Samenvatting studieboek De lendenwervelkolom en het bekken, lagerugpijnklachten en fysiotherapie. van J.M. Bos en L.H.A Hagenaars (Hst 1 t/m 3) - ISBN: 9789076986487, Druk: 1, Uitgavejaar: 2010
Tijdens eindstandig roteren in een lumbaal bewegingssegment vindt een schuifbeweging tussen de 2 wervels plaats.
Answer: Juist
2.
Het bewegingsassenstelsel van een lumbaal bewegingssegment is gelegen ter hoogte van de nucleus pulposus van de discus intervertebralis
Answer: Juist
3.
De dorsale delen van de lumbale gewrichtsfacetten zijn vooral geörienteerd in het frontaal vlak
Answer: Onjuist
4.
De dorsale delen van de lumbale gewrichtsfacetten convergeren naar caudaal
Answer: Juist
5.
De ventrale delen van de lumbale gewrichtsfacetten zijn vooral geörienteerd in het sagittale vlak
Answer: Onjuist
Stellingen hst. 2 (paarse boekje)
Flashcards20 Flashcards
Free4 sales
Flashcards20 Flashcards
Free4 sales
Some examples from this set of practice questions
1.
De lumbale wervelkolom is dubbelzijdig geinnerveerd, maar niet alle delen van de lumbale wervelkolom zijn dubbelzijdig geinnerveerd
Answer: Juist
2.
De lumbale intervertebrale gewrichten zijn unilaterale geinnerveerd
Answer: Juist
3.
Alle delen van lumbale discus intervertebralis zijn bilateraal nocisensorisch geinnerveerd
Answer: Onjuist
4.
De nocisensorische innervatie van de lumbale discus intervertebralis is plastisch
Answer: Juist
5.
De innervatie van de durale mouw geschiedt via de nervus recurrens van dezelfde spinale zenuw
Answer: Juist
Stellingen hst. 3 (paarse boekje)
Flashcards10 Flashcards
Free5 sales
Flashcards10 Flashcards
Free5 sales
Some examples from this set of practice questions
1.
De intacte lumbale discus vertebralis zijn avasculair
Answer: Onjuist
2.
Alle delen van de lumbale discus vertebralis bevatten bloedvaten
Answer: Onjuist
3.
Iedere radix heeft een eigen bloedvat
Answer: Juist
4.
De lumbale arteriae radiculares zijn in functionele zin eindstroomarterien
Answer: Juist
5.
De vascularisatie van de lumbale radices kenmerkt zich door een uitgebreid netwerk van anastomoserende bloedvaten
Answer: Onjuist
Stellingen hst. 4 (paarse boekje)
Flashcards26 Flashcards
Free4 sales
Flashcards26 Flashcards
Free4 sales
Some examples from this set of practice questions
1.
De spinale wortels zijn omgeven door een durale mouw
Answer: Juist
2.
De durale mouw met daarin de lumbale radices spinales L5 treedt uit de durale mouw ter hoogte van de discus intervertebralis L5-S1
Answer: Onjuist
3.
De vorm van het wervelkanaal ter hoogte van de wervels L4 en L5 is gekenmerkt door een recessus lateralis
Answer: Juist
4.
De lumbale radices spinales L5 bevinden zich in de laterale recessus van de wervel L4
Answer: Onjuist
5.
De lumbale radices spinales S1 treden uit via het foramen intervertebrale L5-S1
Answer: Onjuist
Stellingen hst. 5 (paarse boekje)
Flashcards24 Flashcards
Free4 sales
Flashcards24 Flashcards
Free4 sales
Some examples from this set of practice questions
1.
De mate van lordotische kromming is causaal re relateren aan aspecifieke lagerugpijn
Answer: Onjuist
2.
Bulging is een kenmerk van discusbiodegradatie
Answer: Juist
3.
Een protusie ie een non-contained disc lesion
Answer: Onjuist
4.
Een teken van het patroon van een lumbale contained disc lesion is een antalgie van de lendenwervelkolom
Answer: Onjuist
5.
