100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
VOLLEDIGE Samenvatting onderdeel TROOSTERS inspanningfysiologie 2BACH 2SEM KINE $11.81
Add to cart

Summary

VOLLEDIGE Samenvatting onderdeel TROOSTERS inspanningfysiologie 2BACH 2SEM KINE

1 review
 397 views  20 purchases
  • Course
  • Institution

Notities + slides van de lessen inspanningsfysiologie

Preview 4 out of 48  pages

  • May 11, 2023
  • 48
  • 2022/2023
  • Summary

1  review

review-writer-avatar

By: irismontfort • 1 year ago

avatar-seller
HOOFSTUK 1 : inleiding
WHOLE BODY EXCERISE
 Inspanning geleverd door het gehele lichaam
 grote spiergroepen in actie
 significante cardiovasculaire en ventilatoire impact.  hart en longen geraken uitgeput maar spier niet
 niet zo belastend per spiervezel
 Informatie over de diagnose, training, limitatie, veiligheid en prognose
 We gaan vaak een incremental test doen vooraleer dat een patiënt met zijn behandeling start
 Als we willen dat spieren inspanning leveren moeten we energie produceren
o Aeroob : O2 + substraat  ATP + CO2
o Anaeroob : substraat  ATP + lactaat ( CO2 )  bij een zware inspanning
o O2 is een indirecte maat voor inspanningsvermogen
 Inademen van 21% O2 en uitademen van 18% O2  3% O2 consumptie
 Verschillende systemen
o Energie levering is mogelijk tot 1 van de systemen is uitgeput
o CENTRAAL SYSTEEM = zuurstof levering
 Ventilatie
 Longen
 Ademhalingsspieren
 Gasuitwisseling : Lucht wordt in en uitgeademd
 Hartdebiet
 Contractie myocard
 Bloeddruk
 Bloedvaten
 O2 gaat naar spier
o PERIFEER SYSTEEM = zuurstof extractie
 Spiercontractie
 VO2MAX = maximale zuurstofconsumptie
o Toenemende belasting zorgt niet meer voor een toename van de zuurstofconsumptie
o Kunnen we enkel meten door steeds een test te doen met een hoger vermogen te starten tot dat de
test niet meer kan worden uitgevoerd worden  veel te omslachtig
o Wordt bepaald door constante belasting
o Alles onder de VO2max is een lineair verband tussen O2 verbruik en belasting
 VO2PEAK = Piek zuurstofconsumptie
o Benadering van de VO2MAX
o De maximale zuurstofconsumptie die bereikt wordt wanneer de belasting langzaam wordt
opgedreven tot het maximum
o Incremental test
o We gaan de belasting laten oplopen  op een bepaalt moment neemt de belasting nog toe maar de
VO2 niet meer = VO2 peak
o Je weet niet echt of de patiënt naar zijn maximaal gaat, ze kunnen altijd vroeger stoppen en zeggen
dat ze op hun maximaal zitten
o Als de persoon echt maximaal gaat  VO2MAX = VO2PIEK
o Ventilatie en hartdebiet : centrale factoren  zuurstof aanleveren
o Spiercontractie : perifere factoren  zuurstof extraheren
o 1MET betere VO2peak  13% risicoreductie op overlijden
 RUST O2 VERBRUIK
o 3.5 ml/kg/min
o Het basale metabolisme nodig om in leven te blijven in rust = ‘1MET’ ( metabool equivalent )
 Matige inspanning : 3-6 MET
 Intense inspanning : 6 en meer MET
 VO2MAX  10-12 MET
o We zien heel de dag door een variatie in O2 verbruik

