100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Hoorcolleges Materieel Strafrecht $6.86   Add to cart

Class notes

Hoorcolleges Materieel Strafrecht

 4 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Uitgebreide aantekeningen van alle hoorcolleges van het vak Materieel Strafrecht uit jaar twee voor zowel studenten Rechtsgeleerdheid als Criminologie.

Preview 4 out of 57  pages

  • April 19, 2023
  • 57
  • 2021/2022
  • Class notes
  • -
  • All classes
avatar-seller
Hoorcolleges Materieel Strafrecht


Hoorcollege 1: Inleiding (21-02-2022)
Wat is materieel strafrecht? (definitie op pagina 3 boek)
A) Strafbaarstellingen
 Bevatten delictsomschrijving + sanctienorm
 Opgedeeld in misdrijven en overtredingen
 Nadere onderscheidingen mogelijk
B) Algemene leerstukken van strafrechtelijke aansprakelijkheid (zie Algemeen Deel
Wetboek van Strafrecht)
C) Sanctierecht (aldus Kelk/De Jong)
Plaatsbepaling materieel strafrecht
 In relatie tot formeel strafrecht
 In relatie tot andere rechtsgebieden
Bronnen van materieel strafrecht
 Internationale verdragen
 EU-recht
 De wet  commuun en bijzonder strafrecht
 Nationale en internationale rechtspraak
Betekenis van bronnen
 Primaat van de wet
 Primaat van het wetboek van strafrecht
 Maar: de praktijk is weerbarstig
Geschiedenis Nederlands strafrecht (1886-heden)
 Tot 1886  Franse Code Pénal (1810) van kracht  het Franse strafrecht
 1886  Inwerkingtreding nieuw nationaal wetboek van strafrecht
 Gekenmerkt door  eenvoud, rechterlijke interpretatie- en straftoemetingsvrijheid,
terughoudendheid (liberaal)
Behouden gebleven sinds 1886
 Algemene leerstukken niet/nauwelijks gedefinieerd  nadere uitwerking overgelaten
aan de rechtspraak
 Tweedeling  misdrijven en overtredingen
 Grote straftoemetingsvrijheid voor de rechter
Ontwikkelingen sinds 1886
 Opkomst Moderne Richting  thans: verenigingstheorie
 Toegenomen invloed andere disciplines
 Nieuwe vormen van criminaliteit
 Internationalisering en Europeanisering
Enige belangrijke veranderingen
 Hoe Nederlands is ons Nederlandse strafrecht?
 Positieve verplichtingen o.g.v. EVRM
 Invloed bovennationaal recht, m.n. van (afdwingbaar) EU-recht
 Plicht tot conforme interpretatie



1

, Hoorcolleges Materieel Strafrecht


 Rechtspraak Hof van Justitie EU
 Strafbaarstelling van de voorfase
 Strafbare voorbereiding
 Gevaarzettingsdelicten steeds meer op de voorgrond
 Veranderde opvatting daderschap
 Naast fysiek ook functioneel daderschap
 Strafbaarheid van de rechtspersoon
 Forse groei bijzondere strafwetgeving
 Mede onder invloed van EU-regelgeving en internationaal recht
 Gelede normstelling
Criteria voor strafbaarstelling
 Schadebeginsel
 Schade of gevaar of schade?
 Schending van rechtsbelangen
De mens in het strafrecht
 Strafbaar gedrag is menselijk gedrag
 Wie de misdager als mens eerbiedigt en werkelijk verantwoordelijk houdt, biedt de
misdadiger de gelegenheid het verloren vertrouwen opnieuw te verdienen (W.P.J.
Pompe, Strafrecht en vertrouwen in de medemens)

