100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
samenvatting geschiedenis examen leerdoelen tijdvak 2 t/m 10 $10.20
Add to cart

Summary

samenvatting geschiedenis examen leerdoelen tijdvak 2 t/m 10

 2 views  0 purchase
  • Course
  • Level
  • Book

De samenvatting bestaat uit alle uitgewerkte leerdoelen van tijdvak 2 tot en met 10. Door deze volledig te leren ben je goed voorbereid op je vwo eindexamen. Elk kenmerkend aspect is uitgewerkt aan de hand van een aantal leerdoelen. De informatie is gehaald uit het boek 'Oriëntatie op geschiedenis...

[Show more]

Preview 4 out of 51  pages

  • Yes
  • April 15, 2023
  • 51
  • 2022/2023
  • Summary
  • Secondary school
  • 6
avatar-seller
Samenvatting kenmerkende aspecten
tijvak 2 t/m 10 - Geschiedenis

Tijdvak: Grieken & Romeinen (TV2)
Jaartallen: 3000 v.Chr. – 500 n.Chr.
Periode: oudheid
KA 4: De ontwikkeling van wetenschappelijk denken en het denken over burgerschap en
politiek in de Griekse stadstaat.
● Benoem de gevolgen van de kolonisatie van de 7e eeuw v. chr.
○ De machtspositie van de aristocratie begon te wankelen. Gedwongen door
overbevolking en droogte, wat leidde tot te weinig voedsel, verlieten veel bewoners
hun polis. Ze gingen naar de kusten van Zuid-Italië, Sicilië, Noord-Afrika en Klein-
Azië.
○ gevolg: De Middellandse Zee werd omsingeld door Grieken. Dat zorgde voor meer
handel en specialisatie.
○ in de stadstaten ontstond een nieuwe bevolkingsgroep: bestond uit kooplieden,
ondernemers en ambachtslieden. Ze beschikken over een wapenuitrusting.
○ politiek gevolg: De nieuwe burgerij eisten een rol op in het openbaar bestuur.
● Benoem de Atheense democratische systemen
○ Archonten (uitvoerende en rechterlijke taken) werden gekozen uit de aristocratie.
○ Strategen (legerleiding) werden jaarlijks verkozen en konden zich steeds opnieuw
verkiesbaar stellen.
○ Boule is bedacht door Kleisthenes. Het is een raad van 500, ze waren het dagelijks
bestuur van de volksvergadering. De leden werden elk jaar veranderd. Bijna elke
Atheense man heeft in zijn leven 1 of 2x erin gezeten. Zo had het volk ook inspraak.
● Benoem de ontwikkeling van de Griekse werkelijkheid:
○ Eerst geloofden de Grieken in mythen en goden.
○ vanaf de 6e eeuw kwamen er denkers die niet langer geloofden in de traditionele
mythen; natuurfilosofen.
○ Herakleitos zei dat de natuur steeds aan het veranderen was.
○ Hippokrates concludeerde dat mensen bestaan uit 4 vloeistoffen. Een mens is gezond
als die in balans zijn met elkaar.
● Hippocrates de ‘’vader van de medische wetenschap’’
○ voorargument: door zijn medische inzichten op te schrijven, heeft hij een belangrijke
stap gezet. Door zijn medische kennis op deze manier beschikbaar te stellen ,hielp hij
de basis te leggen voor een meer systematische en wetenschappelijke manier van
geneeskunde bedrijven
○ tegenargument: Mensen hebben altijd al te maken gehad met geneeskunde. Hij zal
waarschijnlijk niet de eerste geneesheer zijn, maar wel de eerste waarover geschreven
is.
● Lees het document kader “Het geschiedwerk van Thucydides” uit je handboek. Leg uit
hoe de ontwikkeling van het wetenschappelijk denken tot uiting komt in deze bron.
○ Hij was kritisch en sceptisch over de Meliërs die zeiden dat de goden de Atheners
zouden straffen. Thucydides erkende de goden niet, hij geloofde niet dat de goden
alles besliste. Hij dacht dat het recht van de sterkste gold, iets was al sinds het
ontstaan van de aarde het leven bepaalde. In plaats van alle oorzaken, aanleidingen en
gevolgen bij “het werk van de goden” neer te leggen, dacht hij vanuit logica en de
natuurwetten “de wet van de sterkste.”

