Samenvatting boek De verpleegkundige als communicator, Ten Have
H1 Communicatie:
Referentiekader = bestaat uit waarden, normen, behoeften, kennis en ervaring.
1.1 Wat is communicatie?
Communicatie = de uitwisseling van symbolische informatie die plaatsvindt tussen mensen die zich van
elkaars aanwezigheid bewust zijn. Deze informatie wordt deels bewust, deels onbewust gegeven,
ontvangen en geïnterpreteerd.
1.1.1 Symbolische informatie:
Symbolische informatie = verbale en non-verbale communicatie.
Verbale communicatie = het gebruik van woorden en geen beelden.
Non-verbale communicatie = het gebruik van beelden, lichaamstaal en geen woorden.
Lichaamshouding: kun je basisemoties mee uitdrukken.
Bewegingen: kunnen verbale communicatie ondersteunen.
Mimiek:
1.2 Professionele communicatie:
1.2.1 Professionele communicatie:
Professionele communicatie = de communicatie gericht op het realiseren van een duidelijk doel. gericht
op zaken gerelateerd aan gezondheidsproblematiek of behandeling. referentiekader van patiënt is
uitgangspunt. (hoe ervaart patiënt gezondheidsverstoring en wat betekent dat voor hem).
1.2.2 Vriendschappelijke communicatie:
Vriendschappelijke communicatie = er is geen sprake van een doel. De gevoelens die je voor elkaar hebt,
staan centraal in de communicatie.
1.3 Het referentiekader van de verpleegkundige:
Referentiekader = alle regels, normen en waardes die, vaak onbewust, bepalen hoe je iets beoordeelt.
Algemene samenhang van alle factoren die voor een persoon, of zelfs een hele gemeenschap, de
psychische werkelijkheid op een zeker ogenblik vormt.
1.3.1 Waarden en normen:
Waarden = datgene wat belangrijk voor iemand is, wat betekenis voor iemand heeft. gebaseerd op
persoonlijke ervaringen en op opvoeding.
Normen = een regel, een maatstaf, wat hoort wel en wat hoort niet. geven aan hoe je je behoort te
gedragen. Zijn gebaseerd op persoonlijke en maatschappelijk waarden.
Voorbeelden:
- Ik kom altijd op tijd.
- Ik houd me altijd aan afspraken.
- Ik vind dat je tegen elke patiënt altijd u moet zeggen.
1.3.3 Kennis en ervaring: een nabijheid of afstand?
, Optimale communicatie verlangt als attitude: ‘maximale nabijheid met behoud van afstand’. = in staat zijn
zich in te leven in de belevingswereld van de patiënt, maar ook juiste afstand bewaren.
Overdracht = het overbrengen van gevoelens en verwachtingen op anderen. De patiënt brengt gevoelens
en verwachtingen over.
Tegenoverdracht = de verpleegkundige brengt gevoelens en verwachtingen over.
1.4 Valkuilen met betrekking tot interpreteren:
Valkuilen = informatie invullen of weglaten.
Voorbeelden van vuilkuilen:
- Stereotiep gedrag (mensen worden, op basis van één overeenkomst in een hokje gestopt, zonder
daarbij te kijken naar individuele eigenschappen. bv. ‘diabetespatiënten snappen nooit iets’)
- Eerste indruk (wordt bepaald door hoe iemand zich presenteert)
- Ad-hoc-hypothesen (een verhaal verzinnen op basis van één waarneming)
- Halo- en horneffect (je hebt een positief beeld van iemand/ je vindt iemand sympathiek. Maakt niet
uit wat hij doet, je zult dit positief duiden en waarderen)
1.5 Het referentiekader van de patiënt:
1.6 De afdelingscultuur:
De waarden en normen van een team vormen de afdelingscultuur. speelt een belangrijke rol in manier
van communiceren met patiënten.
H4 Regulerende vaardigheden:
4.1 Metacommunicatie:
Metacommunicatie = communicatie over de gevoerde communicatie. je neemt afstand van het gesprek
en communiceert over hoe het gesprek verloopt.
Doel: bij haperingen of bij onaangename wendingen dit bespreekbaar en hanteerbaar te maken.
Drie functies:
- Het vaststellen van de procedure
- Het verduidelijken van de situatie
- Het regelen op relationeel niveau (de vaardigheid om op relationeel niveau misverstanden of
onheuse bejegening te onderkennen en aan de orde te stellen. Doel: ervoor te zorgen dat er weer
sprake kan zijn van een professionele zorgrelatie)
H6 Bekrachtigende communicatieve vaardigheden:
Er wordt niet probleemgericht gedacht, maar vanuit de mogelijkheden die patiënt heeft. Kracht van patiënt
staat centraal, niet haar kwetsbaarheid. Coöperatieve relatie tussen verpleegkundige en patiënt.
Bekrachtigingsmodellen en wanneer deze gebruikt worden:
- Gezamenlijke besluitvorming: gaat uit van gelijkwaardigheid, verpleegkundige stelt zich coachend
op. Patiënt is in staat helder na te denken over zichzelf en moet belangrijke keuzes maken.
- Motiverende gespreksvoering: wordt ingezet bij therapieontrouw, als patiënten weerstand ervaren
bij behandeling.
- Het oplossingsgerichte model komt voort uit de oplossingsgerichte therapie en wordt ingezet om
met name praktische problemen aan te pakken.
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller rubentrieling. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $10.72. You're not tied to anything after your purchase.