Een teken van het patroon van een lumbale contained disc lesion is een beperking van het anteflecteren van de lumbale wervelkolom
Answer: Juist
Content preview
SAMENVATTING
De lendenwervelkolom en
het bekken,
lagerugpijnklachten en
fysiotherapie
Auteurs: Leo Hagenaars en John Bos
ISBN: 978 90 76986 48 7
1e druk Jan. 2010
,Door: Ilona van den Berg.
Samenvatting De lendenwervelkolom en het bekken, lagerugpijnklachten en fysiotherapie.
Inhoudsopgave
Hst. 1 Een functioneel-anatomische beschouwing van de lendenwervelkolom en het bekken. Blz. 11-
42. ............................................................................................................................................................ 3
Intermezzo: Een anatomisch afzetpunt. Blz. 13-15............................................................................. 3
De bouw van het bekken en de lumbosacrale overgang. ............................................................... 3
De bouw, vorm en functie van het SI-gewricht. .............................................................................. 3
Ligamenten ...................................................................................................................................... 4
Een functioneel-anatomische beschouwing van het bekken. Blz. 16-26. ........................................... 5
Nuteren ........................................................................................................................................... 5
Vormsluiting .................................................................................................................................... 5
Krachtsluiting ................................................................................................................................... 6
Sacro-Iliacale blokkering.................................................................................................................. 7
De lendenwervelkolom. .................................................................................................................. 8
Een functioneel-anatomische beschouwing van de lendenwervelkolom zonder dwarsgestreepte
spieren. Blz. 27-32. .............................................................................................................................. 9
Hydraulische bewegingseigenschappen ......................................................................................... 9
Buigzame bewegingseigenschappen. ............................................................................................ 10
Intrinsieke bewegingseigenschappen ........................................................................................... 10
Een functioneel-anatomische beschouwing van de lendenwervelkolom met de dwarsgestreepte
spieren. Blz. 33-39. ............................................................................................................................ 11
Intermezzo: een anatomisch afzetpunt. ....................................................................................... 11
Hst. 2 Aspecten van innervatie van de lendenwervelkolom en het bekken. Blz. 43-51. ...................... 14
Intermezzo: Een anatomisch afzetpunt. Blz. 44-48........................................................................... 14
De bouw en vorm van de spinale zenuw....................................................................................... 14
De nocisensorische innervatie van de lendenwervelkolom. ......................................................... 15
De nocisensorische innervatie van het SI-gewricht. ..................................................................... 16
De nocisensorische innervatie van de inwendige organen uit de buik- en bekkenholte. ............ 16
Een functioneel-anatomische beschouwing van lagerugpijn. Blz. 49-50. ......................................... 16
Hst. 3 Aspecten van vascularisatie van de lendenwervelkolom Blz. 53-59........................................... 18
Intermezzo: Een anatomisch afzetpunt. Blz. 54-57........................................................................... 18
De vascularisatie van de lumbale wervels..................................................................................... 18
De veneuze plexus van Batson. ..................................................................................................... 18
De vascularisatie van de lumbale radices...................................................................................... 18
De avascularisatie en de voeding van de disci intervertebrales. .................................................. 19
,Door: Ilona van den Berg.
Samenvatting De lendenwervelkolom en het bekken, lagerugpijnklachten en fysiotherapie.
Een functioneel-anatomische beschouwing van de doorbloeding en voeding van de
lendenwervelkolom. Blz. 57-59. ........................................................................................................ 19
Hst. 4 Lumbale spondylogene radiculopathieën en lagerugpijn. Blz. 61-77. ........................................ 21
Intermezzo: Een anatomisch afzetpunt. Blz. 64-68........................................................................... 21
De vorm en bouw van het lumbale foramen intervertebrale. ...................................................... 21
De topografische relatie van de lumbale en de sacrale spinale radices met de
lendenwervelkolom en het os sacrum. ......................................................................................... 21
De vorm en bouw van de lumbale en sacrale radices. .................................................................. 22
Een functioneel-anatomisch en patho-anatomische beschouwing van lumbale spondylogene
radiculopathieën. Blz. 69-70.............................................................................................................. 23
Lumbale radiculopathie met extradurale inflammatie. ................................................................ 23
Lumbale radiculopathie zonder extradurale inflammatie ............................................................ 24
Hst. 5 Lagerugpijnsyndromen. Blz. 79-87. ............................................................................................. 25
,Door: Ilona van den Berg.
