Ziekteleer onderste lidmaat
Heuponderzoek
INSPECTIE
Staand
Stappend
o Paslengte : kijken of deze links en rechts gelijk zijn assymetrisch
o Steunfaseduur : deze kan verkort zijn aan aangedane zijde
o Trendelenburg-gang : insufficiëntie van m.gluteus medius waardoor je heup opzij gaat hangen en je
bekken van links naar rechts beweegt
Liggend
o Beenlengte
vaak niet zo relevant omdat de meerderheid van personen geen exact dezelfde beenlengte
hebben van de ledematen, vanaf >1cm wel relevant
Bij een inspectieverschil gaan we een radiografie uitvoeren
Je kan niet zo veel zien aan de heup omdat deze diep verborgen is, enkel onrechtstreeks kan je inspectie
doen van het heupgewricht
MOBILITEIT
flexie : 110-120° dit kan verschillen afhankelijk van welke weke delen er in de weg liggen ( spieren,
subcutaan vet,…)
o Meten met gebogen knie anders heeft de m hamstring er een te groot effect hebben
extensie : 0-15°
o Op tafel in buiklig opletten voor Lumbale lordose
Exorotatie : 40-60° variatie tgv femorale anteversie/retroversie
o In ruglig, heup en knie in 90° flexie, voet naar mediaal plaatsen
o Bij meer retroversie : grotere exorotatie
o Beperking in exorotatie beperking posterieur, vaak musculair ( gluteaal )
Endorotatie : 30-40° variatie tgv femorale anteversie/retroversie
o In ruglig, heup en knie in 90° flexie, voet naar lateraal plaatsen
o Bij meer anteversie, grotere endorotatie
o Beperking endorotatie Beperkingen in heupgewricht zelf
Abductie : 30-45°
Adductie : 25°
Gecombineerd : flexie/endorotatie/ adductie = FADDIR
o Detecteren van specifiek heupgewrichtpathologie
o Niet – specifieke test : ook inklemming en reactie van spieren
o Als de endorotatie wat minder is gaan we adductie en flexie bijgeven stijgen van sensitiviteit en
dalen van specificiteit
Specificiteit = de kans is groter dat het ook een andere pathologie kan zin en de kans is
groter dat de test positief zal zijn
Sensitiviteit : het is een probleem in het gewricht maar de test is niet positief
MUSCULAIRE TESTEN
Lengte testen
o Doel = nagaan van pijn in lies- en bilstreek
o Adductoren
Korte adductoren test
Lange adductoren test
o Ober test
tractus iliotibialis en tensor fascia latae
o Gluteus en piriformis
o Psoas
, Krachttesten
o Testen door contractie tegen weerstand te laten uitvoeren
o Flexie
o Adductie : kort en lang
o Abdominale flexie : recht en schuin
o Iliopsoas
o Abductie – extensie
Palpatie
o Palperen van inserties van spieren
Adductoren : tegen symphysis pubica
R. abdominis : craniaal van symphysis pubica
Psoas : op trochanter minor
Rectus femoris : op SIAS
o Palperen van gewrichtspleten
Anterieure gewrichtspleet
Posterieure gewrichtspleet : midden van de gluteale regio
o Techniek voor anterieure gewrichtspleet en iliopsoas
Heupflexie en gebogen knie in abductie brengen
SPECIFIEKE TESTEN
FABER
TEST ( patrick ) : Flexie/abductie/exorotatie
o Kan wijzen op
Vaak posterieure heuppathologie
Sacro-iliacale gewrichtspahtologie contralateraal
Anterieure iliopsoas spasme
TRENDELENBURG TEST
o Onvermogen tot goed gebruik van de gluteus spieren ( abductoren )
Atrofie : niet goede ontwikkeling
Pijninhibite: wel krachtig genoeg maar wordt niet gebruikt
o Test door het heffen van de contralaterale been het bekken zakt door
je test de gluteus van de andere kant
LABRUM TESTEN
o Flexie-rotatie testen
o Lage sensitiviteit en specificiteit
Labrum testen zijn weinig relevant
Aspecifiek : flexie rotatie problemen kunnen ook bij andere
problemen voor komen
Vaak assymptomatisch : 80-90% van de personen heeft een labrum
probleem ( onregelmatigheden of scheur )
BEELDVORMING
Aanvullende testen Arthrografie
o SIAS – ileum rotatie CT-scan
o LWZ-SIG Botscintigrafie
o Knie o Indien rx negatief en persisterende,
o Neurovasculaire controle vage klachten mogelijks osteogeen
Radiografie NMR
o Rx heup en heup o Vb. stressfractuur femurhals
Face-profiel Sensiviteit= botscintigrafie
Lauenstein Specificiteit > botscintigrafie
Echografie o CAVE : beoordeling labrum
o Musculotendineuze letsels sens : 30% en spec : 36%
o Bursae o Antro-NMT
o Infiltratie onder echografische Labrum : sensiviteit en
geleiding specificiteit 90%
,Heuppathologie
