Filosofie havo boek denken over democratie helemaal uitgewerkt. Ook domeinen B tot en met D: wijgerige antropologie, ethiek en sociale filosofie compleet uitgewerkt. Dit is dus alle stof voor je centraal eindexamen voor filosofie in één bestand met duidelijk lay-outs. Heb hier in totaal drie weke...
Filosofie examenstof:
- Boek denken over democratie: hoofdstuk 1 tot en met 6
- Domeinen B tot en met D: sociale filosofie, ethiek en wijsgerige antropologie.
Plus aantekeningen, PowerPoint en samenvatting. Kan gebruik maken van de
eindtermen.
, Denken over democratie: hoofdstuk 1 tot en met 6
Inleiding: primaire tekst Dahl
Hoofdstuk 1: Volk of expert?
Hoofdstuk 2: Is het goed om in een democratie te leven?
Hoofdstuk 3: Democratie: vrijheid of slavernij?
Hoofdstuk 4: Hoe divers kan een democratie zijn?
Hoofdstuk 5: Grenzen van de democratie?
Hoofdstuk 6: Onderwijs en democratie
, Inleiding + hoofdstuk 1: Volk of expert?
Een democratie is letterlijk een heerschappij van het volk. Er is vrijheid en gelijkheid want
iedereens stem telt gelijkelijk mee. Dit boek neemt het werk van politiek filosoof Robert Dahl
als uitgangspunt. Dit boek hoopt de belangrijke vragen over democratie te stellen en inzicht
te bieden in de problemen die zich voordoen in de democratie. Hier de 10 voordelen van Dahl
waarom een democratie wenselijker is dan elke andere staatsvorm:
1. Democratie helpt een regering van wrede, kwaadaardige autocraten te
voorkomen.
2. Democratie garandeer burgers een aantal fundamentele rechten.
3. Democratie verzekert burgers een grote mate van persoonlijke vrijheid.
4. Democratie helpt mensen hun eigen fundamentele belangen te beschermen.
5. Democratie leef je onder de wetten die je als het ware zelf gekozen hebt.
6. Democratische regering kan personen in staat stellen om morele
verantwoordelijkheid te nemen.
7. Democratie bevordert menselijke ontwikkeling.
8. Democratische regering relatief hoge mate van politieke gelijkheid bevorderen.
9. Moderne representatieve regeringen voeren geen oorlog met elkaar.
10. Landen met een democratie over het algemeen rechtvaardiger
Volgens Plato(427-347 v.C.) leidt een democratie tot het onverstandige beslissingen. Robert
Dahl en John Stuart Mill zijn wel voor een democratie aangezien een individu nooit genoeg
kennis kan krijgen. Joseph Schumpeter denkt dat we de rationaliteit van het volk
overschatten, zeker bij politieke beslissingen.
Plato:
Plato is de leerling van Socrates. Bekendste leerling van Plato is Aristoteles. Volgens Plato
moeten we een regering hebben van experts. Plato’s mensbeeld is dualistisch: lichaam en ziel
los va elkaar. In de ziel drie verdere onderdelen: de rede, de wilskracht(moed/passie) en de
begeerte. Iedereen heeft deze delen maar zijn niet bij iedereen even goed ontwikkeld. Iemand
veel feestjes en geen zelf discipline laat zich leiden door zijn lichamelijke begeerte. Plato ziet
voor elk van deze menstypen een aparte taak in de maatschappij weggelegd. In de staat die
Plato in plaats van de democratie voorstelt zijn drie bevolkingsgroepen te vinden:
heersers(rede), wachters(wilskracht) en arbeiders(begeerte). Deze harmonie, waarin de
verschillende klassen elkaar aanvullen, is wat Plato verstaat onder rechtvaardigheid op het
niveau van de samenleving. Plato’s metafysica kent twee werelden: de schijnbare wereld van
materie en de echte wereld van de Ideeën. Een heerser, iemand met rede zal naar deze Ideeën
streven. Daarom zijn koning-filosofen volgens Plato bij uitstek geschikt om een rechtvaardige
samenleving tot stand te brengen. Plato eist van zijn bestuurders dat zij wel kennis hebben
van de Idee van het Goede. Plato’s staat wordt daarom geregeerd door koning-filosofen. Een
koning-filosoof wordt opgeleid tot expert op het gebied van rechtvaardigheid. Aristocratie is
het beste volgens Plato. De koning-filosofen worden opgeleid in een soort iets als wetenschap
van het regeren -> ze weten van alles heel veel. Plato stelt enkele voorzorgsmaatregelen tegen
corruptie:
- Koning-filosofen banen niet in luxe
- Langdurige liefdesrelaties niet toegestaan
- Voor voortplanting worden er seksuele ontmoetingen door de staat georganiseerd
- Nobele leugen om jaloezie van de verschillende standen tegen te gaan. Deze nobele
leugen luidt als volgt: bij geboorte van elk mens vermengen de goden zijn of haar ziel
met goud, zilver, brons of ijzer. Met deze leugen valt de reden voor onvrede weg.