1

,● Persoon, jaartal en begrip:
○ Solon (638-558 v. Chr.) kreeg in 594 v.C. de opdracht om Athene te hervormen. Hij
heeft toen schuldslavernij afgeschaft, zodat families (waaronder hij zelf) niet meer als
slaaf verkocht konden worden door de schuldeiser. Ook hervormde hij het volk in 4
vermogensklassen, dat zorgde voor nog meer onrust; er ontstond in de 6 e eeuw
tirannie (1 persoon aan de macht).

KA 5: de groei van het Romeinse imperium waardoor de Grieks-Romeinse cultuur zich in
Europa verspreidde.
● Het Romeinse Imperialisme, beschrijft de Romeinse schrijver Vergilius de kwaliteiten van de
Romeinen aldus: “Jij Romein, denk eraan, jij moet met absoluut gezag de bevolken
besturen, want dat is jouw kwaliteit, en door jouw bestuur moet jij een traditie van vrede
bewerkstelligen, en wel door degenen die zich aan jouw gezag onderwerpen te sparen maar
de trotsen te bevechten.”
● Met absoluut gezag de bevolken besturen → Nadat Caesar zijn vroegere vriend
Pompeius versloeg, had hij het rijk voor hem alleen. Nu hij deze macht had liet hij
zich overladen met eretitels als vader des vaderlands. Door de populariteit van Caesar
ontstond er een alleenheerschappij dat in die tijd nog niet eerder was gezien.
Uiteindelijk liet hij zich ook nog tot dictator voor het leven benoemen. Hierdoor had
hij dus absoluut gezag over de bevolken.
● Een traditie van vrede bewerkstelligen → Octavianus gaf de dichter Vergilius
opdracht de geschiedenis van Rome en de grootheid van het Romeinse volk te
beschrijven. Om Rome, een nieuwkomer op het wereldtoneel, een eerbiedwaardig
verleden te geven, knoopte Vergilius het ontstaan van Rome vast aan de
legendarische traditie over Troje.
● Degenen die zich aan jouw gezag onderwerpen te sparen → De Romeinen hadden
een bepaalde macht, doordat ze heel sterk waren. De Germanen waren de vijand, en
moesten dus slim handelen. Bepaalde groepen sloten daarom bondjes met de
Romeinen om beschermd te worden. Om die bescherming te krijgen zouden ze niet
terug vechten. In sommige gevallen kregen de Germanen zelfs burgerrecht.
● De trotsen te bevechten → Natuurlijk waren er ook Germanen die zich niet wilden
overgeven. En gingen dus de strijd aan, hierdoor hadden ze alleen geen zekerheid van
bescherming.
● Bekijk het schilderij over de vlucht van Aeneas uit Troje van Federico Barocci in je
handboek. Beredeneer welke relatie er bestaat tussen de Romeinse religie en het
Romeins imperialisme.
○ Door het Romeinse Imperialisme, oftewel het uitbreiden van het Romeinse rijk, werd
de Romeinse religie verspreid. De Romeinen lieten de inwoners van een ingenomen
gebied een keuze maken: of ze onderwierpen zich aan de Romeinen en hun cultuur,
of ze werden gedood. Veel mensen kozen voor het eerste, wat ervoor zorgde dat de
Romeinse religie door heel het Romeinse rijk werd nagestreefd.
● Citaat uit paragraaf Het Romeins Imperialisme: “Achteraf kan worden gezegd dat het
succes van het Romeinse imperialisme de ondergang van de Republiek heeft bespoedigd.
Leg dit uit.
○ Doordat het Romeinse rijk zo groot werd, werd het steeds lastiger voor de vorst om te
regeren. Hij kon immers niet overal tegelijkertijd zijn. Het Romeinse rijk
versnipperde langzaam. Toen het Romeinse rijk werd aangevallen was het lastig om
alle troepen van alle hoeken van het rijk snel bij elkaar te krijgen. Het leger was niet
langer een geheel, waardoor de Romeinen veel verloren en het land dus in stukken
verdeeld werd.
● Lees het kader van de persoon Caesar uit je handboek. Leg uit welk verband er bestaat
tussen de carrière en het levenseinde van Julius Caesar en de beslissingen die Augustus
neemt binnen zijn politieke loopbaan na 29 v. Chr.
○ Caesar wilde graag wat bereiken in zijn leven. Hij klom van proconsul naar keizer.
Maar hij wilde te veel. Hij nam te veel macht, en op het moment dat hij zichzelf tot