Hoorcollege 2: Legaliteit en wederrechtelijkheid (25-02-2022)
4 voorwaarden voor strafbaarheid
1. Er is een menselijke gedraging
2. Die valt binnen de grenzen van een wettelijke delictsomschrijving  objectieve zijde
van het strafbare feit
3. Die wederrechtelijk is
4. En aan schuld te wijten  voorwaarde die duidt op de subjectieve kant van de
strafbaarheid
Legaliteitsbeginsel
 Want: menselijke gedraging ‘die valt binnen de grenzen van een wettelijke
delictomschrijving’
 In dit vak: materieelrechtelijk legaliteitsbeginsel
 Nullum crimen, nulla poena sine lege praevia
 Artikel 16 Grondwet  geen feit is strafbaar dan uit kracht van een daaraan
voorafgegane wettelijke strafbepaling
 Ook lagere wetgeving valt onder de bescherming van het legaliteitsbeginsel
Achtergrond legaliteitsbeginsel
 Een diepgeworteld fundamenteel beginsel
 Rechtsstaatgedachte (rule of law)
 Bescherming tegen willekeur
 Generale preventie  als in de wet duidelijk wordt gemaakt welk gedrag strafbaar
dan houdt dat mensen ook tegen om dat gedrag te vertonen (is de vraag of dat ook
echt zo is, moeten we niet te positief over zijn)
Codificaties legaliteitsbeginsel




2

, Hoorcolleges Materieel Strafrecht


 Art. 1 lid 1 Sr
 Art. 16 Gw
 Art. 7 EVRM
 Art. 49 Hv EU (alleen bij ten uitvoer brengen Unierecht)
 Art. 15 IVBPR
Vier deelnormen
1. Vereiste van geschreven strafbepalingen (Lex scripta)  strafbepalingen moeten
in de wet zijn opgeschreven (art. 1 WvSr, art. 16 GW)  EHRM is hier minder streng
in, basis strafbaar feit hoeft zich niet per se te bevinden in de wet, maar in het recht
(is een breder begrip, valt bijvoorbeeld ook rechtersrecht onder)
2. Verbod van terugwerkende kracht  als het ten tijde van het plegen nog niet
strafbaar was kun je daar niet voor worden aangesproken  ook als een straf ten
tijde van plegen lager was dan nu, moet je de oude straf krijgen
 Tenzij: mildheidsgebod (art. 1 lid 2 Sr; art. 49 HvEU)  Het mildheidsgebod is
derhalve een conflictregel die uit twee mogelijk toepasbare wetsbepalingen de
voor de burger gunstigste kiest  wanneer de wet die gold ten tijde van het
begaan van de gedraging het gunstigst is, schrijven lid 1 en 2 van artikel 1 Sr
allebei toepassing van de oude wet voor
3. Bepaaldheidsgebod (lex certa)
 Vereiste van toegankelijke en duidelijke strafnormen  voorzienbaarheidsvereiste
 kernvraag: was voorzienbaar dat een specifieke gedraging strafbaar is  komt
vooral naar voren bij: was deze strafnorm duidelijk en toegankelijk?
 Een hele erge verfijning van een strafnorm kan leiden tot verwarring
 Werkelijkheid of historisch ideaal?
- Behoorlijke mate van vaagheid toegestaan (vgl. arrest Onbehoorlijk gedrag)
 Schending van bepaaldheidsgebod soms geen sprake van, omdat
wetgever anders te veel wetten moet specificeren en dit zou afbreuk kunnen
doen aan toegankelijkheid van de wet
- Bepaalde mate van vaagheid moet ook wel om de openheid en flexibiliteit van
de wet te behouden
- Wat betekent voorzienbaarheid nog in geval van gedeelde
verantwoordelijkheid wetgever (incl. EU-wetgever?) en rechter (vgl. HvJ EU in
arrest JI)?
- Hoe toegankelijk is de strafwet bij gelede normstelling (‘spaghetti-wetgeving’)?
(vgl. art. 11 lid 5 Opiumwet)
4. Begrensde interpretatievrijheid van de rechter
 Rechter kan niet onbegrensd wetten interpreteren
 Aan de interpretatie van de rechter valt niet te ontkomen, bijvoorbeeld door de
veranderende samenleving (openheid en flexibiliteit van de wet blijft nodig om in
te spelen op maatschappelijke veranderingen)
 Waar ligt de grens?
- Vraag: kan a) elektrische energie of b) een virtueel masker in online spel
worden aangemerkt als ‘goed’ in de zin van art. 310 Sr?
 Verhouding tussen extensieve interpreatie (ruim interpreteren, dit mag als er een
goede uitleg voor is), analogische interpretatie (schepping van een rechtsregel
door de rechter naar het voorbeeld van een bestaande rechtsregel) en
voorzienbaarheidsvereiste
Wederrechtelijkheidsbeginsel




