HEMODYNAMISCHE MONITORING &
MECHANISCHE
ORGAANONDERSTEUNING
DEEL 1: HEMODYNAMISCHE MONITORING
MONITORING OP KRITIEKE DIENSTEN
Intensieve geneeskunde heeft als doel de patiënten die in één of meer van hun vitale functies zeer
enrstig bedreigd zijn deskundig op te vangen, ter ondersteuning of bijsturing van deze functies bij
middel van continue monitoring en aangepaste diagnostische en therapeutische interventies
Monitoring is continu beoordelen en opvolgen
Verwachtingen naar monitoring
o Voorwaarden
Eenvoudig in gebruik
Betaalbaar
Zo weinig mogelijk complicaties
Continue of frequente meting
Nauwkeurig en reproduceerbaar
Leiden tot wijziging in outcome
Leiden tot een prognostisch inzicht
Leiden tot wijziging van de behandeling
Classificatie van monitoring
o Diagnose en monitoring: geen enkele invloed op het verbeteren of ondersteunen van vitale
functies
o Therapie: onder de vorm van energie, vloeistoffen en gassen injecteren
o Onderhoud en levensfuncties: beademingstoestel, ECMO, PM, IABP
o Simulatie: lesmateriaal
Vormen niet invasieve monitoring
o ECG
o Pulse oxymetrie
o Niet invasieve bloeddrukmeting
o Capnogragie
o NIRS
o BIS monitoring
o Echocardiografie
o kliniek
ECG
o Ritmebeoordeling
Regelmaat
Sinusritme, ritmestoornissen
, Geleidingsstoornissen
Atriale / ventriculaire ritmes (-stoornissen)
o Ischemiedetectie
Afleiding II
V5 meest sensitief voor ischemie: > 90% ischemiedetectie bij 5 leads
Elektrolytenstoornissen
Pulse oxymetrie
o Principe van arteriële hemoglobinesaturatie
o Combinatie van plethysmografie en spectrofotometrie
o Pulsatiele flow: onderscheiden van arterieel/veneus bloed en weefsels
o Absorptie van licht: Rood (660nm) & IR (940nm)
o Principes:
Kleur van bloed wordt bepaald door de zuurstofsaturatie
Kleurverandering bloed ten gevolge van de de interatie tussen Hb en zuurstof
Ratio (R) oxyHb en desoxyHb: berekend via spectrofotometrie
o Meetfouten
Artefacten: beweging, omgevingslicht
Hypotensie, circulatoire problemen
Verschuiving zuurstofdissociatiecurve
Hogere foutmarge bij lage saturaties (<70%)
Methyleenblauw: sat 65%
Dysfunctionele hb
MetHb: R 1:1 → sat = 85% → Vals verlaagde waarde
CarboxyHb: lage absorptie IR (940nm) vals verhoogde waarde
Capnografie
o Meting CO2-concentratie in beademingscircuit
o End-tidal CO2 (EtCO2)
o Hoeveelheid CO2 op einde vd expiratiefase
o Info:
Positie ETT
Perfusie
Ventilatie
Beademingsciruit
Circulatoir arrest
ANATOMIE EN FYSIOLOGIE
HART EN BLOEDVATENSTELSEL
Motor van het menselijk lichaam
BLOEDCIRCULATIE
2 systemen
o Grote bloedsomloop= systemische circulatie
Transport van O2-rijk bloed vanuit het hart naar alle
delen van het lichaam
, O2 rijk bloed: LA LV aorta arteriën organen arteriolen venen
vena cava inferior en superior RE RV
Hoge arteriële druk ( veel myocardweefsel), gemiddeld 100 mmHg
Via arteriële systemen verspreid in het lichaam
Centraal vaatstelsel
Perifeer vaatstelsel
o Kleine bloedsomloop
Transport van het O2-arme bloed naar het hart
Lage druk
Gemiddeld 15 mmHg
= longcirculatie
O2 arm bloed: RV A. pulmonalis longhaarvaten gasuitwisseling v.
pulmonalis LA grote bloedsomloop
Weinig moeite doen om bloed in de longen te krijgen, weinig spiermassa
ARTERIËN EN VENEN
Arteriën
o Elastische: aorta en zijtakken
Meer elastische vezels
Dicht bij het hart
o Musculaire: gladde spiercellen in de media samentrekken waardoor de diameter van het
lumen vernauwt minder goede doorstroming
o Arteriolen
Veneuze systeem
o Diepe venen
o Oppervlakkige venen: punctieplaats
o Grote venen spierlaag, eerder opslagfunctie voor het bloed
o Bloed niet voortstuwen, spierpomp voor nodig
o Voorzien van kleppen: verhinderen het terugstromen van het bloed
o Bloed richting het hart geperst
o Hoe kleiner de vene hoe meer kleppen ( vena cava geen kleppen, hoe hoger je gaat hoe
breder de venen)
HART
Ligging
o Achter het sternum in het mediastinum
o LV heeft een dikkere wand, noodzakelijk om de
systemische perfusie en drukopbouw mogelijk te
maken
o 1/3 parasternaal aan de rechterzijde
o 2/3 parasternaal aan de linkerzijde
Functie
o Instandhouding van de bloedcirculatie
Stroming van het bloed: drukverschillen
Actieve drukopbouw in één richting
Aanpassing aan verschillende fysiologische condities
Weefselopbouw
, o Endocard: binnenste laag
o Myocard: hartspier ( onwillekeurig dwarsgestreept spierweefsel
LV myocard is 3x zo dik als dat van het RV
Atriummyocard is vrij dun
o Epicard
Dun laagje bindweefsel
o Hart ligt in het hartzakje = pericard= smeermiddel
Anatomie van het hart en de aorta
o 2 holle spieren
Atriumspier
Ventrikelspier
Gescheiden door bindweefselplaat: annulus fibrosus
o 2 compartimenten
Atria: voorkamers
Dunwandig= kleine contractiekracht ( kleine
weerstand voor naar ventrikels)
Veneus systeem
Vena gava inferior en vena cava superior monden
uit in het RA
V. pulmonalis mondt uit LA
Ventrikels: kamer
Dikke wand= grote contractiekracht
Ontspringen van de grote arteriën: a pulmonalis
vanuit RV en aorta vanuit LV
RV dient om volume te produceren (= dunne
spierwand), LV dient om druk te produceren,
productie van klein volume (= dikke spierwand)
Gescheiden door septum: atriale en ventriculaire septum
o Aorta
Aortawortel
Ontspringen de coronaire arteriën
3 verdikkingen aan het begin
Aorta ascendens of stijgende aorta
Thv de sinu-aortale junctie tot afgang van de truncus brachiocephalicus
Arcus aortae of aortaboog
Truncus brachiocephalicus ( re a. subclavia en a. carotis communis)
Linker a. subclavia
Linker a. carotis communis
Aorta descendens of dalende aorta
Thoraco-abdominale aorta: thoracaal gedeelte, aorta thoracalis
descendens, abdominaal gedeelte
Voorziet de rest van het lichaam van O2 rijk bloed
Eindigt thv de bifurcatie
Ziektebeelden aorta
Aneurysma: verzwakking van de wand ( operatie vanaf 6 cm diameter)
Dissectie: scheur ( directe operatie, hart pompt 4l/min uit, in totaal 5L/min)
Coarectatie: vernauwing maar pt heeft zelf contraleteralen gevormd
o Hartkleppen
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ChloéG. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $11.25. You're not tied to anything after your purchase.