Samenvatting Leerdoelen LP5 gebundeld per week en werkgroep
1 view 0 purchase
Course
LP5 samenvatting (LP5)
Institution
Avans Hogeschool (Avans)
Samenvatting leerdoelen LP5 gebundeld per week en werkgroep. Handig overzicht met duidelijke kopjes en plaatjes. Verschillende thema's komen aan bod, zoals: palliatieve zorg, dementie, neurologische verschijnselen, levenseinde, mantelzorg, celdeling, infusen, zelfredzaamheid, zelfmangement, klinisc...
De student verwoordt wat het verschil is tussen curatieve en palliatieve zorg.
Bij curatieve zorg is er sprake het probleem te genezen van mensen. Bij palliatieve zorg
probeer je de kwaliteit van leven zo goed mogelijk te maken voor iemand die ongeneselijk
ziek is.
De student legt uit wat palliatieve zorg inhoudt en weet welke thema’s van belang zijn
in de palliatieve fase.
De kwaliteit van leven verbeteren voor patiënten en naasten die in hun laatste levensfase
zitten door het voorkomen en verlichten van pijn doormiddel van vroegtijdige signalering.
De student kent de meest voorkomende symptomen bij cliënten in de palliatieve fase
en kan inschatten welke mensen een verhoogd risico hebben op deze symptomen en
kan deze herkennen in de fase van vroeg signalering.
Oncologie:
- Vermoeidheid
- Droge mond
- Gebrek aan eetlust
De student legt uit wat de symptomen en oorzaken zijn van ‘slaapproblemen’ in de
palliatieve fase.
Oorzaken zijn o.a.
- Ongewenste slaaphouding (slechte kwaliteit bed)
- Onvoldoende behandelen of behandelbare symptomen (ziekte, behandeling, co
morbiditeit, incontinentie)
- Verstoring dag- en nachtritme
- Onrust, piekeren, verwardheid (delier)
- Depressie
- Bijwerkingen van medicatie of behandeling.
Dementie symptoom:
Lichamelijk:
- Pathofysiologisch: het mechanisme dat tot het symptoom leidt.
- Sensorisch: de gewaarwording van het symptoom
- Functioneel: de gevolgen van het symptoom van het fysiek functioneren
Psychologisch:
- Affectief: de emotionele problemen die ontstaan door samengaan met of van invloed
zijn op het symptoom
- Cognitief: begrip van het symptoom en gedachte hierover
Sociaal:
- Gedragen en interactie met eigen omgeving
- Functionele gevolgen van het niet meer kunnen vervullen van rollen in het eigen
systeem.
Existentieel en spiritueel:
- Gedachte, gevoelens en vragen die het symptoom oproept ten aanzien.
Werkgroep 2
De student legt uit wat de verschillende stadia van palliatieve zorg inhouden
(ziektegerichte-, symptoomgerichte palliatie, palliatie in de stervensfase, nazorg).
Verschillende stadia:
1) Markeringsfase
Surprise question (wanneer de zorgverlener zich de vraag stelt: zou het me verbazen
als deze patiënt binnen nu en 1 jaar overlijdt)
2) Ziektegerichte palliatie
Behandeling van de ziekte zonder dat er genezing mogelijk is (chemo bij kanker)
3) Symptoomgerichte palliatie
Verlichte en voorkomen van symptomen zoals toediening van morfine bij pijn.
4) Stervensfase
Streven naar goede kwaliteit van sterven.
5) Nazorg
Zorg van nabestaande.
De student is op de hoogte van aandachtspunten en complicaties bij de venapunctie.
Aandachtspunten venapunctie:
- Zorg dat de arm waarin geprikt wordt voldoende ondersteund wordt.
- Wanneer er bloed afgenomen wordt met een gesloten systeem en de cliënt zelf de
punctieplaats afdrukt, hoeven er geen handschoenen gebruikt te worden.
- Kies bij voorkeur een vat in de onderarm of in de ellenboog.