2

, dictator wilde laten benoemen stak een groep senatoren daar een stokje voor.
“Hoogmoed komt voor de val.” Zijn achterneef Octavianus Augustus leerde gelukkig
van zijn ooms fouten. Hij was een groots man, en in plaats van alleenheerschappij
zoals Caesar of het herstellen van de Republiek verklaarde hij de Republiek hersteld
en legde zijn bevoegdheden langs zich neer. Hierdoor gaf het senaat hem andere
bevoegdheden en werd hij niet door ze vermoord. Zo zie je dus dat Augustus van de
beslissingen van Caesar leerde en betere beslissingen maakte.
● Leg uit op welke manieren romanisering plaatsvond.
○ De Romeinen veroverde een (stuk) land en in plaats van wreed te zijn, gaven zij de
inwoners de keus om de Romeinse cultuur aan te nemen of te sterven. Dat klinkt nog
steeds wreed maar vaak was de enige keus sterven bij andere beschavingen.
Daarnaast toonden de Romeinen respect voor de leef- en denkwijze van de volken die
ze overnamen. Zo konden opstanden voorkomen worden. En langzaam maar zeker
raakte een groot deel van Europa en daarbuiten geromaniseerd.
● Persoon, jaartal, begrip:
○ Op 15 maart 44 v.chr. werd Caesar door een groep senatoren voor de trappen van het
Senaatsgebouw op het Forum vermoord. Hij had zijn achterneef Octavianus
aangewezen als erfgenaam. Octavianus sloot een verdrag met Marcus Antonius,
samen deelden zij het rijk. Antonius trouwde met de zuster van Octavianus. Echter
viel Antonius voor Cleopatra. Octavianus ging zich verdedigen tegen hun, waarbij hij
in 31 de vloot van Antonius en Cleopatra versloeg. Het verliefde koppel pleegden
daarna samen zelfmoord.
○ Octavianus keerde in 29 v.chr. terug naar Rome. In 27 v. Chr. werd hem de titel van
Augustus aangeboden, hij krijgt de erenaam Augustus. Vanaf dat moment spreken we
van de Romeinse keizertijd.

KA 6: de klassieke vormentaal van de Grieks-Romeinse cultuur.

● Leg uit hoe de Griekse filosofie en wetenschap doorwerkte in de kunst en architectuur
van de Grieken en Romeinen. Gebruik de afbeelding van het Parthenon uit je handboek
ter illustratie van je uitleg.
○ De kunst ging door middel van wiskundige berekeningen “perfecte mensen”
afbeelden. Met een wiskunde formule werden de perfecte verhoudingen berekend en
dat kwam heel erg terug in de kunst. Die perfecte berekeningen kwamen ook terug in
de architectuur. Er was veel symmetrie in de bouwwerken.
● Ontwikkeling van de Griekse beeldhouwkunst:
○ Door mensen te bestuderen, werden de beelden steeds meer realistisch.
○ 7e eeuw v.chr.: nog deels afgeleid uit Egypte; één voet voor de ander, stijve armen.
Ze zijn schematisch gebouwd, onnatuurlijk en geen emotie erin.
○ 5e eeuw v.chr.: die egyptische stijl is compleet verdwenen.
○ Rond 450 v.chr.: beeldhouwer Myron maakten beelden van atleten. Zijn beroemdste
werk is de discuswerper, waar de atleet op het punt staat om te draaien.
○ Polykleitos was heel gedetailleerd bezig met de juiste verhoudingen van het naakte
lichaam.
○ Na het vinden van de juiste regels van beeldhouwen, zijn ze gaan experimenteren op
verfijning, moeilijke bewegingen, kledingstukken en houdingen.
● Verschillen tussen de Griekse en Romeinse beeldhouwkunst:
○ De grieken hebben zich dus veel ontwikkeld in het realistische van beelden
(verhoudingen, posities, details). De Romeinen namen veel van het Griekse erfgoed
over, De beelden waren opvallend realistisch.
○ De Romeinen beelden niet alleen ideale mensen op hun mooist af, maar ze maakten
ook realistische portretten van mensen die niet heel knap van zichzelf zijn. De
rimpels en vlekjes werden dus niet weggewerkt. Dat werd juist als karakter of
handelsmerk gezien van een persoon.


