Hoofdstuk 1 paragraaf 1; De investerings- en financieringsbeslissing
Binnen een onderneming worden dagelijks een groot aantal beslissingen genomen. Wie de beslissing
neemt, hangt af van de mate waarin beslissingen terugkerend zijn:
Voor de regelmatig terugkerende beslissingen, zoals het bestellen van grondstoffen of
kantoorartikelen, worden vaste procedures afgesproken. Functionarissen op de lagere
niveaus binnen de organisatie hebben dan de bevoegdheid nieuwe aankopen te doen.
Naarmate de beslissingen ingrijpender zijn, zullen met name functionarissen hoger in de
organisatie bij de besluitvorming betrokken zijn. Dit is bijvoorbeeld het geval bij grote
investeringsprojecten of bij een eventuele fusie of overname.
Bij investeren moeten we niet alleen denken aan de aankoop van grote installaties, machines en/of
gebouwen. Ieder aankoop die een onderneming verricht, dus bijvoorbeeld ook de inkoop van
grondstoffen en/of hulpmiddelen, valt onder het begrip investeren.
Het investeringsproces omvat het ontwikkelen beoordelen, selecteren en evalueren van
investeringsprojecten. Investeren is het aanschaffen van vaste of vlottende activa door
ondernemingen. Kenmerkend voor investeren is het feit dat nu een beslissing wordt genomen met
(mogelijke verstrekkende) gevolgen voor de toekomstige geldstromen.
De realisatie van de investeringsvoorstellen heeft gevolgen voor de omvang en samenstelling van de
activa. De onderneming streeft ernaar het voor investeringen beschikbare vermogen zodanig aan te
wenden, dat er een maximale bijdrage aan de aandeelhouderswaarde wordt geleverd.
Investeringen kunnen op twee manieren gefinancierd worden:
Partiële financiering hierbij is er een directe koppeling tussen de investeringsbeslissing en
de financiering van de investering. Voorbeelden van partiële financiering zijn het kopen van
voorraden m.b.v. leverancierskrediet en het kopen van onroerend goed da met een
hypothecaire lening wordt gefinancierd.
Totale financiering hierbij wordt er gekeken naar de totale vermogensbehoefte die
voortvloeit uit de activa van de onderneming, voor zover die niet gedekt zijn door vormen
van partiële financiering. Voor deze totale vermogensbehoefte (dus niet per individueel
project) zoekt de onderneming een financiering, waarbij zij naast de financieringskosten ook
let op een gunstige verhouding tussen de omvang van het eigen en vreemd vermogen.
Bij het beoordelen van investeringsprojecten gaan we, tenzij anders vermeld, uit van totale
financiering. Dit betekent dat we in principe de financiering van investeringsprojecten bij het nemen
van een individuele investeringsbeslissing buiten beschouwing laten. De investerings- en
financieringsbeslissing worden gescheiden.
Bij totale financiering wordt eerst de totale vermogensbehoefte vastgesteld die voortvloeit uit het
bezit van de activa. Daarna wordt nagegaan hoe in deze totale vermogensbehoefte kan worden
voorzien, waarbij naast de vermogenskosten wordt gelet op de afstemming tussen de duur van de
vermogensbehoefte en de looptijd van het aan te trekken vermogen. Er bestaat bij deze benadering
geen rechtstreeks verband tussen de aanschaf van bepaalde activa en de financiering ervan.
,Bij het beoordelen van investeringsprojecten gaan we in principe uit van een scheiding tussen de
investeringsbeslissing en de financiering van de investering. Er zijn twee soorten geldstromen:
Secundaire geldstromen geldstromen die met de financiering van de investering te
maken hebben. Dit zijn geldstromen van en naar de vermogensmarkt.
Primaire geldstromen alle andere geldstromen die het gevolg zijn van de investering
(zoals de geldontvangsten i.v.m. inkoop van productiemiddelen).
Zie figuur 1.1 op blz. 19.
Bij de berekening van de resultaten (winst of verlies) van een onderneming laten we in eerste
instantie de kosten i.v.m. de vaste activa (afschrijvingskosten) en de interestkosten van het vreemd
vermogen (secundaire geldstroom) buiten beschouwing. Daarna halen we achtereenvolgens de
afschrijvingskosten en de interestkosten van het resultaat af.
Zie de standaardopstelling van een winst- en verliesrekening op blz. 20.
Depreciation: de afschrijving op materiële vaste activa (bijv. machines en gebouwen)
Amortization: de afschrijving op immateriële vaste activa (bijv. goodwill en octrooirechten).
Ook bij partiële financiering houden we de primaire en secundaire geldstromen in de berekeningen
strikt gescheiden.
