Samenvatting Histrosiche Context 3, Nederland Havo CSE 2023
1 view 0 purchase
Course
Geschiedenis
Level
HAVO
Deze samenvatting gaat over de 3e context namelijk Nederland voor het havo CSE 2023. De samenvatting is ongeveer 5-6 bladzijde en in makkelijke woorden samengevat. ik hoop dat jullie hier wat aan hebben.
Historische context: Nederland (1948-2008)
In de eerste helft van de 20e eeuw (1900-1950) was Nederland verzuild. Dit betekent dat de
samenleving verdeeld was in groepen die elk een eigen levensovertuiging hebben.
Belangrijke zuilen zijn katholieke, de protestants-christelijke, de socialistische en de liberale
zuil. Er was vrijwel geen contact tussen die zuilen. Elke zuil had zijn eigen onderwijs,
vakbonden en politieke partijen. Na de tweede wereldoorlog bleef de verzuiling aanhouden.
(Dit is dus een voorbeeld van continuïteit na de tweede wereldoorlog).
Maar na de tweede wereldoorlog (1939-1945) veranderde er ook een aantal dingen:
1. Na de tweede wereldoorlog lag Nederland maatschappelijk en economisch in puin.
Nederland moest opnieuw opgebouwd worden, de wederopbouw. Maar gelukkig
was de VS er die hulp aanbood door middel van het Marshallplan. Dit was financiële
hulp voor de wederopbouw en economisch herstel van Europa na de oorlog.
2. Na de tweede wereldoorlog kwam een einde aan de neutralisatiepolitiek (dit is een
voorbeeld van discontinuïteit). De neutralisatiepolitiek hield in dat Nederland
neutraal was tijdens oorlogen of conflicten. Nederland was na de tweede
wereldoorlog niet meer neutraal, maar ging samenwerken met andere westerse
landen, dit kwam onder andere omdat Nederland zich bedreigd voelde tijdens de
koude oorlog (=conflicten tussen de VS en de Sovjet-Unie). Nederland sloot zich in
1949 aan bij de NAVO en in 1951 bij de EGKS, hierdoor koos Nederland dus een kant
en was de neutralisatiepolitiek afgeschaft.
3. Na de tweede wereldoorlog was er sprake van een babyboom, er werden veel
kinderen in Nederland geboren.
Tot 1948 kwam de wederopbouw niet goed op gang. Doordat industrie en landbouw niet
genoeg konden produceren, was er meer import dan export. Om meer te produceren
moesten er machines, steenkool en tractoren worden gekocht, maar daar was geen geld
voor. Amerikanen boden geld en goederen aan om te helpen en de regering ging in op dat
aanbod. Dit heet de Marshallhulp. Hierdoor ging de wederopbouw snel en bleef de
economie groeien.
In Nederland groeide in 1950-1960 de economie aanzienlijk, onder andere door de
Marshallhulp wat hierboven is beschreven, maar waardoor nog meer?
1. Nederland profiteerde ook van het economisch herstel in de BRD, omdat er meer
goederen naar de BRD geëxporteerd konden worden. De BRD werd een belangrijke
handelspartner.
2. Ook was er meer sprake van industrialisatie (er kwamen fabrieken, machines etc).
3. In 1959 werd ook aardgas ontdekt en dat werd geëxporteerd, hierdoor verdiende
Nederland veel geld, ook dit droeg bij aan de economische groei.
Na de tweede wereldoorlog werkten de rooms-katholieke en de sociaaldemocratische
partijen samen. Ze hadden verschillende standpunten en meningen, maar de samenwerking
was nodig voor de wederopbouw van Nederland. De regering werd de Rooms-roderegering
genoemd.
, In 1948 kwam koningin Juliana en minister-president Willem dress aan de macht.
Willem-Drees (1948-1958) deed een aantal dingen toen hij aan de macht was:
1. Drees voerde een geleide loonpolitiek (dit betekent dat de overheid zich bemoeide
met de lonen van arbeiders).
De productiekosten moesten laag blijven, zodat de economie zo snel mogelijk weer zou
groeien/opbouwen. Ze wilde de export en werkgelegenheid stimuleren, ze gooide de prijzen
van producen omlaag zodat het voor het buitenland aantrekkelijk was om in Nederland
goederen te kopen en Nederland er dus aan kon verdienen.
Maar veel werknemers zijn natuurlijk niet blij met lage lonen, hierdoor gingen veel mensen
zwart werken. De geleide loonpolitiek werkte niet meer waardoor de overheid moest
ingrijpen. De geleide loonpolitiek -> vrije loonpolitiek. De werkgevers- en nemers overleggen
over het loon, hierdoor stegen de lonen hard en werd zwart werken wit.
2. Ook zorgde Drees voor een verzorgingsstaat. (De overheid zorgt voor het welzijn van
de burgers).
Zo werd in 1949 de werkloosheiduitkering ingevoerd en in 1957 de AOW. Dit zorgt
ervoor dat niemand onder het sociale minimum hoefde te lenen.
Doordat de geleide loonpolitiek een vrije loonpolitiek werd, en doordat de economie groeide
stegen de lonen hard. Doordat de lonen stegen, groeide de welvaart en konden mensen met
de hogere lonen makkelijker meer geld besteden. Mensen besteden niet alleen hun geld aan
brood, maar nu ook meer aan luxegoederen zoals auto’s en televisies. Ook gingen mensen
op vakantie. Hierdoor werd Nederland een consumptiemaatschappij.
Doordat de welvaart groeide veranderde ook een aantal dingen doordat de vraag naar
goederen en diensten ook betekende dat er meer werkgelegenheid was, vooral in steden:
1. Meer mensen gingen naar de steden verhuizen.
2. Er kwam veel woon-werkverkeer.
3. Steeds meer vrouwen gingen werken.
Vanaf de jaren 60 dus 1960 was er sprake van ontzuiling. De samenleving was niet meer
verdeeld in verschillende groepen, met elk zijn eigen geloof etc. zoals bij de verzuiling het
geval was.
De ontzuiling kwam tot stand door verschillende factoren:
1. Radio en televisie, omdat je zo makkelijk ook zenders kon kijken/luisteren van andere
zuilen.
2. Door de economische groei (en dus meer werkgelegenheid) kwamen mensen vaker
in aanraking met elkaar. Jouw collega was bijvoorbeeld protestant-christelijk terwijl
jijzelf katholiek bent.
Maar een van de belangrijkste oorzaken waren de jongeren. In 1966 richtte zij de partij D’66
op, dit was de eerste partij die niet bij een specifieke zuil hoorde. Ook het oprichten van
radio Veronica (1960-1974) is een voorbeeld, maar deze moest vanaf een schip worden
uitgezonden omdat een commerciële zender nog niet was toegestaan.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Anna2023. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.53. You're not tied to anything after your purchase.