3

, Hoorcolleges Materieel Strafrecht


 Wederrechtelijkheid is voorwaarde voor strafbaarheid  drukt het norm
overschrijdende karakter van de strafbaarheidsstelling uit
 Beperkt strafbaar gedrag tot gedrag dat in strijd is met het objectieve recht
 Vervulling delictsomschrijving = vermoeden van wederrechtelijkheid  vermoeden in
de zin van wederwettelijkheid / formele wederrechtelijkheid
 Alleen al de eerste twee voorwaarden van strafbaarheid geven een vermoeden van
wederrechtelijkheid
Wederrechtelijkheid als vermoeden
 D.w.z.: element van de delictsomschrijving (de regel)
 Wederrechtelijkheid kan ook een bestanddeel zijn van de delictsomschrijving
 Een weerlegbaar vermoeden:
a. Op grond van de wet: wettelijke rechtvaardigingsgronden
b. Op grond van anderszins ontbreken materiële wederrechtelijkheid (vgl. arrest
Veearts)
c. Langs de weg van delictsinterpretatie
 Dit is de ‘standaardsituatie’  je zal wederrechtelijkheid hier niet in de
delictsomschrijving vinden, het is dan dus een element
Wederrechtelijkheid expliciet in delictsomschrijving
 D.w.z.: bestanddeel van de delictsomschrijving (de uitzondering)
 Afbakening delictsomschrijving  dat moet omdat er anders gedrag onder valt
waarvan we niet willen dat het eronder valt (bijv. een arts die letsel aanbrengt door
iemand open te snijden om te opereren, dit is niet wederrechtelijk)
 Gevolg  materiële wederrechtelijkheid expliciet opgenomen in delictsomschrijving
 evt. op te heffen op grond van rechtvaardigingsgronden
 Dit is de uitzonderingssituatie  er staat niet altijd letterlijk wederrechtelijk in de
delictsomschrijving, het is dus belangrijk om te weten welke woorden/zinsdelen ook
duiden op wederrechtelijkheid
Betekenis(sen) wederrechtelijkheid als delictsbestanddeel
 Uiteenlopende bewoordingen van wederrechtelijkheid, er staat namelijk niet altijd
letterlijk wederrechtelijk in de delictsomschrijving (vgl. art. 282 lid 1 en art. 310 lid 1 Sr
vs. art. 300 lid 1 Sr (hier staat mishandeling, er wordt dan vanuit gegaan dat het
stukje ‘mis’ uitdrukt wederrechtelijkheid een bestanddeel is) en art. 370 Sr)
 Uiteenlopende betekenissen?
 Ruim vs. eng wederrechtelijkheidsbegrip
- Bij ‘eng’ ligt de nadruk sterk op de ratio van de betreffende
delictsomschrijving, de wederrechtelijkheid wordt uitgelegd van: zonder
toestemming van een ander, tegen het recht (bijv. art. 138 Sr, of joyriding
waarbij je zonder toestemming van iemand/de eigenaar in de auto gaat rijden)
 Hoofdlijn van de HR  er wordt een ruim wederrechtelijkheidsbegrip
aangehouden
 Soms  delict-specifieke betekenis (facetwederrechtelijkheid)




Hoorcollege 3: Causaliteit (28-02-2022)
Wat is causaliteit? (1)


4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller CriminologieStudent14. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.86. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

71498 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.86
  • (0)
  Add to cart