Bestuurskunde: Economie, Bestuur en Management
Inleiding Sociaal-Wetenschappelijk Onderzoek
All documents for this subject (3)
Seller
Follow
ilse1204kolfschoten
Reviews received
Content preview
Fouten bij kennisvergaring…
- Bij gebruikmaken persoonlijke ervaringen
1. Overgeneralisatie
2. Selectieve observatie (eigen overtuigingen beïnvloeden de resultaten)
3. Voorbarige conclusie (je kijkt niet meer naar andere factoren)
4. Halo-effect (de aanwezigheid van een bepaalde kenmerk geeft de waarnemer de indruk
dat andere kwaliteiten er automatisch ook zijn) (=conclusies trekken op basis van bepaalde
kenmerken over andere kenmerken)
5. Valse consensus (andere mensen, die op mij lijken, denken hetzelfde als ik) (je projecteert
bepaalde kenmerken op anderen (kunnen kenmerken van mij of van anderen zijn))
- Bij te veel vertrouwen op
1. Experts en autoriteiten
2. Ideologische overtuigingen en waarden
3. Mediaberichten
Kernbegrippen sociaalwetenschappelijk onderzoek
1. Theorie (logica)
- Een samenhangend geheel van uitspraken waarmee geprobeerd wordt verschijnselen te
beschrijven, verklaren of te voorspellen.
- Waarom zijn er relaties tussen bepaalde variabelen?
- Formulering a.d.h.v. logische formulering
- Deductief-nomologisch verklaringsmodel
1) algemene regel
2) aanname of beginvoorwaarde
3) hypothese, conclusie of voorspelling
2. Empirische data
- Gegevens die door middel van waarnemingen zijn verzameld
- Direct waarneembaar: via zintuigen
- Indirect waarneembaar: via technieken die zintuigen uitbreiden (afhankelijk van observaties
van anderen) (vaak over abstracte en veelomvattende concepten, zoals karakter etc)
3. Wetenschappelijk
- Regels over onderzoeksmethoden
- Hoe observeer je? Hoe verzamel je gegevens? Hoe zijn je gegevens betrouwbaar?
- Normen en controle
- Universalisme (beoordelen op kwaliteit en niet op degene die het onderzoek heeft
gedaan), georganiseerde scepsis (nieuwe ideeën en resultaten moeten niet
automatisch als waar worden aangenomen), belangeloosheid, communalisme,
eerlijkheid
, Wat wetenschappers waarnemen:
- Direct waarneembare en indirect waarneembare concepten
- Kwalitatieve (interviews, woorden, kwaliteiten of hoedanigheden) en kwantitatieve (getallen of
nummers, absoluut, maten) gegevens
Kwalitatief Kwantitatief
Kenmerken van Kwaliteiten, hoedanigheden Getallen, maten
data
Onderzoeksdoelen Vaker verkennend en beschrijvend Vaker verklarend en beschrijvend
Onderzoeksproces Vaker iteratief en flexibel Vaker lineair en gestructureerd
Assumpties over Positivistisch of interpretatief Positivistisch
de wereld
Ideologie vs theorie – VERSCHILLEN
IDEOLOGIE THEORIE
- Normatief - Objectief
- Absolute zekerheid - Erkent onzekerheid
- Niet duidelijk gedefinieerd - Expliciet en precies
- Negeert tegenstrijdig bewijs - Verwelkomt tegenstrijdig bewijs
- Bepaald en onbetwist - Open voor discussie
Theorie bestaat uit:
1. Onderzoekseenheden (unit of analysis)
- Waarover je uitspraken wil doen
- Individuen, organisaties, landen, sociale interacties etc.
- Kan je indelen in verschillende niveaus (denk aan organogram organisatie:
medewerkers, teams, afdelingen, organisatie)
2. Assumpties (of aannames)
- Uitgangspunten of overtuigingen die niet getest zijn, maar die nodig zijn om een
theoretische verklaring te bouwen.
3. Concepten
- Kenmerken van de onderzoekseenheden die onderzocht worden
- Bouwstenen van theorie
- Uitgedrukt in symbolen of woorden (definities)
- Kunnen variëren in abstractieniveau
- Concreet: leeftijd, inkomen, belastingtarief etc. (kan je in 1 vraag
achterkomen)
- Abstract: publieke betrokkenheid, bureaucratisme etc.
4. Relaties
- Hoe concepten elkaar beïnvloeden
- X = onafhankelijke variabele
- Y = afhankelijke variabele
- Een onafhankelijke variabele heeft invloed op een afhankelijke variabele
- X is altijd de oorzaak, Y is het gevolg
- De relatie tussen X en Y = hypothese
- M = tussenliggende variabelen
BIJV: X: opleidingsniveau -> M: inkomen -> Y: uitgaven
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ilse1204kolfschoten. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.95. You're not tied to anything after your purchase.