Dahl:
Dahl is voor democratie en heeft dus weinig met Plato zijn opvattingen. Dahls kritiek op Plato
begint met de vraag wat iemand geschikt maakt om mee te beslissen. Dahl merkt op dat Plato
geschiktheid van de koning-filosofen toedicht aan drie deugden. Het zijn deze drie deugden:
morele kennis, morele houding en technische kennis. En omdat het volk deze drie deugen
, ontbeert, concludeert Plato vervolgens, zijn we beter af met een bestuur van koning-filosofen
dan met een democratie. Dahl niet mee eens -> kritiek op Plato. Dit omdat het gebrek aan
deugd onder het volk niet een verwerping van democratie hoeft te betekenen. Volgens Dahl
ziet Plato enkele problemen met zijn gedroomde samenleving over het hoofd. Het eerste
probleem volgens Dahl is dat Plato ervan uitgaat dat morele kennis een vorm van kennis is
die vergelijkbaar is met wetenschappelijke kennis. Dahl beweert niet dat morele kennis
volledig subjectief is, maar het is volgens hem in elk geval minder objectief dan
wetenschappelijke kennis. Omdat er volgens Dahl dus niet zoiets bestaat als absolute morele
kennis kan het ook niet zo zijn dat koning-filosofen daarover beschikken. Dahl geeft Plato
gelijk wanneer hij zegt dat technische kennis noodzakelijk is bij het maken van beleid.
Volgens Dahl moeten we niet denken dat we het bestuur volledig in de handen van experts
kunnen leggen want deskundigen zijn gespecialiseerd in hun eigen gebied. Er is nog een
derde reden waarom we volgens Dahl niet al ons vertrouwen in handen van wetenschappers
zouden moeten leggen. Met alleen technische kennis red je het niet. Naast technische kennis
is altijd een moreel kompas nodig. Volgens Dahl kunnen experts helpen maar geen expert op
gebied van moraal -> democratie nog steeds beste.
Mill:
In tegenstelling tot Plato, denkt Mill dat de inspraak van het volk juist noodzakelijk is om
verstandige beslissingen te nemen. Mill is voor een representatieve democratie -> sommige
stemmen net wat zwaardere meetellen dan anderen. Mill merkt op dat niemand ter wereld
beschikt over zoveel kennis en dat überhaupt geen enkel mens, hoe goed van wil ook, ook
maar genoeg tijd zou hebben om alle benodigde informatie tot zich te nemen. Eén iemand of
een groep deskundigen is dus simpel weg niet mogelijk volgens Mill. Enige manier is alle
mensen uit alle lagen van de bevolking deel te laten nemen. De democratische vrijheid van
meningsuiting en het vuur dat het volk zijn bestuur daarmee aan de schenen kan leggen,
zorgen ervoor dat de regering rationelere, beter onderbouwde beslissingen neemt. Mill
beargumenteert dat universeel kiesrecht, los van geslacht of huidskleur een goede zaak zou
zijn. Hij was voor een alternatief van gelijk stemrecht namelijk pluraal stemrecht. Mill
veronderstelt dat intelligentie en onderwijs bepalend zijn voor het vermogen hebben van
stemrecht.
Schumpeter:
De gewone burger blijkt vooral in politieke kwesties irrationale keuzes te maken; zijn keuzes
in het stemhokje zijn een stuk minder verstandig dan velen van ons denken. Allereerst zorgt
de invloed van anderen ervoor dat we irrationele keuzes maken. We maken ook een root deel
van onze keuzes uit ons onbewuste. Volgens Schumpeter beseffen burgers in een democratie
dat hun stem slechts een van vele is en dat de invloed van hun politieke keuzes op hun
persoonlijke levens verwaarloosbaar is. Bij politieke keuzes tornen dus niet alleen groepsdruk
en het onderbewuste aan onze rationaliteit maar spelen ook de afstand tot politieke besluiten
en de gebrekkige invloed erop een negatieve rol. Schumpeter is geen tegenstander van de
democratie. De invloed van het volk moet alleen wel worden beperkt worden en experts
moeten de kans krijgen om hun deskundigheid om te kunnen zetten in verstandig beleid.
Alleen als de gekozen regering echt slecht beleid voert, heeft het volk het recht om een nieuwe
regering te zoeken.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller verajonker7. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.85. You're not tied to anything after your purchase.