Samenvatting hoorcollege 1:
Aantekeningen en PowerPoint
Historie:
- In de Middeleeuwen begon de verstening van de woningen. Er werden voor het eerst eisen
op gesteld.
- In de Industriële Revolutie werd huisvesting noodzakelijk.
1851: Eerste woningbouwverenging, met als doel goedkope woningen voor arbeiders.
1901: Woningwet om huisvesting arbeiders te regelen, door middel van voorschriften
omtrent bouwen en wonen. Begin overheid bemoeienis met de bouwwereld.
1992: Woningwet geheel herzien. Bouwbesluit, bouwverordening, welstand en
bouwvergunning.
Wet ruimtelijke ordening (Wro): Rijk/provincie/gemeente stellen ruimtelijke plannen op. Onder
andere het wettelijk verbonden bestemmingsplan.
Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht (WABO): Een groot aantal regels voor activiteiten zoals
bouwen en het wijzigingen van monumenten
Bouwbesluit: De gemeente toetst of bouwplannen voldoen aan het Bouwbesluit tijdens de
beoordeling van een aanvraag voor een omgevingsvergunning. Minimale technische eisen waar een
gebouw aan moet voldoen.
Gebruiksfuncties:
• Woonfunctie
• Bijeenkomstenfunctie
a. Voor kinderopvang
b. Andere bijeenkomstfunctie
• Cel functie
• Gezondheidszorgfunctie
• Industriefunctie
a. Lichte industriefunctie
b. Andere industriefunctie
• Kantoorfunctie
• Onderwijsfunctie
• Logiesfunctie
• Sportfunctie
• Winkelfunctie
• Overige functie (bushokje) → alle gebruiksfuncties die niet primair bestemd zijn voor het
verblijven van mensen en die niet onder de hierboven genoemde categorieën vallen.
• ‘Bouwwerken geen gebouw zijnde’ (brug, tunnel)
• Gemengde gebruiksfunctie
Hoofdbouw
Bijbouw: losstaand van hoofdbouw.
Uitbouw: bestaande ruimte van het hoofdgebouw vergroot.
Aanbouw: aangebouwd aan het hoofdgebouw, nieuwe ruimte.
De bouwmarkt bestaat uit woningbouw en utiliteitsbouw:
Utiliteitsbouw bestaat uit fabrieken, bedrijfshallen, kantoren, winkels, garages, ziekenhuizen en
bioscopen.
Woningbouw bestaat uit grondgebonden en gestapelde woningen:
Etagebouw/hoogbouw:
Etagebouw heeft maximaal vier woonlagen (lift niet verplicht).
Hoogbouw heeft meer dan vier woonlagen (lift verplicht).
Een duplexwoning is een huis dat tijdelijk opgesplitst wordt in twee woonruimten. Elke bouwlaag één
gezin.
Maisonnette is een bepaald type appartement in een groot gebouw met een afzonderlijke
slaapverdieping boven het woongedeelte. Dus twee verdiepingen.
Een galerijwoning is een gelijkvloerse woning met de voordeur aan een gezamenlijke galerij. Bevindt
zich in een groot gebouw. Enkele rij appartementen.
Een dubbele rij appartementen kan samenkomen in een corridor. Bevindt zich in een groot gebouw.
Gelijkvloerse woningen.
,Een portiekwoning is een woning met een gezamenlijke entree op de begane grond. Achter de
entree bevindt zich een trappenhuis.
Urban villa:
Driespan 3 appartementen per laag
Molenwiek 4 appartementen per laag
Vierspan 4 appartementen per laag
Bijzondere woningtypes:
• Split-level woningen (een woning waarbij de hoogte van de vloer in een kamer niet overal
gelijk is)
• Studiowoning (klein, vloer gelijk)
• Drive-in woning (auto in woning)
• BeBo-woning (bestaat uit een tweetal zelfstandige woningen, eentje beneden en eentje
boven, en samen zien ze eruit als een rijwoning)
Plattegrondtypen:
Vier bouwmethodes:
1. Stapelbouw: ‘blokken’ bouwen
2. Gietbouw: cement/beton gieten in bekisting
3. Montagebouw: prefabricage
4. Houtskeletbouw: houten frames, kan prefab zijn
(Staalskeletbouw/betonskeletbouw)
, Bouwproces:
Werkbegroting:
- Bouwvoorbereiding
- Ruwbouw
Onderbouw → grondwerk
fundatie
riolering
begane grondvloer
Bovenbouw → draagconstructie (skelet)
buitenkozijnen
isolatie
buitenmetselwerk
kapconstructies (dak)
goten
voegwerk
beglazing
hemelwaterafvoeren
Gebouw is nu glas- en waterdicht. Volgorde kan verschillen per bouwmethode.
- Afbouw
Binnenwanden
Montage E+W-installaties (elektriciteit + werktuigbouwkundig) → elektra
mv-installatie
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller floorvandervelde1. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.15. You're not tied to anything after your purchase.