3

, ● Verschillen tussen de Griekse en Romeinse architectuur:
○ De Romeinen hebben veel aspecten van de Griekse bouwkunst overgenomen, maar
zij pasten het toe hoe ze het zelf wilden. De verschillen zijn makkelijk te zien.
○ De Romeinen gebruikten de rondboog waardoor er veel grotere overspanningen
mogelijk waren (voorbeeld: Colosseum of een aquaduct). De Grieken kenden deze
boogconstructie nog niet waardoor ze geen grote overspanningen konden maken. Zij
moesten daardoor veel gebruik maken van zuilen om de druk op te vangen. De
Romeinen hadden geen zuilen nodig, maar gebruikten die wel toe omdat ze dat mooi
vonden.
○ Griekse tempels hebben zuilen met openingen ertussen. Romeinse tempels hebben
vaak halfzuilen die vast aan de muur zitten.
○ Griekse tempels zijn van alle kanten toegankelijk, Romeinse niet.
○ Grieken bouwden met marmer. De Romeinen met beton, dat is ook veel steviger.
○ Romeinse tempels staat vaak op een soort podium (stylobaat), terwijl Griekse tempels
alleen een kleine verhoging hebben.
● Persoon, jaartal, begrip:
○ Myron ( ong. 5e eeuw v. Chr.) was een Griekse beeldhouwer en bronsgieter uit het
midden van de 5e eeuw v.Chr. Hij maakte beelden van atleten waarbij de beweging in
marmer is bevroren. Zijn beroemdste werk is de discuswerper. Ca. 450 v. Chr. trok
hij veel aandacht met zijn beelden.

KA 7: De confrontatie tussen de Grieks-Romeinse cultuur en de Germaanse cultuur van
Noordwest-Europa.

● De germaanse manieren:
○ politiek en bestuur:
● Germanen: Koningen en krijgsheren deelden de macht, maar bij belangrijke
beslissingen waren zij verplicht om raad te vragen bij priesters. Die
raadpleegden god, door het kiezen van takjes met merktekens, of door te
luisteren naar het briesen van de paarden.
○ oorlogsvoering:
● Germanen: Koningen en legeraanvoerders omringden zich met krijgers die
hun leiders volgden in de oorlog. Trouw was hier heel belangrijk. Wie tijdens
een gevecht op de vlucht sloeg, werd levend begraven in het moeras. Daarna
werd het lijk met takken bedekt, zodat het verborgen zou blijven.
○ rechtspraak:
● Germanen: Wanneer iemand onrecht was aangedaan, werd van diens familie
verwacht dat zij dit zouden wreken. Het gevolg daarvan was een eindeloze
reeks van vreten tussen meerdere families.
● de Romeinen voelden zich superieur aan de Germanen en bewonderden de Germanen.
○ De germanen begrepen niets, ze waren dom. BIJVOORBEELD ze gebruikten
plekken als banken die totaal niet bedoeld waren als banken. De Romeinen voelden
zich daardoor beter dan de Germanen.
○ De Romeinen bewonderden de Germanen door de moed en vriendschap die hun
hadden.
● Oorzaken van de val van het West-Romeinse Rijk:
○ Het rijk was te groot geworden om echt effectief te kunnen besturen en te beschermen
tegen aanvallen van buitenaf.
○ Tegelijkertijd werd het rijk van binnenuit uitgehold door het christendom, omdat het
christelijke geloof, met zijn compassie voor de zwakkeren en onverschilligheid
tegenover de wereld, haaks stond op wat Rome groot had gemaakt: brutaliteit,
meedogenloosheid en zelfopoffering voor de publieke zaak.
○ De toeneming van de belastingdruk om de bureaucratie en het leger te betalen, is een
oorzaak van de ondergang.


4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller fabienne704. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $10.20. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

52510 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$10.20
  • (0)
Add to cart
Added