Meest frequente oorzaken van heup en liespijn
o Articulair : gewrichtspijn heupgewricht
Vaak secundair verhoogde spiertonus
o Musculotendineus
Vaak secundair gewrichtsklachten
o Evalueren adhv klinische evaluatie
Beeldvorming kent hoge prevalentie van asymptomatische afwijkingen
Onduidelijke correlatie tussen afwijkingen en het voorspellen van klachten
Op beeldvorming kan je het verschil tussen asymptomatische en symptomatisch niet zien
Klinische evaluatie
o Musculotendineuze zaken
Adductor gerelateerde pijn
Iliopsoas gerelateerde pijn
Rechte buikspier gerelateerde pijn
Rectus femoris gerelateerde pijn
o Onderliggende botletsels
Botoedeem in symphyysis pubis
Niet altijd sympomatisch
Meestal musculair of articulair probleem kip en ei verhaal : als je een probleem het in het heupgewricht
gaan de spieren hun tonus verhogen waardoor je spieren gevoeliger worden vs als je start met een
spierprobleem kan er secundair ook een articulair probleem ontstaan
MUSCULOTENDINEUS
Het verschil asymptomatische en symptomatisch is niet op beeldvorming te zien afwijking geeft niet altijd
pijn
Adductor related pain
Abdominal muscle related pain
Iliopsoas related pain
Rectus abdominis related pain
Bot oedeem : er komt vocht in het bot terecht doordat een spier te hard trekt op het bot
BEHANDELING
Conservatieve therapy
o spierletsels zijn met alleen oefeningen op te trainen, vroeger dacht men dat er een spierhechting
nodig was, nu steeds meer focus op een goed revalidatie programma
o Actieve training heeft betere resultaten dan passieve training
o isometrische oefeningen
Nadeel : niet functioneel we hebben enkel krachtwinst in de specifieke hoek waarin je
traint
Voordeel : pijnvermindering hierdoor kan je wel stappen zetten in het behandelplan
o Opbouw oefeningen
Type oefening
Specificiteit voor een spier
Activiteit en kracht verschillende spiergroepen
o Na de behandeling kan er soms nog afwijking zichtbaar zijn op MRI
oefentherapie voor al de musculaire problemen rond de lies zijn belangrijk
Cortisone inspuiting : een zeer goed medicament tegen inflammatie maar heeft het nadeel dat het de
structuur van de weke delen slechter maakt
o korte termijn is er pijnstilling
o middellang en lange termijn is het een slechter effect
, SPORTMAN’s HERNIA Liesbreuk ( inguinale hernia )
o uitstulpen van de buikinhoud onder het inguinaal ligament
o juister : een ingunale disrupties waar we beter over spreken een disruptie of scheur in het
inguinaal ligament ( hier komen rectus abdominis en schuine buikspieren samen
o vage pijn in de lies
o klinische diagnose dat we niet zo maar kunnen bevestigingen : bij falen van goeduitgevoerde
oefeningen hebben we indicatie voor deze oefeningen
o Minstens 3 van de volgende 5 klinische tekens
Tenderness bij tuberculum pubicum
Nabij insertieplaats van de gezamelijke pees
Tenderness = pijn maar enkel bij aanraking
Palpeerbare tenderness bij diepe inguinale ring
Pijn en of dilatatie van externe ring
En geen duidelijk bewijs van een hernia
Pijn bij oorsprong van adductor longus pees
Dof en diffuse pijn in de lies
Radiatie naar perineum en binnenkant dijen of
voorbij middenlijn
o Anamnese en KO zijn belangrijk om eerst revalidatie programma te overwegen boven operatie
o Beeldvorming is belangrijk om andere aandoeningen uit te sluiten dat eventueel chronische liespijn
veroorzaak
o Operatie
Abnormale spanning in het lieskanaal weg te nemen
De zwakte van de achterwand van het kanaal te reconstrueren
Enkel wanneer dat alle conservatieve benaderingen hebben gefaald
ARTICULAIR
Vaak asymptomatisch rond leeftijd gemiddeld 34 jaar
85% labrumscheur
25% cyste
Femoro-acetabular impigement
o Oorzaak
Cam : er is meer botvorming boven op het collum
Pincer : een te uitgesproken botrand van het labrum
o Vooral last bij draai- en keerbeweging
o Er kan zwelling zijn niet veel ruimte voor zwelling spanning op de heup wat zorgt voor pijn en
last ( nachtelijke pijn en last bij endorotatie)
o Behandeling : volledig conservatief stabiliseren van de heup
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller JuliaDeckers. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $13.40. You're not tied to anything after your purchase.