100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Communicatieklassiekers module 1,2 & 4 $5.90
Add to cart

Summary

Samenvatting Communicatieklassiekers module 1,2 & 4

 17 views  1 purchase
  • Course
  • Institution

In deze samenvatting staan module 1,2 en 4. Ik heb de weblectures samengevat en de bijbehorende artikelen. Dit is van het vak Communicatieklassiekers van de premaster Communicatiewetenschap.

Preview 3 out of 20  pages

  • May 3, 2023
  • 20
  • 2022/2023
  • Summary
avatar-seller
Samenvatting
Communicatieklassiekers
Module 1-9, samenvatting artikelen & hoorcollege aantekeningen

,Module 1: News values
Lecture 1

Why in the news?
= Why a high news value for journalists

Nieuwswaarde = Wat in het hoofd van journalisten zit.

Nieuwsfactor = Eigenschap van de werkelijkheid. De termen waarin journalisten het
nieuws verdedigen.

Human language, semantics & grammer

 Transcending here+now
Linguistic apes: Mensen onderscheiden zich van andere vormen van leven door hun
gebruik van taal en communicatie. Taal wordt gebruikt om het hier-en-nu te overstijgen
op 4 manieren:
1. Praten over het verleden (past)
2. Praten over de toekomst (future)
3. Praten over externe mensen, plaatsen, etc. (outward)
4. Praten over interne gedachten (inward)
 Op deze manier kunnen mensen zich doormiddel van verbeelding inleven en
vervolgens weer verhalen vertellen.

Grammer: zinsopbouw manieren waarmee het hier-en-nu overstegen wordt

 Script, number system
Script: Schrift werd ontwikkeld, hierdoor konden mensen hun namen en verhalen
waarborgen en op deze manier beter boekhouden. Ook werden holy scriptures
opgeschreven
 Het verspreiden van religie werd mogelijk

 Meta-communication
- Political theater: een publiek een dilemma laten begrijpen door een vertolken van
verschillende standpunten.
 Het gevolg was de opkomst van de democratie.

Logica = Conclusies kunnen afgeleid worden van impliciete stellingen

Syllogisme = Een logisch argument waarbij deductieve redenering wordt gebruikt om
een conclusie te trekken op basis van twee (of meer) proposities die waar zijn.

Propositie: een statement bestaande uit subject, predicate en object:
- Subject: Onderwerp, iemand die iets doet
- Predicate: Gezegde, wat iemand doet
- Object: Voorwerp, waarop iets gericht is

aRb-perspective: een netwerk van puynten en pijlen om proposities (geeft een gedachte
weer die een state of affairs weergeeft) weer te geven:
- a: subject
- R: Relatie
- B: Object

Ethos, logos en pathos (ELP): Basis voor het sender-message-receiver schema:
1. Ethos = Een persuasieve zender overtuigt zijn publiek dat zijn ambities een punt
van algemene interesse zijn, niet alleen van zichzelf.
2. Logos = Een boodschap moet concise (kort en krachtig) zijn en het publiek zou de
conclusie zelf moeten kunnen trekken op basis van logische deductie.

, 3. Pathos = Als een boodschap niet de behoeften en passies van het publiek
aanspreekt zal deze niet onthouden worden.
Drukpers: Dit is ontstaan door Luther. Door de drukpers konden zijn 95 stellingen sneller
worden verspreidt over een groter publiek (=media event). In ruil voor de drukpers
kreeg je vrijheid van religie.

Verschillende manieren van nieuws verspreiden:
 Telegraaf: Communiceren op afstand door middel van morse-code, hierdoor kon er
beter gecommuniceerd worden door het leger en kon financieel nieuws doorgespeeld
worden naar de beurs (dit leidde tot standaardisatie van goederen om goed te
handelen)
 Telefoon: Communiceren op afstand zonder morsecode, hierdoor efficiënter zaken
doen en makkelijker publieke administratie. Ook kwam hierdoor global village (= het
idee dat mensen zelf kiezen wie hun buur is, globalisatie)
 Radio: Massa communicatie (=communiceren over grote schaal, mass publics),
hierdoor nieuwe politieke strategieën, opkomst van radio-advertenties en interesse in
sociologie.
 Verschillende strategieën:
- (Psuedo) balanced news reporting (UK): In Uk kreeg je de BCC die verschillende
standpunten vertolkt, hoewel dit soms alleen zo lijkt.
- Top down propaganda (Germany): Via de radio zo hard mogelijk klappen, zodat
alle luisteraars horen dat het volk achter de nieuwe leider staat.
- My friends, the Americans (US): Roosevelt sprak luisteraars aan als vrienden,
waardoor de radio als social medium werd ingezet.
- Pillarization (NL): Verzuiling van radiozenders, waar iedereen een stem heeft maar
ze niet erg overlappen.
 Verschillende broadcasting systems (public, commercial en pillarized)
 Televisie: (bewegend) beeld en geluid uitzenden. Na de tweede wereldoorlog werd dit
betaalbaar, hierdoor nieuwe familie bezigheid in de avond. Tegenwoordig kijken
mensen minder gefocust.
 Succesfactor was het uitzenden van film, hierdoor kwam ook de opkomst van grote
talen en werden kleine talen vervangen.
 De televisie heeft uiteindelijk marketing en adverteren gevormd, zowel als de
relatie tussen politici en het volk.
- Voorbeeld: Nixon VS Kennedy: Nixon kwam bij radiokijkers sterker over door zijn
redenering, Kennedy kwam bij televisiekijkers sterker over door hoe hij zichzelf
presenteerde.

Sound bite democracy = Politiek nieuws was nu vooral een afbeelding met een
soundbite van wat een politici zei, hierdoor gingen goede politici antwoorden op vragen
antwoorden op een manier die een soundbite zou kunnen produceren.

Media bashing = Politici maken media belachelijk om het publiek aan hun kant te
krijgen, in plaats van aan de kant van journalisten

Power leaking = Intentioneel informatie lekken om een situatie naar eigen hand te
draaien.

Telecommunicatie, internet en algoritmes:
Telefommunicatie = het versturen van tekens, signalen, boodschappen, woorden,
teksten, afbeeldingen en geluiden of informatie door middel van kabels, radio of andere
elektromagnetische systemen.

Walter Lippmann
 Van hem komt het woord stereotypes

Gatekeeper = Dit is een journalist, bij hen komt al het nieuws binnen. Zij besluiten wat
belangrijk is en wat niet en geven dit vervolgens weer door.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lotvdmeent. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.90. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

52928 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.90  1x  sold
  • (0)
Add to cart
Added