- Glycogenese = glucose glycogeen
- Glycogenolyse = glycogeen glucose
- Gluconeogenese = az, glycerol of lactaat glucose
- Lipogenese = glucose of vrije ve vetten
- Lipolyse = vetten vrije vz & glycerol
De overdracht van energie in reacties ATP
Afbraak vs voor En
- Glucose afbraak
- Glycerol + vz afbraak
- Az afbraak
- OPM: 40% als nuttige En gebruikt voor anabolisme en andere functies uit te voeren dit
dankzij de mitochondrien, de rest gaat verloren ivv warmte
Vs afbreken voor En
- Afbraak van glc naar En begint met glycolyse tot pyruvaat
- Pyruvaat kan anaeroob worden omgezet in melkzuur + acetyl CoA
- Alle En-leverende vs komen in TCA-cyclus of tricarbonzuurcyclus (Krebs cyclus) en é-
transportketen terecht
- De laatste stappen van katabolisme:
o É-transportketen
Verbruikt O2
Produceert CO2 en H2O
Produceert En als ATP
Chemische En ih voedsel zal
- Als chemische En terug het lichaam verlaten
- Gebruikt worden voor diverse vormen van arbeid
- Opgeslagen als En-reserve
- Als warmte het lichaam verlaten
Competenten vd totale energiebehoefte (TER)
- BMR of BEE: basaal metabolisme/stofwisseling = En die nodig is om het leven in stand te
houden
o Gemeten na 12 uur snel, rustend in thermisch neutrale omgeving gedurende 30
minuten
o Echte BMR treedt op in de vroege ochtenduren van diepe slaap
o REE of RMR (wakker, 3-4 uur post-absorptief) verschilt hiervan met minder dan 10%
- DIT: dieet-geïnduceerde thermogenese = thermisch effect van voedsel
o En die nodig is om vs na een maaltijd te verteren, te absorberen en op te slaan
o Goed voor 5-10% van het totale 24u En-verbruik
- TEE: thermisch effect van oefening
, o Fysieke activiteit kcals
o Meest variabele
- Anderen (NEAT, rillingen, groei, letsel, koorts)
- TER = REE + DIT + TEE + Overige
METABOLISCHE KENMERKEN VD ORGANEN EN WEEFSELS
Metabolisme van weefsels en organen:
Energiemetabolisme = organen en weefsel die betrokken zijn bij gebruik en omzetting van substraten
die de cellen in staat stellen om in hun En te voorzien
Thema: kinetische eig van metabole pathways in elk weefsel – metabole rol van dat weefsel
Passief transport: afhv conc binnen & buiten cel (conc hoog laag)
Actief transport: SGLT1: glc tegen conc gradient in getransporteerd worden maw het kan
geconcentreerd worden door transporter omdat Na+ die tergelijk met glc worden getransporteerd
via dalende conc gradient worden verplaatst ATP nodig! Via Na/K pomp
Figuur 1: effect specifieke karakteristieken vd glc transporters op snelheid van glc opname in cel
DE LEVER INLEIDING
Hepatisch = alles wat met de lever te maken heeft
Voorzien van bloed door 2 grote bloedvaten: (ongewone kenmerk)
- Arteria hepatica (20%)
- Vena porta = poortader afk uit complexe systeem bloedvaten dat in en rond GI-organen
bevinden
o Gevormd door samenkomen van verschillende venen dat afk is uit verschillende
delen vh GIS oa maag + milt
o Fct: transporteren stoffen die door dunnedarm geabs zijn en zo in bloedbaan terecht
komen (monosach en az), wateropl vs afk uit voedsel worden EERST naar lever
getransporteerd VOOR ze in alg bloedcirculatie terecht komen
, Venen afk vd pancreas voegt samen met poortader voor deze de lever bereikt bloed
met pancreatische hormonen insuline + glucagon (afk uit endocriende pancreas), deze
hormonen hebben eerst hun effect op lever voor ze in bloedsomloop komen
Venae hepaticae, hierin verlaat bloed de lever uitmonden in vena cava inferior = bloed afk uit
onderste deel vh lichaam terugvoert naar hart
Transport gal galblaas:
- Gal: galzouten, ess voor vertering + absorptie vetten in dunne darm
- Galexcretie: toxische afvalst verwijderen, via lever gedetoxifieerd
Gal afvoerkanaaltjes ductus hepaticus galblaas (peervormig)
- Gal in galblaas tss maaltijden door opgeslagen en geledigd tijdens vertering
Gal ductus choledocus duodenum
Lever opgebouwd uit hepatocyten (80%) + endotheelc + Kupfferc
Leverlobules specifiek gerankschikt:
- Elk lobule 6hoekig
- Op elk hoekpunt tss lobules bevindt er 3 vaten: aftakking vd poortader, arteria hepatica,
ductus hepaticus
- In centrum: uitloper van vena hepatica (bloed afvoeren)
Sinusoiden: waar bloed vloeit vd 3 kleine bloedvaten tss lobules in, naar centrale vena in kleine
doorgangen tss lobules (opgebouwd uit endotheelc zoals haarvaten, nauw in contact met
hepatocyten)
Gal canaliculi: gal gevormd in hepatocyt die afgevoerd wordt via kleine aftakkingen vd ductus
hepaticus tss lobules door
Metabolic zonation: precieze rangschikking lobules in lever ~ functie
Periportale hepatocyten: blootgesteld aan vers bloed dat aangevoerd wordt via v. porta + a. hepatica
cellen goed voorzien van O2 + substraten, oxidatieve metabolisme bevindt hier vooral plaats en
ook synthese glc (gluconeogenese)!
