100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting kennisclips Media effecten 1.3 $5.41   Add to cart

Summary

Samenvatting kennisclips Media effecten 1.3

 6 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Samenvatting van alle kennisclips van media effecten 1.3

Preview 2 out of 6  pages

  • April 25, 2023
  • 6
  • 2021/2022
  • Summary
avatar-seller
Samenvatting kennisclips Media-effecten
Week 2: Kinderen en media
Ontwikkelingstheorie
Ontwikkelingsfase kinderen:

1. Sensomotorische fase
 0-2 jaar
 Ontwikkeling motoriek, zintuigen, geheugen
 Nog geen objectpermanentie
2. Pre-operationele fase
 2-7 jaar
 Ontwikkeling taal
 Verdere ontwikkeling motoriek (fijne)
 Ontwikkeling “ik” ego
 Animisme (kinderen denken dat levenloze objecten een ziel heeft)
 Denken kenmerkt zich door egocentrisme en centratie (redeneren uit zichzelf)
 Ontwikkeling begrip “conservatie”
3. Concreet operationele fase
 7-12 jaar
 Ontwikkeling van reversibiliteit. Het begrip dat je een proces in gedachten kunt
omdraaien
 Ontwikkeling van decentratie. Het feit dat je je op meerdere aspecten tegelijk kunt
richten
 Ontwikkeling van de logica. De relatie begrijpen tussen tijd, afstand en snelheid
4. Formeel operationele fase
 Vanaf 12 jaar
 Het denken komt los van het concrete
 Leren logisch te denken, het leren verbanden te maken en hieruit conclusies te
trekken

Mediavoorkeuren en ontwikkeling
1. 0-2 jaar:
 Felle kleuren, muziek en bewegende objecten
 Voorkeuren: gezichten, muziek, felle kleur
 Benoemen wat ze zien
 Verhaal is minder relevant
o Aandachtstekort, daarom voorkeur voor reclames (rijmpjes, liedjes, slogans,
muziek, korte verhaaltjes)
2. 2-5 jaar:
 Vriendelijke fantasiefiguren en vertrouwde contexten
 Voorkeur voor media-inhoud
 Interesse in verhaallijn
 Imiteren media-inhoud (nazingen)
 Herhaling geeft “macht”, voorspelbaarheid
 Scheidslijn fantasie en realiteit slecht (reality monitoring), fantaseren
 Tot 4 jaar: alles op tv is echt, tv-karakters “wonen in de tv”

, Kinderen worden heel erg gestuurd in hun voorkeuren door reclames.
Perceptuele gebondenheid: wat we zien is hoe iemand is, direct waarneembare kenmerken bepalen
oordeel i.p.v. gedrag. (Iemand die lelijk is, is onaardig) kinderen kunnen dit gevoel niet loslaten.

3. 5-8 jaar:
 Avontuur en exotische contexten
 Afname interesse educatieve programma’s
 Computerspelletjes en tv: spanning, onbekende eilanden en planeten
 Kunnen aandacht (langer) vasthouden
 Belangstelling voor actie en geweld
Kenmerken:
o Actie
o Geweld
o Binaire karakters (goed/slecht, man/vrouw)
o Narratief simplisme
4. 8-12 jaar
 Realisme, kieskeurigheid en sociale relaties
 Kritisch, aandacht voor detail
 Kunnen fantasie van realiteit onderscheiden
 Sociale cognitie (begrijpt wat sociaal (niet) handig is)
 Voorkeur “oudere” karakters “Wishful Identificaftion”

Week 3: Agressie en media
Media en agressie
Copycatmisdaden: iemand leest erover in de media en neemt dit gedrag over.

Werther effect: het moment dat er in de media over zelfmoord wordt gesproken, bij een bekend
iemand, dan stijgt het zelfmoordpercentage met 12%.

Parasociale interactie: als mensen iemand op televisie zien, dan denken ze dat ze die personen
kennen. We denken dat we een band hebben met deze personen. Hier kan stalk gedrag uitkomen.

Media en agressie: theorieën
Causaal-Correlationeel onderzoek

 Positief verband tussen voorkeur voor agressieve mediacontent als kind en agressief gedrag
op latere leeftijd.
 Omgekeerd niet: agressief gedrag op jonge leeftijd leidt niet tot het kijken van agressievere
mediacontent later.

Hoe dan?

1. Sociaal-cognitieve leertheorie: kinderen met een pop laten spelen, de helft zag een filmpje
dat de pop geslagen werd, deze kinderen sloegen zelf ook de pop. De rest ging gewoon
theedrinken.
2. Cognitieve scripttheorie: iets wat je hebt aangeleerd uit je jeugd. Als je ouders altijd op een
manier reageerden, dan zou jij dat ook doen.
3. Desentisatietheorie: als we ergens genoeg van gebruiken, worden we daar minder gevoelig
van. Als je veel mediageweld consumeert, reageer je ongevoeliger.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller milouvdwoord. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.41. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

75632 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.41
  • (0)
  Add to cart