Deze samenvatting betreft notities uit de hoorcolleges van het vak Milieu-economie gedoceerd door Jan Brusselaers. Uit de master Milieuwetenschappen aan de Universiteit Antwerpen. Gebaseerd op de lessen en powerpoints.
I do not find this summary comprehensive, the summary contains too much information and is no longer a summary for me, but a complete deregistration of all lessons. The exercises are also not explained. It just says “sign out and you'll see the solution”.
By: zoe99 • 11 months ago
Translated by Google
Indeed, my resume is the slides of the lessons, supplemented with notes. I understand that this is no longer a vs for some. You did see in advance from the preview how the document was structured, and that it was indeed written out quite completely. In addition, it is 168 pages. Too bad my SV did not meet your expectations, good luck in advance!
Seller
Follow
zoe99
Reviews received
Content preview
MILIEU-ECONOMIE
1. INLEIDING
1.1 SCHOOLS OF THINKING IN ECONOMY & ENVIRONMENT
Classical economics en Natural science / ecology → Deze twee staan los van elkaar (ooit door Marx
proberen linken in humanistic/institutional economist, maar die wordt niet breed gedragen door
economische wetenschappen, hier tegenidee: neo-classical economics en zo bij resource economist)
Resource economist kwam voort vanuit dat grondstoffen eindig zijn. Dit werd breder getrokken naar
environmental economics om zo bij de ecological economics (dit zal het meest aan bod komen in dit
semester). Economie is de main driver en economie heeft het recht om grondstoffen te onttrekken.
Schema niet vanbuiten kennen, is om te positioneren → focus op 2 subtakken
Natural resource economics
• Probleem: eindige grondstoffen als input voor economische processen
• Sinds jaren ‘60
• Vloeit voort uit neo-classical economics
• Hotelling’s rule: om tempo te bepalen waarop natuurlijke grondstoffen worden ontgonnen om
de waarde van die (niet-hernieuwbare) voorraad te maximaliseren
o Hotelling heeft manier ontwikkeld (economische benadering van milieuproblemen). Hij
veronderstelde dat grondstoffen eindig waren en vond dit probleem omdat je geen
inputs meer hebt. Methode om tempo te bepalen om grondstoffen aan te wenden, dat
tempo zou winstmaximalisatie en waarde van grondstoffen maximaliseren. Wiskundig
model die totale waarde van die grondstoffen maximaliseert over langere periode. →
insteek: grondstoffen beperkt beschikbaar, op welke manier wenden we ze aan zodat
waarde wordt gemaximaliseerd.
, o Ze erkennen probleem en hechten belang aan economische zaken om probleem op te
lossen.
• Filosofie: vrije markt corrigeert schaarste en vervuiling
o Probleem: hoe vervuiling onder controle krijgen zonder kost?
o Oplossing Pigou: internaliseer externaliteiten (Externaliteit = buiten economisch
beslissingsysteem (plakt geen economische waarde op) → milieu-economie probeert
hiervoor een oplossing te zoeken)
• Groot vertrouwen in economische instrumenten (bv. CO2-vervuiling oplossen door CO2-taks)
o Schaarste: grondstof schaars, dan zal prijs toenemen. Meer vraag dan aanbod, dus
minder grondstoffen gebruiken dus grondstofgebruik zal ook afnemen
• Technologisch optimisme: natuurlijk kapitaal vervangbaar door kapitaalgoederen
Ecological economics
• Doemdenkers?
• Economie is onderdeel biosfeer: economie niet loskoppelen van de natuur
• Transdisciplinair (in tegenstelling tot 2 vorige)
• Technologie pessimisme: natuurlijk kapitaal kan niet volledig vervangen worden door
kapitaalgoederen
o Vorige stroming was optimistich over werking vrije markt en technologie, hier is dat al
pak minder. Hier wordt niet verondersteld dat elke vorm van ecosysteemdienst kan
vervangen worden door kapitaal. Zij veronderstellen dat natuur unieke diensten levert
aan mensheid, en hiermee voorzichtig moet worden omgegaan.
• Kenneth E. Boulding – assumptie :
o Grondstoffen zijn beperkt
o Voorzorgsprincipe: bepaal limieten op grondstofgebruik
▪ waarbij er echt harde limieten moeten gesteld worden aan het gebruik van
grondstoffen (omdat ze eindig zijn)
Sustainability economics: opkomend, gaat ook impact op mens, gezondheid, geluk,
werkomstandigheden (parameter van welvaart) → op dit moment moeilijk om bos door bomen te zien.
Wie heeft gelijk? → Beetje vanalles (dit is een mening!), impact op milieu om ecological approach te
gaan, instrumenten bij environmental economics goeie stap (maar gaat dat ver genoeg?)
Wie heeft gelijk? Aantal moorden neemt toe, zeker in regio’s die politiek minder stabiel zijn. Meeste
vermoorde milieuactivisten gelinkt aan ontbossing (globale zuiden, polen…) → ingaan tegen
economische belangen is niet eenvoudig.
Enkel economisch vraagstuk? Politici hebben ook hun rol te spelen, bv. claims op zeebodems, toegang
tot natuurlijke grondstoffen (Canada, China). Trump is voorbeeld van milieu-economie (wou Groenland
kopen, absurd idee maar vanuit economisch standpunt is dat geniaal). Frankrijk en UK vaak in ruzie voor
toegang tot visvoorraden.
