Meneer getrouwd en had 2 polissen van levensverzekering. Echtgenote als begunstigde van
polis 1 en polis 2 de weduwe. Meneer gaat scheiden en vindt een vriendin. Hij benoemt
deze vriendin tot enig erfgenaam + verblijvingsbeding. Onterft de kinderen. Meneer overlijdt.
Het huis staat onder water, er is een negatieve nalatenschap. Meneer had geen echtgenoot,
dus voor wie is dan polis 1? Hij had ook geen weduwe, dus voor wie is polis 2? De polissen
wordt buiten de boedel genoten op grond van de leer van het zelfstandig recht. De vriendin
stond met lege handen. Als 2de persoon op de polis staan altijd de kinderen. Had de notaris
niet moeten vragen of de meneer de kinderen ook uit de levensverzekering had willen
hebben?
Conclusie -> kinderen toch niet begunstigde, naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid
onredelijk een beroep te doen op de begunstigingsclausule.
Week 2 (12 okt): beginselen in estate planning.
Geen jurisprudentie (wel notamails die over zaken gaan, idk of je die allemaal moet kennen).
Notaris moet met grote zorgvuldigheid de wensen van partijen neerleggen. Andere die niet
bij de transactie betrokken zijn kunnen hier nadeel van ondervinden.
Week 4 (26 okt): relatievermogensrecht en estate planning (deel 1).
- Besluit 29 maart 2018, nr 2018-45958 (FBN 2018-23)
Geen schenking bij algehele gemeenschap.
- HR 18 juni 2004, JBN 2004-56
- Besluit 18 oktober 2016
Zolang de schulden niet echt op papier staan, acht ik (Staatssecretaris) dat art. 15 Sw n.v.t.
is. Maar zodra een vordering is vastgesteld en mevr. heeft een schuld aan meneer van bijv.
100.000, dan val je wellicht onder de fictie van art. 15 Sw.
FVB is geen schenking indien deze verplicht en wederkerig is.
- Rechtbank Gelderland 3 november 2021
, Nieuwe relatie waarvan de vader al kinderen heeft. Vader benoemt nieuwe relatie tot enig
erfgenaam. Als je een echte gemeenschap aangaat gaat de helft naar de partner door de
gemeenschap. Bij FVB zit in de nalatenschap een schuld uit hoofde hiervan. Rb. zegt als je
finaal verrekenbeding aangaat ontstaat de schuld pas bij overlijden, je hebt er tijdens leven
geen last van waardoor het als quasi-legaat wordt gezien. Art. 4:56 BW -> schulden uit
hoofde van quasi-legaat trek je niet af, waardoor de nalatenschap groter is en hierdoor is de
legitieme portie groter. Wat i.c. niet wenselijk is, want de man wil dat zijn kinderen niks
krijgen.
- HR 7 okt 2022
Vermogen geërfd onder uitsluitingsclausule. Ontstaat er een vergoedingsrecht? HR zegt dat
weet ik niet. Uit de partijafspraken moet blijken of ze boek 1 van toepassing willen hebben.
Is stelsel vergoedingsrechten analoog van toepassing op verrekenbedingen? Vraag voor de
notaris.
Week 6 (16 nov): relatievermogensrecht en estate planning (deel 2).
- HR 22 april 1981, BNB 1981/159
Facultatief eenzijdig alsof-beding. De verkrijging krachtens dit verrekenbeding moet o.g.v.
art. 9 lid 1 Sw worden beschouwd als een verkrijging krachtens erfrecht volgens de HR.
- HR 27 juni 1990, BNB 1990/255 (finaal verrekenbeding)
Verplicht wederkerig alsof-beding. nu sprake is van een wederkerige en zonder voorbehoud
aangegane verrekeningsverplichting, in economisch opzicht overeenstemmende met de
algehele gemeenschap van goederen, dient voor de vraag of successierecht is verschuldigd
het huwelijksgoederenregime tussen erflater en belanghebbende met de algehele
gemeenschap van goederen te worden gelijkgesteld. Dit moet eveneens gelden voor de
vraag of de lijfrentepremies mede ten laste van het vermogen van belanghebbende zijn
gekomen. Uit de in art. 7 SW 1956 gegeven regeling voor het geval van verblijving van tot
een zakenrechtelijke gemeenschap van goederen behorende goederen moet worden
afgeleid dat het art. bij verrekening op grond van een deelgenootschap slechts toepassing
vindt indien de langstlevende echtgenoot meer dan de helft toekomt in de te verrekenen
som.
- Brief Belastingdienst (zie FBN 2013-40)
Art. 11 lid 3 SW is van toepassing als wordt bepaald dat alleen finaal hoeft te worden
verrekend bij overlijden van rijkste echtgenoot.
- HR 21 november 1980, NJ 1981/193
Uitsluitingsclausule (wil van erflater of schenker) kan niet worden doorkruist door wijziging
huwelijkse voorwaarden.
- HR 1 oktober 1993 (Pelikaan/Ontvanger)
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller s-kers. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.03. You're not tied to anything after your purchase.