Wederzijdse afhankelijkheid: wat de ene aanbieder doet heeft invloed op wat de andere aanbieder
doet. Speltheorie: is bepalen wat er gebeurt als er sprake is van wederzijdse afhankelijkheid. De
keuzen die worden gemaakt noem je acties en het marktevenwicht is de speluitkomst. Dat is de
situatie die ontstaat als het spel gespeeld is. Voor iedere speler moet worden bepaald welke actie hij
zal kiezen bij iedere mogelijke actie van de andere speler. Als dat bekend is kan je het
marktevenwicht bepalen: de situatie waarbij beide spelers tegelijkertijd hun beste actie hebben
gekozen gegeven de gekozen actie van de andere speler. Volgende stap is het opstellen van de
opbrengstenmatrix: de matrix met daarin de opbrengsten voor beide spelers bij alle mogelijke acties.
In dit plaatje zie je de rijspeler en kolomspeler. In de cellen van de opbrengstenmatrix wordt de
opbrengst van de rijspeler als eerste genoemd. De oplossing is dus het marktevenwicht. Hier kiezen
beide spelers tegelijkertijd hun beste actie, gegeven de actie van de andere speler. Gegeven de actie
van de andere speler wil geen van beide spelers een andere actie kiezen. Geen speler kan er dan op
vooruitgaan door een andere actie te kiezen als de andere speler dat ook niet doet. Dit noem je het
Nash-evenwicht. Er is geen andere keuze dat ze er beide op vooruit gaan. Meerdere uitkomsten
kunnen een Nash-evenwicht zijn.
Hoofdstuk 2:
Pareto-verbetering: door een verandering gaat er ten minste 1 speler op vooruit, terwijl geen enkele
andere speler erop achteruit gaat. Dit hieronder noem je een gevangen dilemma. Het is een
tegenstelling van het individuele belang en het
collectieve belang. Want ze streven beide hun eigen
belang na en hierdoor komen ze in een
marktevenwicht terecht dat voor beiden slecht is
(10,10). Ze gaan er beiden op vooruit als beide gaan
zwijgen. Maar dit doen ze niet want ze streven elk hun
eigen belang na.
Een dominante actie: een actie die altijd wordt gekozen, wat de andere speler ook doet. Als beide
spelers dezelfde dominante actie hebben dan wordt het een evenwicht in dominante acties. Als
blauw zwijgt dan gaat rood de ander aangeven, want dat is beter voor hem. En als blauw de ander
aangeeft doet rood dat ook. In beide gevallen kiest hij dus om de ander aan te geven, dit is dus een
dominante acties. Want beide keren zal hij die actie maken. Bij een dominante actie worden die
acties altijd gekozen en is er dus maar in evenwicht.
Collectieve goederen horen niet rivaliserend en uitsluitend te zijn. Consumenten kunnen niet
uitgesloten zijn van het goed. In het marktevenwicht wordt het collectieve goed niet geproduceerd,
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Ilse321. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.83. You're not tied to anything after your purchase.