,CONSTANT WORK
 Er is een toename in zuurstofverbruik + CO 2 productie voor elke inspanning dat je doet
 We zien een omgekeerde exponentiële stijging van VO 2 naar de steady state fase
 Steady state fase
o = zuurstof verbruik is precies de noodzakelijke O2 om de energie te
voorzien, Hartfrequentie en ademhaling op niveau om inspanning
vol te houden
o Hoe sneller je naar steady state gaat hoe beter dat je conditie is
o Tijd tot steady state  anaerobe energie verbruik
o Vanaf steady state  aeroob energie verbruik
o We creëren een zuurstofschuld  deze wordt gecompenseerd
door na je inspanning nog meer O2 op te nemen dan het lichaam
nodig heeft = graduele ontspanning  hier betaal je je zuurstof schuld terug
 Toename in Vermogen  toename in VO2 verbruik
o We zien een toename van 10ml O2/min per WATT dat je stijgt
o Bij het bereiken van VO2MAX kan je niet meer verder stijgen in O2 verbruik waardoor je de
inspanning minder lang zult volhouden
Klinische tests met constante belasting
 Labotests (+metingen tijdens inspanning in het labo)
o Fiets of loopband
o Uitkomstmaat in revalidatie-onderzoek (hoe lang kan een patiënt een sub maximale belasting
volhouden)
o Zuurstofopnamekinetiek als maat voor fitness (of recuperatiepolsfrequentie)
 Field testen (+metingen tijdens ‘klinische’ fieldtests)
o Zes minuten wandeltest
o Stair climbing test

INCREMENTAL
 Toenemende belasting tot max  zo wordt VO2 piek bepaald

Klinische testen met toenemende belasting tot maximaal
 Labotests
o Bepaling van piek responses (VO2, VCO2, HR, VE, StcO2)
o Bepaling van ‘sub maximale parameters’ (lactaat’drempel’, VCO2-slope …)
 Field testen
o Incremental shuttle walking (running test)
o vb. Bieptest
 All out exercise = wingate test
o anaerobe capaciteit
o 30 sec  nog geen extra zuurstof
o Zo snel mogelijk fietsen
o Aan belasting van 7.5% lichaamsgewicht
o Omwentelingen worden geregistreerd per 5sec
o We zien in het begin veel power output maar daarna een afname
o Hoe slechter de conditie hoe rapper deze afname zal zijn
o Bij patiënten ligt de mean power en peak power veel lager

,LOKALE SPIER WERK
 Inspanning geleverd door SPECIFIEKE SPIERGROEP(-EN) MEESTAL ZONDER significante cardiovasculaire en
ventilatoire impact
 Grote impact per spiervezels
SPIERKRACHT
 We zien een positieve correlatie tussen spieroppervlakte en spierkracht
o 16-30N spierkracht per cm² spier
o We zien dat de spieroppervlakte redelijk constant blijft tussen 12 en 22 jaar
o Als je meer spierkracht wilt hebben moet je meer spiermassa ontwikkelen
 Spierkracht wordt bepaald door
o Cross sectionele doorsnede CSA
o Excitatie-contractiekoppeling
o Spierlengte
o Spiervezeltype
 Aerobe spiervezels : uithouding
 Glycolitische spiervezels : kracht
o Spiervezelverloop
o Bloedvoorziening
 We zien dat de lokale bloedvoorziening heel belangrijk is voor kracht maar tijdens een
spiercontractie zien we een probleem voor de kracht
 Bij spiercontractie  toename intramusculaire druk  Als intramusculaire spier
groter is dan capillaire druk  occlusie van capillair in spier
 Bij kracht genereren meer als ½ maximale kracht  geen bloed meer naar spier 
verzuring, geen afvoer van CO2 en metabolieten
 Bij isometrische contractie komt de energie niet uit aerobe processen
 Bij een daling in spierkracht ligt dit vooral aan de perifere en neurale factoren en niet aan de centrale
factoren
 MAXIMAAL VRIJWILLIGE CONTRACTIE
o Isometrisch = gelijke lengte
 Isometrisch heeft een grotere kracht levering dan isokinetisch
 We zien wel dat de sterkste isokinetische ook de sterkste
isometrische is
o Isokinetisch = gelijke hoek
 Hoe hoger de hoeksnelheid hoe hoger de kracht levering
o Dynamisch = het maximale gewicht dat een persoon kan tillen : 1RM
o Excentrisch = het uitrekken van de spier  afbraak
 je hebt een gemotiveerde patiënt nodig dat maximaal wil werken, anders
geen valide meting  aanmoediging is heel belangrijk
klinisch diagnostisch van relatief weinig belang, wel belangrijk in trainingsparadigma’s omwille van
specificiteit
 NIET VRIJWILLIGE CONTRACTIE
o Elektrisch geïnduceerd
o Magnetisch geïnduceerd
voor niet wils-bekwaamde patiënten maar duur en oncomfortabel
SPIERUITHOUDING
 We geven sub maximaal gewicht aan P. met COPD  groot effect op spierkracht maar nog meer op
spieruithouding
 We zien dat een daling in ventilatie zorgt voor een groot effect op spieruithouding omdat er steeds minder
O2 toevoer is

