100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Financieel Management van de Publieke Sector $8.48
Add to cart

Summary

Samenvatting Financieel Management van de Publieke Sector

 12 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Samenvatting voor het tentamen van Financieel Management van de Publieke sector

Preview 4 out of 44  pages

  • May 11, 2023
  • 44
  • 2022/2023
  • Summary
avatar-seller
Week 1, hoorcollege 1
Financieel management: planning en beheersing van financiële taken en transacties

Publieke sector
- Niet op winst gericht (non-profit organisaties)
- Bekostiging niet marktgeoriënteerd (geen marktwerking)
- Markt is helft economie, publieke sector andere helft

Non-profit
1) Publiek georiënteerde organisaties (traditionele overheid, publiekrecht)
2) ‘Middenveld’ (cliëntgerichte organisaties (onderwijs, zorg, ov etc.), privaatrecht én publiekrecht)
3) Private organisaties gericht op leden (kerken, vakbonden, goede doelen, privaatrecht)
Publieke sector: 1 + 2
Non-profitsector: 1 + 2 + 3

Overheid
- Rijk, provincie, gemeente, waterschap
- Agentschap, B&L-dienst
- ZBO’s
- EU
- Gemeenschappelijke regelingen (bijv. veiligheidsregio’s)

Markt – publieke sector
- Markt: beslissen, betalen en genieten in 1 hand
- Publieke sector: relatie doorgesneden (betaling veel via belastingen, premies etc., genieten zijn niet
dezelfde mensen die ervoor betalen, beslissen vaak niet zelf)

Markt en efficiëntie
- Markt in theorie efficiënt, maar
-> Marktfalen
- Marktmacht
- Collectieve goederen
- Externe effecten
- Asymmetrische informatie
-> Macro-economie (bijv. hoge xxinflatie) is niet efficiënt
-> Verdeling/rechtvaardigheid
-> Paternalisme

Ingrijpen marktfalen
- Regelgeving
- Zelf produceren
- Uitbesteden
- Financiële prikkels
- Overdrachten (uitkeringen)
- Overleg
- Overreding (mensen overhalen iets te doen (bijv. reclamespotjes))

Werkt ingrijpen?
- Niet altijd

, -> Budgetimperfecties
-> Non-market failures

Non-market failures (overheidsfalen?)
- Output slecht gedefinieerd en moeilijk meetbaar
- Geen concurrentie
- Geen criteria voor stopzetten beleid
- Beloning voor formuleren probleem en ontwerpen oplossing (uitvoeren is minder belangrijk)
- Politieke conjunctuur
- Principaal-agentprobleem
- Kiezer = principaal, politicus = agent
- Probleem: politici willen rents (andere doelen)
- Oplossing
1) Contracten (lastig want onzeker en complex)
2) Incomplete contracten (regeerakkoorden)
-> Gevaar: residual power (agent houdt macht over)
3) Begrotingsinstituties
- Formele en informele regels en principes (comptabele regels,
normering, controle, toezicht)
- Instituties: alles wat de verantwoording verbetert en concurrentie
intenser maakt
- Common pool-probleem
- Geld uit algemene middelen besteed aan afzonderlijke groepen
-> Netto baten voor deze groep groot, netto kosten gering
- Gevolg: te hoge uitgaven
- Oplossing
1) Centraliseer begrotingsproces
- Eénpartijregering: delegatie aan fiscal entrepreneur
- Coalitie: onderhandeling -> akkoord (contract)

Wat moet je niet doen/beperken met principaal-agentprobleem/common pool-probleem?
- Verborgen uitgaven/fondsen
- Open einderegelingen
- Regelgeving die automatisch tot uitgaven leidt
- Contingent liabilities, zoals garanties (expliciet en impliciet)
- Alle posten niet in vergelijkbare maatstaf
- Te optimistisch raam
- Creatief boekhouden
- Uitgaven niet gebruiken voor hun officiële doel
- Geen transparantie in procedures
- Geen begrotingsnormen
- Geen onafhankelijke informatie (NL: CPB, SCP, PBL, CBS, AR, etc)
- Niet centraliseren begrotingsproces
- Spelregels niet duidelijk maken
- Eénpartijregering: niet benoemen financieel zwaargewicht
- Coalitie: niet onderhandeling -> akkoord (contract)
- Geen druk van buiten: IMF, EU, hogere overheid

,Fasen begroting
1) Planning: besluitvorming
2) Beheersing: (management) controle, uitvoering
3) Verslaggeving
4) Controle en verantwoording

New Public Management (NPM)
- Uiteenlopende meningen over methoden en technieken uit de marktsector
- “Running government like a business”
- Gevolgen
- Focus op efficiency
- Planning- en budgetteringstechnieken
- Sturen op prestaties
- Meer concurrentie
- Managementstijlen uit de private sector
- Contracten
- Privatisering
- Terminologie

, Week 1, hoorcollege 2
Begrotingsfondsen
- Principe: afzonderlijk beheer van uitgaven en/of ontvangsten
- Begrotingsfonds uitgaven
- Uitgaven reserveren voor specifiek doel, zoals:
- Uitkeringen aan gemeenten
- Investeringen van het Rijk (want daar wordt vaak op bezuinigd)
- Investeringen zorgen niet voor een afname van vermogen -> verschuiving
van geld naar bezit (dus is geen kostenpost, maar wordt wel gezien als
kostenpost, dus daarom fonds)
- Gevolg: geen relatie met overige uitgaven
- Begrotingsfonds ontvangsten
- Meestal ontvangsten uit specifieke bron (earmarking), zoals
- Aardgasbaten naar investeringsfonds
- Premie AOW gaat in AOW-fonds
- Zichtbaarheid van begrotingsfonds
- In principe geen onderdeel van reguliere begroting
- In sommige gevallen niet zichtbaar (niet in NL), soms aparte fondsbegroting (vaak in NL),
soms saldo (ook) in reguliere begroting, soms uitgaven en ontvangsten (ook) in reguliere
begroting
- Saldo
- Overschot
- Vervalt (mensen gaan dan extra uitgeven, zodat het saldo niet vervalt)
- Doorschuiven naar volgend jaar (vorming reserve)
- Tekort
- Verboden -> additionele maatregelen nodig
- Toegestaan -> drukt op totale saldo

Waarom fondsen?
- Bescherming uitgaven
- Alternatieven:
- Afspraken/contracten
- Investeringen: stelsel van baten en lasten (B&L) (hebben gemeenten wel, Rijk niet)
- Flexibiliteit
- Flexibiliteit is niet altijd goed en kan altijd als je dat wil
- Andere beheersvorm (meer bedrijfseconomisch)
- Als je het bedrijfseconomisch wil doen moet het stelsel aangepast worden naar B&L
- Spaarpot/verzekering
- Beter: B&L
- Derden kunnen mede uitvoeren
- Willen we dat wel?
- Vrij besteedbare middelen naar lagere overheden
- Kan ook zonder fonds

Waarom geen fondsen?
- Afweging niet optimaal (want uitgaven staan apart, dus je kan niet alle uitgaven afwegen)
- Ingewikkeld
- Rigide/inflexibel

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ilse1204kolfschoten. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $8.48. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

48298 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 15 years now

Start selling
$8.48
  • (0)
Add to cart
Added