Samenvatting Orthodontie (De gezonde mond 1.3THK Ba1)
41 views 1 purchase
Course
Orthodontie
Institution
Rijksuniversiteit Groningen (RuG)
Book
Gebitsontwikkeling bij de mens
Samenvatting vak Orthodontie uit De gezonde mond 1.3 THK Ba1. Samenvatting leerstof Gebitsontwikkeling bij de mens en Contemporary Orthodontics. Met deze samenvatting is het mij gelukt een 10 te halen op het tentamen. Veel succes met leren! :)
H2, Kaakgroei tijdens vorming en eruptie
melkelementen
Groeiontwikkeling
Het lichaam groeit na geboorte door naar functie. Het neurocranium is naar verhouding al groot. De morfologie
van de boven- en onderkaak worden door de tandkiemen bepaalt (eerste 6 maanden meeste groei).
In het 1e levensjaar komt de onderkaak meer ventraal te liggen dan de bovenkaak. In het front zijn de kaken
smaller: er is minder ruimte voor de melkincisieven. Hierdoor worden de melkincisieven en hoektanden niet
aangelegd in de oriëntatie waarin ze doorbreken. In de prenatale periode en enige tijd na de geboorte, staan
de frontelementen geroteerd of overlappend. Bij de geboorte zijn de kronen van alle melkelementen
geheel/gedeeltelijk gemineraliseerd.
In de eerste 6 maanden na geboorte wordt er ruimte gemaakt voor de frontelementen om door te komen,
omdat er nu de ruimte ter beschikking is gekomen.
De sutuur in de bovenkaak en de symfyse in de onderkaak leveren de grootste bijdrage aan de ontwikkeling
van de kaken. Voor de symfyse is dit voor korte duur: na 6 maanden is deze verbeend en kan er geen groei
meer plaatsvinden. De breedteontwikkeling wordt gestuurd door de ondertandboog. De omvang van de kaken
neemt zoveel toe, dat de melkincivieven al voor doorbraak een goede positie kunnen aannemen.
Doorbraak melkgebit:
- Met 6 maanden onderincisieven
- Enige maanden later de bovenincisieven
- Rond 1 jaar de laterale incisieven, onder eerst
- 16 maanden de eerste melkmolaren
- 20 maanden de melkcuspidaten
- 24-30 maanden de tweede melkmolaren
In de ontwikkeling kan tandresorptie en botresorptie nog plaatsvinden ter
remodulering. In de bovenkaak is een vast patroon te zien: de hoektanden liggen
het meest craniaal, de laterale incisieven het meest caudaal en de centrale
incisieven liggen hiertussen.
Verder is zichtbaar dat de
blijvende tanden dicht op elkaar
staan, behalve de centrale
incisieven.
1
,De onderkaak
• Apicale area = gebied waar zich de melktanden en blijvende tanden zich bevinden. In volwassen gebit
het gebied waarin de apices van de blijven tanden zich bevinden. De apicale area kan onderverdeeld
worden in de voorste (mesiale deel hoektanden), middelste (mesiale deel 1e molaren) en achterste
gedeelte.
Bij een groot apicale area zijn in het blijvende gebit diastemen te zien: de afstand tussen de blijvende
hoektanden is groot en er is weinig overlapping met de laterale incisieven. Dit geeft een gunstig verloop van
wisseling.
Afbeelding:
AB = bij de pasgeborene wordt de morfologie van de kaken
door de tandkiemen bepaald.
CD = bij een leeftijd van 6 maanden is dat nog meer het geval.
EF = doorbrekende elementen bouwen hun eigen processus
alveolares op.
GH = pas na de doorbraak van de 1e melkmolaren ontstaat
voor het eerst occulsie.
IJ = via het kegeltrechtermechanisme komt een optimale
interdigitatie tot stand.
KL = ook de 2e melkmolaren gaan optimaal occluderen.
• Kegeltrechtermechanisme = antagonisten breken
vaak niet goed tegenover elkaar door. Er vindt
verplaatsing plaats van de bovenmolaar en minder
van de ondermolaar. Uiteindelijk resultaat =
interdigitatie.
De eruptierichting wordt verder bijgestuurd door de
trechtervorm: meer in de bovenkaak dan onderkaak.
Op 2,5-jarige leeftijd zijn de tweede melkmolaren in occlusie
en is het melkgebit compleet. Tussen 2,5-5 jaar verandert de
positie van de gebitselementen en ook de occlusie weinig.
2
, H8, Algemene aspecten van de
gebitsontwikkeling
Veranderingen in tandbogen en occlusie
Veranderingen in de tandboogbreedte hangen samen met de wisseling. De afstand tussen de hoektanden
wordt groter en ook die tussen de molaren. In het melkgebit is de occlusie plat: er is nauwelijks sprake van een
overbeet. Bij eruptie van de blijvende incisieven is er sprake van een verticale overbeet. Deze neemt af in de
tweede wisselfase.
3
, • Curve van Von Spee = denkbeeldige lijn door buccale
knobbels en incisale randen. In de onderkaak concaaf en in
de bovenkaak convex. De curve ontstaat bij doorbraak van
blijvende cuspidaten en molaren onder, neemt toe bij het
doorbreken van de tweede molaren en stabiliseert in het
blijvende gebit.
Verbeteringen van occlusie tijdens doorbraak:
- Onderkaak naar ventraal
- 2e melkmolaren in onderkaak eruit en de 1e blijvende molaren naar mesiaal migreren
- Sluiten diastemen in onderkaak --> diasteem tussen melkcuspidaat en 1e melkmolaar vooral
• Eruptie = het naar occlusaal verplaatsen van gebitselementen, vanaf hun oorspronkelijke locatie in de
kaak tot aan hun functionele positie.
• Doorbraak = penetreren van een oppervlak, denk aan alveolaire bot en doorbrengen mondslijmvlies.
• Eruptieproces = voor doorbraak en daarna. De potentie van erupteren en verplaatsen blijft het gehele
leven bestaan. Het compenseert de attritie van occlusieoppervlakken bij volwassenen.
Tandkiemen
De lengtegroei van de tandkiem vindt plaats door afzetting van dentine in apicale richting. Occlusaal wordt er
glazuur afgezet. In het begin blijft de tandkiem op zijn plaats. Hierna vindt botresorptie plaats. Als de actieve
eruptie begint dan gaat de tandkiem naar occlusaal bewegen. De actieve eruptie stopt als de tand zijn
functionele positie heeft bereikt.
o Eerste omslagpunt = begin actieve eruptie met aan de apicale zijde een omslag van botresorptie en
botappositie.
o Tweede omslagpunt = de nog niet afgevormde wortel groeit verder naar apicaal en botresorptie vindt
plaats.
o Derde omslagpunt = passieve eruptie wanneer wortel volledig is gevormd vindt nog botappositie
plaats bij de apex.
Blijvende gebitselementen erupteren in de richting waarin ze worden aangelegd. De doorbraakrichting kan nog
wel veranderen door functionele krachten (druk van lippen, wangen en tong of contact met antagonisten). De
doorbraakrichting van (melk)molaren verandert nog door het kegel-trechtermechanisme.
De hoektanden en premolaren komen meer
buccaal te staan. De blijvende molaren
migreren naar mesiaal.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller rosaspanjers18. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $11.17. You're not tied to anything after your purchase.