, SPIERVERMOEIDHEID
 = Hoeveel kracht kan een spier minder leveren na een inspanning
 Verlies aan kracht of vermogen voor eenzelfde activatie door vermoeidheid van
o Centrale activatie : Hersenen en Zenuwen
o Perifere activatie : Neuromusculaire juncties, membraan exitabiliteit, geleidingssnelheid
o Contractiele functie : calcium kinetics, crossbridges
o Metabolisme : substraat, inhibitie van contractie door H of Pi
o Bloedstroom : zuurstof aanvoer en afvoer van metabolieten
al deze elementen kunnen vermoeid geraken waardoor dat er een daling is in kracht of vermogen
 STUDIE : contractiele vermoeidheid
o In vitro
 Pre test : voor de inspanning
 Inspanningstraining
 Post test : na oefenprogramma
 Kracht meting op een niet vrijwillige manier
 Resultaat
 We zien het effect van 1 oefensessie
 We zien een groot verschil in respons op
inspanningstraining : sommige niet moe,
andere volledig uitgeput
 De spier wordt beschadigd op microscopisch
niveau  deze beschadiging zorgt voor het
sterker maken van de spier
o Hoe meer beschadiging  Hoe hoger het trainingseffect
 Groene patiënten
 Hebben een lage vermoeidheid
 Hebben een laag trainingseffect  weinig spierbeschadiging
 Blauwe patiënten
 Hebben een hogere vermoeidheid
 hebben meer trainingseffect  grotere spierbeschadiging  stoffen komen vrij
waardoor de spier sterker wordt gemaakt
 NO PAIN NO GAIN
 Op basis van EMG
o We zien dat naarmate dat de spier vermoeid is er meer activatie nodig is om eenzelfde kracht te
generen
 Krachtverlies bij gelijke stimulus
o Hogere vermoeiheid wanneer we de persoon bergaf laat lopen aan éénzelfde snelheid tov geen
hellingsgraad  grotere beschadiging bij excentrisch spierwerk
 Breken van de actine – myosine brugjes
o Wanneer we vermoeid aan een inspanning starten zien we een versnelde vermoeidheid
o Excentrisch spierwerk geeft meer vermoeidheid ( stijfheid )
 Als je de dag ervoor spierschade hebt opgedaan ga je minder presteren de dag erna

SAMENVATTING
 Inspanning is een complex en geïntegreerd gebeuren met neuronale, cardiovasculaire, ventilatoire en
musculaire aspecten.
 Bij ‘whole body exercise’ is de aanlevering van zuurstof aan de werkende spier een factor die veelal
limiterend zal zijn.
 Bij locale inspanning is de musculaire component meestal limiterend.
 Dit is belangrijk in de context van training bij athleten EN bij patiënten.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller JuliaDeckers. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $11.81. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

52510 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$11.81  20x  sold
  • (1)
Add to cart
Added