1. Ontwikkelingsfasen en -gebieden
- Ontwikkelingsfasen en -gebieden
Van conceptie tot dood – ontwikkeling op diverse gebieden
Ontwikkelingsfasen
1. Baby 0 – 1,5 jaar
2. Kleuter 1,5 - 3 jaar
3. Peuter 3 – 6 jaar
4. Lagereschoolkind 6 – 12 jaar
5. Adolescent 12 – 18 jaar
Ontwikkelingsdomeinen
o Lichamelijke ontwikkeling
o Motorische ontwikkeling
o Tekenontwikkeling
o Perceptuele ontwikkeling
o Cognitieve ontwikkeling
o Taalontwikkeling
o Spelontwikkeling
o Seksuele ontwikkeling
o Sociaal – emotionele ontwikkeling
o Morele ontwikkeling
o Persoonlijkheidsontwikkeling
2. Ontwikkelingsfactoren
o Nature = natuur / aanleg
o Nurture = omgeving / milieu
o Zelfbepaling = eigen vrije keuze = IK
3. Betrokkenheid – welbevinden Zie doelstellingen
4. Zone van naaste ontwikkeling
, - Zone van naaste ontwikkeling
Begrippenlijst : Baby 0-1,5 jaar
1. Schadelijke omgevingsinvloeden
- invloeden van buitenaf
die storend kunnen inwerken
op de ontwikkeling van de
- vrucht
- invloeden van buitenaf
die storend kunnen inwerken
op de ontwikkeling van de
- vrucht
- invloeden van buitenaf
die storend kunnen inwerken
op de ontwikkeling van de
- vrucht
- invloeden van buitenaf die storend kunnen inwerken op de ontwikkeling van de vrucht
o Ziektes / infecties mama diabetes, toxoplasmose
o Sigaretten of alcohol
o Medicijngebruik moeder
o Ongezonde voeding veel vet eten, weinig vezels, groenten, fruit
o Stress + leeftijd mama
2. Vreemdenangst ( sociaal – emotionele ontwikkeling )
- 6 à 8 maanden leert je kind onderscheid te maken tussen vertrouwde mensen en vreemden.
Rond die leeftijd reageren veel baby's heftig op veranderingen in de omgeving
, o 6/8m: baby lacht naar iedereen
o 6/8m baby wordt selectief
o hechtingsfiguur staat centraal
o Bij vreemden: huilen, vasklampen aan mama
3. Separatieangst ( +- 13m ) ( sociaal emotionele ontwikkeling )
- Verlatingsangst = bang om gescheiden te worden van degene aan wie hij/zij gehecht is
- Angstig wanneer ouders kamer verlaten
Kiekeboe spelletjes of knuffel
4. Orale fase (Sensori- motorische ontwikkeling)
- Freud de eerste fase in de psychoseksuele ontwikkeling en heeft betrekking op de eerste 21
maanden van het leven. In Freuds theorie vormt deze fase de eerste relatie tussen een kind en
zijn of haar moeder
- Alles ontdekken via de mond
5. Sensori–motorische fase (Cognitieve ontwikkeling - Piaget)
- = zintuigen + handelen
o de wereld op een zintuigelijke en handelende manier begrijpen
o Handelen = denken
6. Hechting/gehechtheid (sociaal-emotionele ontwikkeling) P87
- een affectieve band tussen een baby en zijn verzorgers, waardoor hij zich veilig voelt
6.1. Social referencing (sociaal-emotionele ontwikkeling)
- kijken naar anderen (8 a 9m)
o Doelbewust zoeken naar informatie over gevoelens van anderen om onduidelijke
omstandigheden te kunnen plaatsen
6.2. Gehechtheidstheorie volgens Bowlby P89
- Duidt volgens Bowlby op dispositie van het kind om nabijheid en daarmee veiligheid bij de
opvoeder te realiseren.
7. Adaptatie ( cognitieve ontwikkeling )
- Denken aanpassen aan de omgeving én rekening houden met reeds verworven inzichten en
begrippen
8. Assimilatie ( cognitieve ontwikkeling )
- Toepassen van kennis om nieuwe ervaringen te begrijpen en in te voegen in bestaande
denkstructuren
, - Realiteit inpassen in het denken
9. Equilibiratie ( cognitieve ontwikkeling )
- streven naar evenwicht binnen de processen van de adaptatie
10. Objectpermanentie ( sensori – motorische ontwikkeling )
- Het kind leert later dat objecten blijven bestaan (ook al zijn ze niet zichtbaar)
11. Vertrouwen vs wantrouwen stadium (persoonlijkheidsontwikkeling – Erikson )
- Vertrouwen dankzij steun van de omgeving
VS
- Angst en zorgen over anderen (wantrouwen )
Begrippenlijst : Peuter / Kleuter 1,5 – 6 jaar
De peuter 1,5 – 3 jaar
1. Pre operantionele fase ( Piaget – cognitieve ontwikkeling )
- 2 tot 7 jaar
- PIAGET levenloze dingen worden als kind als levend gezien. Het denken is in het begin
van deze periode nog gekenmerkt door egocentrisme en centratie, waardoor ze zich slechts op
een ding tegelijk kunnen richten.
Volgt op sensori-motorische fase = kind verwerft heel wat cognitieve mogelijkheden
- kind is in staat om aspecten waarin objecten gelijk zijn aan elkaar en verschillen van elkaar los
te denken uit zijn concrete context
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ilonahermans1. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.44. You're not tied to anything after your purchase.