Cellen dichter bij centrum zijn meer betrokken bij glycolyse en vormen ketonlichamen
Zone vrij flexibel: elk indiv levercel kan in beide fct uitvoeren afhv locatie in lobule + fysiol
omstandigheden
METABOLISME ID LEVER
Grote rol in opslag van En na een maaltijd (KH-opslag, vrijgave glc), az metabolisme, vetmetabolisme
KH-metabolisme in lever
Glc geabs in lever in poortader terecht (conc glc net na maaltijd 10mmol/l, gem is
glcgehalte 5mmol/l)
Hepatocyten (vooral periportale cellen) bloodgesteld aan hoge conc glc tijdens absoptieve
fase.
Levercellen, glc binnengebracht dmv GLUT2:
o Niet afhv insuline + hoge Km
, o Vrij intense werking (benden saturatiepunt)
o Veel transportmolec op celmemb aanwezig hoog max activiteit (Vmax) bestaat
voor glc transport
o Hvd + richting glc molec door celmembr vd hepotcyt wordt bepaald door rel. glc
conc in en buiten cel
In hepatocyt: glc gefosforyleerd (1ste stap metab van glc) vorming van glc6P dmv
glucokinase
o Glucokinase: familie hexokinasen, verschilt met spier en ander weefsel!
hoge Km voor glc + hoge Vmax(capaciteit)
niet geinhibeerd door zijn product glc6P
Niet beinvloed door insuline op kort termijn
o RESULTAAT: wnr glc conc buiten hepatocyt stijgt, zal glc snel opgenomen en
gefosforyleerd worden
Lever fungeert als buffer die glc opneemt wnr conc in bloedbaan hoger is (na vertering
Khrijke maaltijd)/overmaat is en geeft vrij wnr conc daalt als er elders ih lichaam meer
behoefte heeft aan glc
Glc6P zou zich opstapelen in cel tot er geen glc fosforylysatie meer plaatsvindt en dus kan de
aanwezigheid glc tranport eiwit + glucokinase niet alleen toe leiden dat hepatocyt grote hvd
glc opneemt, vandaar mechannismen die actief opslag van glc ovv glycogeen stimuleren
Onmiddelijke regulering enzymes vh glycogeen metabolisme door insuline en glc:
Effecten insuline:
o Activeert glycogeen synthase
(snelheidsbepalende enzym vd glycogeen
synthese)
o Inhibeert glycogeen fosforylase
(snelheidbepalende enzym voor afbraak
glycogeen)
effecten geinduceerd door verandering
fosforylering enzym, versterkt door
inhiberend effect dat glc heeft op
glycogeen fosforylase
RESULTAAT: snelle stimulering vd
glycogeen synthese + onderdrukking
glycogenolyse (glycogeen afbraak) zodat
netto opslag van glycogeen plaatsvindt!
o Insuline wordt afgescheiden door pancreas
en kan lever directy bereiken via
poortader accurate regeling vd glc
huishouding
Glc6P omgezet in pyrodruivenzuur (= pyruvaat!) via glycose (in hepatocyt)
o Deel pyrodruivenzuur geoxideerd in citroenzuurcyclus
o Ander deel omgezet in lactaat
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller flars191119. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.15. You're not tied to anything after your purchase.