2
,2. BOUWSTENEN VOOR EEN VERRUIMENDE MILIEUECONOMI
2.1 ECOSYSTEEMVISIE EN ECONOMISCHE GROEI
Als er economische groei is, is dit interessant voor
overheid. Als ze in toekomst economische groei
verwachten = meer belastingen innen. Dan kunnen ze
schulden aangaan, omdat ze de interest op schulden
kunnen betalen door die economische groei. Dat is
typisch voor overheden (belgië kampioen)
Velen gaan hypotheeklening aangaan en die last daalt
naargelang carrière verder ontwikkelt. Afbetaling blijft
constant, dus aandeel van inkomen neemt minder in
beslag in de toekomst.
Grafiek 1: overzicht van België (y-as:
economische groei). Economische krimp
maken we zelden mee (en kan gelinkt
worden aan omstandigheden bv. corona,
bankencrisis in 2009, vaste wisselkoersen
die id euro zouden instappen in 1993;
overcapaciteit van productiesystemen in
Amerika in 1983, oliecrisis in jaren ‘70)
Grafiek 2: grootte van dots = aantal
inwoners in land. CO2- uitstoot per
capita. Opwaartse trend: rijkere staties,
naties.
Grafiek 3: meer CO2 aanwezig in de atmosfeer.
Grafiek 4: CO2 - stijging over hele lange periode, en
volledig toe te schrijven aan menselijke activiteiten.
Milieuproblemen evident, maar lang geen oplossingen aangezien
economene ”autistisch kantje” hebben. Hiernaast schema over hoe
economen het bekijken. Dit soort schematische voorstellingen zijn
veel te simplistisch. Overheden, internationale handel (export en
import), financiële markt ontbreken hier.
3
, Van klassieke benadering overstappen naar ecosysteemvisie: analyseren van de interacties tussen de
economie (landbouw, industrie, transport, handel…) en de natuur (metabolisme) waarin ze zijn ingebed.
2.1.1 INDUSTRIEEL METABOLISME
Eerste poging om meer geïntegreerd systeem op poten te zetten
→ Industrieel metabolisme.
Een economie wisselt op grote schaal, vele en diverse stoffen met
haar natuurlijke omgeving. Om groei en evenwicht te voeden
neemt een levende entiteit hoge-kwaliteitmaterie enenergie op uit
haar omgeving voor de productie van noodzakelijke stoffen en
energiestromen (anabolisme). Na gebruik ervan is er afvoer van de
afvalstoffen en energie aan lage kwaliteit naar de omgeving nodig
(katabolisme).
De natuurlijke omgeving verstrekt aan iedere reële economie 3
hoofdfuncties
• Bronfunctie (source): belangrijkste energiebron de zon; ontginnen van fossiele brandstoffen
(steenkool, aardolie, aardgas); onttrekken van mineralen, ertsen, biologische en geologische
materialen…
o Impact van mens op ecosystemen is groot tot vernietigend bv. intensieve teelt van
gewassen en dieren, uitroeiing van soorten, uitputting van bronnen…
• Stortfunctie (sink): na gebruik, omzetting en opslag worden materie en energie opnieuw
afgevoerd naar de omgeving. Zonder afvoer stapelen onbruikbare stoffen zich op en dit zou de
werking van economische systemen sterk hinderen.
o Afgevoerde materie zeer verscheiden qua impact op natuurlijke omgeving
o Beperkte hoeveelheden biologische materialen kan de natuur gebruiken en opnemen.
→ optimaal vervuilingspunt
o Maar het omvangrijk storten van op zich onschadelijke, zelfs nuttige en noodzakelijke
stoffen kan plaatselijk en mondiaal tot concentraties leiden met gevaarlijke gevolgen.
(bv. eutrofiëring, CO2 als broeikasgas)
o Gevaarlijk chemisch en nucleair afval kan de natuurlijke omgeving niet opvangen.
• Kaderfunctie (life-support): economie is geen loutere transformatiemachine die bronnen
verorbert, economische goederen en diensten oplevert en afval afscheidt. Deze processen
gebeuren niet in een vacuüm, maar in continue wisselwerking met de omgeving. Deze biedt de
ruimte wwaarin de activiteiten plaatsvinden en de diensten van klimaat, daglicht, frisse lucht,
stilte… die nodig zijn voor evenwichtig en aangenaam leven.
Beperkte stromen biologische materialen uit het verleden zijn in de industriële economie gegroeid tot
zeer omvangrijke stromen van een brede waaier aan stoffen in een ontelbaar aantal mengsels en
verbindingen. → afwenteling houdt in dat in de economie de problemen die hiermee gepaard gaan,
niet zelf oplost maar doorschuift in de tijd en/of ruimte. Bv. veranderen, verpakken (bv. asbest inpakken
in klei), verdunnen (wat 3M deed in Schelde met PFAS maar er werd te veel gestort en overheid
reageerde amper), verplaatsen (bv. in tijd: nuclueair afval; in ruimte: in Europa mogen geen afgedankte
pc’s geexporteerd worden biuten Europa, maar toch zijn er studies die d.m.v. gps-trackers dat meer dan
90% aan de oostkust en in Afrika terecht komen en daar in open lucht worden verbrand) , verspreiden
(PFAS dat geproduceerd wordt in Zwijndrecht niet enkel in Schelde doen, maar ook in de MAAS)… verder
weg in tijd en ruimte.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller zoe99. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $10.17. You're not tied to anything after your purchase.