij team civiel moet de advocaat de conclusie van antwoord schriftelijk
indienen. Bij team kanton de gedaagde het zelf mondeling indienen.

3. Comparitie na antwoord (art. 131 Rv; art. 87 Rv en 88 Rv)
- Inlichtingscomparatie art. 87 Rv
- Schikkingscomparitie art. 88 Rv

4. Vonnis (art. 230 Rv)

b. Wat betekenen de substanstiëringsplicht en de bewijsaandraagplicht, waaraan eiser
en gedaagde (gedeeltelijk) moeten voldoen in hun processtukken?

Substanstieringsplicht: art. 111 lid 3 Rv: de plicht die de eiser heeft om niet alleen de
eis, maar ook de door de gedaagde partij tegen de eis aangevoerde verweren, de
gronden daarvoor en de weerlegging, in de dagvaarding te vermelden.

Bewijsaandraagplicht: art. 111 lid 3 Rv: de eiser is gehouden om in de dagvaarding

, aan te geven met welke bewijsmiddelen hij zijn stelling kan bewijzen en welke
getuigen eventueel voor de bewijslevering kunnen worden gehoord.

Conclusie van antwoord: 128 lid 5 Rv: er mag niks achtergehouden worden, bewijs
moet aangedragen worden.

Opdracht 3
Zoek via www.rvr.org de informatie op over de inkomens- en vermogensgrenzen voor een
toevoeging (klik op ‘ik ben rechtzoekende’, vul de zoekterm ‘normen 2015’ in en klik dan op
de tweede ‘hit’). Voor het bespreken van de antwoorden tijdens het werkcollege is het handig
de tabel uit te printen en mee te nemen naar de les. Leg uit of onderstaande personen, gelet
op hun inkomen, in aanmerking komen voor een toevoeging. Het vermogen mag je buiten
toepassing laten. Indien dit het geval is, stel dan de hoogte van de eigen bijdrage vast.

Dat je eigen bijdrage hebt staat in art. 35 Wet op rechtsbijstand, de eigen bijdrage is
verschuldigd aan de advocaat. Dat je dit verschuldigd bent aan een advocaat staat in
art. 38 lid 1 Wet op Rechtsbijstand.

a. Een vrijgezel met een bruto maandinkomen van € 1.200,-, exclusief 8 %
vakantietoeslag.

12x1200x1.08 = 15.552 euro
De eigen bijdrage is dan 196 euro en de rest betaald de Staat aan de advocaat

Wettelijke grondslag voor onder de 25.600 in aanmerking te komen voor een
toevoeging: art. 34 lid 1 Wet op Rechtsbijstand

b. Een vrouw die getrouwd is. Het gezamenlijke inkomen is bruto € 3.400,- per maand,
exclusief 8 % vakantietoeslag.

12x3400x1.08 = 44.064 euro
De aanvrager komt niet in aanmerking voor een toevoeging, want er wordt meer
verdiend dan 36.800 euro.

Opdracht 4
Marleen Grotius is verwikkeld in een civielrechtelijke procedure met haar ex-echtgenoot
Barry Vriens over de boedelverdeling. Zij waren getrouwd in gemeenschap van goederen,
maar enkele jaren terug zijn zij gescheiden. Over de boedelverdeling zijn zij het niet eens
geworden. Daarom heeft Marleen nu een dagvaarding ingediend bij de Rechtbank waarin zij
een bedrag van € 80.000,- vordert van Barry omdat zij vindt dat Barry is overbedeeld m.b.t.
de verdeling van de huwelijksgoederengemeenschap. Omdat Marleen het minimumloon
verdient en ook nog eens de zorg en opvoeding van de twee kinderen van partijen voor haar
rekening neemt, heeft zij via haar advocaat en toevoeging aangevraagd bij de Raad voor
Rechtsbijstand, en deze ook gekregen. Enkele maanden later volgt het vonnis van de
Rechtbank, waarin Marleen in het gelijk wordt gesteld. De rechter veroordeelt Barry tot
betaling van een bedrag van € 80.000,- aan Marleen.
Heeft deze uitspraak gevolgen voor de toevoeging die aan Marleen was verleend? (Tip: kijk
voor de beantwoording van deze vraag op www.rechtsbijstand.nl, zoek op
“resultaatsbeoordeling”.

art. 34 g lid 1 sub d Wet op Rechtsbijstand

Resultaatbeoordeling: als er te veel winst is gemaakt, dan wordt de toevoeging ingetrokken
en moeten de advocaatkosten zelf worden betaald. Marleen moet zelf de kosten betalen,
want de opbrengst is meer dan 50% van het heffingsvrije vermogen.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller JHSM. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $4.35. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

62890 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$4.35  7x  sold
  • (3)
  Add to cart