- Stuw niet langer dan 1 minuut. Geef de arm minimaal twee minuten rust voordat er
opnieuw gestuwd wordt.
- Desinfecteer de stuwbank als deze door meerdere personen gebruikt wordt.
- Bij cliënten met een stollingsstoornis kan het langer duren.
Complicaties:
- Er komt geen bloed in de buis. Er is niet goed aangeprikt. Trek de buis voorzichtig
terug en probeer het bloedvat goed aan te prikken.
- Er ontstaat een bloeduitstorting maak de stuwband los en beëindig de handeling.
, - Ader wordt onvoldoende zichtbaar laat de cliënt enkele malen vuist openen en
sluiten met de stuwband om.
- Ader voelt hard aan zoek een andere geschikte ader
- Ader rolt weg fixeer de ader door de huid met duim en wijsvinger goed strak te
houden.
De student legt uit wat de symptomen en oorzaken zijn van ‘vermoeidheid’ in de
palliatieve fase.
Bij kanker komt vaak vermoeidheid kijken. Vermoeidheid bij kanker kent verschillende
uitgangsvormen: lichamelijke-, cognitieve-, en emotionele vermoeidheid.
Oorzaken van vermoeidheid:
- Tumor geïnduceerde complicaties
- Co-morbiditeit
- Anti-tumor therapie
- Bijwerking medicatie (zoals opioïden, coritcosteroïden)
- Lichamelijk symptomen geassocieerd met onderliggende tumor of behandeling.
- Psychosociale factoren, waaronder verminderde lichamelijke activiteit,
slaapstoornissen, maar ook existentiële problemen.
Week 2
College klinisch redeneren bij pijn.
Benoemen welke factoren een risico vormen voor het ontstaan van pijn
- Somatische functiekenmerken: gewrichtspijn, neuropathische pijn,
- Cognitieve functiekenmerken (pijngedrag model van Loeser).
Communicatieproblemen, verward
- Persoonlijkheidsfunctiekernmerken: betekenis geven aan pijn: cultuur, stress,
aandacht
- Belevingsfunctiekenmerken: (pijnbeleving model van Loeser), pijnschaal, voorgaande
pijnbelevingen.
- Sociale omgevingskenmerken en levensgeschiedenis: verhoogd risico sociaal
isolement.
, Beargumenteren welke meetinstrumenten gebruikt kunnen worden bij de signalering
van pijn;
VAS pijnschaal: een lege lijn waarin geen pijn en allerergste pijn wordt aangegeven.
NRS: 0-10 aangeven
VRS: pijnschaal waarin geen, licht, matig, hevig of ernstige pijn.
Gezicht schaal: 5 soorten gezichten waaruit een keuze gemaakt moet worden.
Toelichten wat de belangrijkste soorten pijn zijn;
- Acute pijn
- Chronische pijn
Onderscheid naar de bron van de pijn:
- Nociceptische of centrale pijn: wordt veroorzaakt door een prikkeling van de
zenuwuiteinde en is pijn die duidt op weefselschade (huid, spieren, bot ingewanden).
De pijn kan stekend en/of zeurend aanvoelen en kan zowel chronisch als acuut zijn.
- Neuropatische pijn: ontstaat door een directe zenuwbeschadiging of een disfunctie
van het zenuwstelsel, bijvoorbeeld door de groei van een tumor of door een hernia.
Deze pijn voelt vaak branderig of tintelend aan.
- Bij centrale pijn worden pijnprikkels in de hersenen, na schade, zelf gegenereerd.
Deze pijn kan optreden na CVA of als gevolg van een ander hersenletsel,
bijvoorbeeld vasculaire dementie.
Benoemen welke (verpleegkundige) interventies toegepast kunnen worden bij pijn.
- Verwachtingen bespreken en informeren
- Afleiding helpen zoeken
- Positieve stemming bevorderen
- Geborgen gevoel scheppen.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller rubentrieling. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.59. You're not tied to anything after your purchase.