Bij het beoordelen van investeringsprojecten gaat het erom vast te stellen of de investering waarde
toevoegt aan de onderneming. De aandeelhouderswaarde hangt onder meer af van het verschil
tussen de ingaande en uitgaande primaire geldstromen, die het gevolg zijn van de investering.
Als het positieve verschil tussen de in- en uitgaande primaire geldstromen groter is, kan de
vergoeding voor de verschaffers van het eigen vermogen (dividend) toenemen. Dit heeft een
gunstig effect op de beurswaarde van de aandelen en dus op de aandeelhouderswaarde.
Let op: de beoordeling van de investeringsvoorstellen wordt gebaseerd op geldstromen in de
toekomst en dus op verwachte geldstromen. Dit betekent dat alle berekeningen en redeneringen die
van deze verwachte geldstromen uitgaan ook verwachtingen zijn.
De toekomstige primaire geldstromen die uit investeringen voortvloeien, zijn vooraf niet met
zekerheid bekend. De gerealiseerde primaire geldstromen kunnen zowel in negatieve als in positieve
richting afwijken van de verwachte primaire geldstromen. Bij het beoordelen van
investeringsalternatieven speelt onzekerheid (risico) een belangrijke rol. Besluitvorming onder
onzekerheid maakt daarom een belangrijk onderdeel uit van het investeringsvraagstuk.
Niet alle investeringsmogelijkheden hoeven ook daadwerkelijk te worden uitgevoerd. De financiële
middelen van een onderneming kunnen daarvoor ontoereikend zijn. In die situatie zal een keuze
moeten worden gemaakt uit de verschillende investeringsprojecten (investeringsselectie).
, Hoofdstuk 1 paragraaf 2; Soorten investeringen
Het besluitvormingsproces en de risico’s die aan investeringen verbonden zijn, hangen nauw samen
met de aard van de investeringen. Investeringen kunnen worden onderverdeeld in vier groepen:
Investeringen die min of meer verplicht zijn voorbeelden hiervan zijn investeringen
i.v.m. milieuvoorschriften of investeringen in technische en computerapparatuur die
autodealers op last van hun importeur moeten verrichten. De keuzevrijheid bij dit soort
investeringen is gering. De onderneming zal proberen de kosten die gemaakt moeten
worden om aan de wettelijke eisen te voldoen tot een minimum te beperken.
Investeringen voor onderhoud, revisie (controle/herstel) of vervanging van
bedrijfsmiddelen een voorbeeld hiervan is de vervanging van een machine. Bij dit soort
investeringen staat het reduceren van de kosten centraal.
Investeringen voor uitbreiding van de capaciteit van de huidige bedrijfsactiviteiten
(bestaande producten) de complexiteit van de investeringsvraagstukken die tot deze
groep behoren, is groter dan van de eerste twee groepen. Bij dit soort beslissingen is het
nodig voorspellingen te doen over de toekomstige vraag naar het product en mogelijke
reacties van de concurrenten.
Investeringen voor het ontwikkelen, in productie nemen en op de markt brengen van
nieuwe producten activiteiten op het gebied van onderzoek naar en ontwikkeling van
nieuwe producten gaan met grote onzekerheden gepaard. Dit komt doordat tussen de start
van het onderzoek naar een nieuw product en het moment van marktintroductie een
geruime tijd ligt, waarin veel kan veranderen. Aan het begin van het onderzoekstraject
kunnen de financiële gevolgen van het gehele proces alleen globaal worden ingeschat.
Hoofdstuk 1 paragraaf 3; Het proces van investeringsselectie
Het proces van investeringsselectie kan in een aantal stappen worden opgesplitst:
1. Het ontwikkelen van ideeën voor investeringsprojecten
2. De voorbereiding van de investeringsvoorstellen
3. Het herzien van bestaande investeringsprojecten
4. De beoordeling van de investeringsvoorstellen en het opstellen van de investeringsbegroting
5. De uitvoering van de geselecteerde investeringsprojecten
6. Het bewaken van de uitgevoerde investeringen en de evaluatie na beëindiging van het
investeringsproject
Ondernemingen kunnen vaste procedures opstellen om investeringsvoorstellen te ontwikkelen en te
beoordelen. Deze procedures moeten ervoor zorgen dat alle relevante informatie en alternatieven
in de beschouwing worden betrokken.
De controller is belast met de uitvoering van en het toezicht op het proces van investeringsselectie.
De leiding van de onderneming neemt op basis van de ondernemingsdoelstelling een aantal
strategische beslissingen. Hiermee geeft het management een kader aan waarbinnen de overige
medewerkers in de onderneming nieuwe investeringsvoorstellen kunnen ontwikkelen. Van bovenaf
worden richtlijnen gegeven aan medewerkers lager in de organisatie (top down).
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Thessa03. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.46. You're not tied to anything after your purchase.