Samenvatting De lendenwervelkolom en het bekken, lagerugpijnklachten en fysiotherapie.
Hst. 1 Een functioneel-anatomische beschouwing van de
lendenwervelkolom en het bekken. Blz. 11-42.
De unipedale positie is een positie waarbij de SI-gewrichten onbeweeglijk zijn.
In de unipedale positie stabiliseren de dwarsgestreepte spieren het bekken t.o.v. het
bovenbeen, de lendenwervels onderling en de lendenwervelkolom t.o.v het bekken.
De actieve stabiliteit wordt gewaarborgd door:
- Bekkenbovenbeenspieren
- Intrinsieke lendenwervelkolomspieren
- Extrinsieke lendenwervelkolomspieren
- Buikspieren
- Onderste rompspieren
De indrukbaarheid van de wervels is gebaseerd op vervormbaarheid van de disci
intervertebrales. De vervormbaarheid berust op verschillen in de hoeveelheid gebonden
water in de disci intervertebrales als gevolg van verschillende axiaal inwerkende krachten.
Bij axiaal inwerkende krachten neemt de lumbale lordose toe, omdat het indrukken van de
lendenwervelkolom aan de voorzijde meer weerstand oplevert dan het in elkaar glijden van
de verticaal gepositioneerde gewrichtsvlakken aan de achterzijde. Het os sacrum kantelt
voorover in de bekkenring, dit wordt geremd door de dwarsgestreepte spieren van het
bekken en de achterzijde van het bovenbeen.
Remmen van de lordose is een activiteit van de buikspieren.
De buigzaamheid van de lendenwervelkolom is vooral in het sagittale vlak.
Intermezzo: Een anatomisch afzetpunt. Blz. 13-15.
De bouw van het bekken en de lumbosacrale overgang.
- Het bekken is een gesloten ring in anatomische zin.
- Hij is opgebouwd uit het os sacrum en twee bekkenhelften.
- Aan de voorzijde is de bekkenring gesloten door de symphysis pubica.
- Aan de achterzijde bevinden zich 2 SI-gewrichten
- Het os sacrum heeft de convexiteit naar dorsaal.
- Wervel L5 is aan het os sacrum gehaakt met de processi articulares inferiores.
- Wervel L5 is anatomisch tussen de twee bekkenhelften geplaatst
- De lumbosdacrale intervertebrale gewrichten zijn vooral in het frontale vlak
gepositioneerd.
- De lumbosacrale discus is in vergelijking met de discus van L4, L5 minder hoog.
- De lumbosacrale overgang is als bewegingseenheid vooral geschikt voor
retroflecteren.
De bouw, vorm en functie van het SI-gewricht.
- SI-gewricht is een synoviaal gewricht
- Bewegingsmogelijkheid van 2-6 graden
- Na 60ste levensjaar neemt de beweeglijkheid af, kan zelfs volledig verdwijnen.
- Bij mannen tot 60 jaar neemt de beweeglijkheid eerst nog toe.
,Door: Ilona van den Berg.
Samenvatting De lendenwervelkolom en het bekken, lagerugpijnklachten en fysiotherapie.
- De gewrichtsvlakken zijn langgerekt en oorvormig met de convexe zijde naar
ventraal, ze zijn gewelfd en getordeerd.
- Het gewrichtsvlak van het os sacrum heeft craniaal naar caudaal een verhevenheid,
hiertussen bevindt zich een inzingking.
- Gewrichtsvlak van het os illium heeft een centrale verhevenheid en twee polaire
inzinkingen. Hij is niet geheel congruent met het gewrichtsvlak van het os sacrum.
- Er is een bovenpool en een onderpool te onderscheiden van de gewrichtsvlakken. Ze
vormen beide een dorsale hoek.
- De kraakbeenoppervlakken vertonen richels en groeven.
- Het lig. Sacro-iliacale interosseï is een extracapsulair ligament.
- Nuteren is het caudaal verplaatsen en een vooroverkantelen van het os sacrum t.o.v.
de beide bekkenhelften.
- De nutatiebewegings-as bevindt zich dorsaal van het SI-gewricht, ter hoogte van
wervel S2.
- Er is een relatie tussen de grootte van de dorsale hoek tussen de beide polen van de
gewrichtsvlakken en de plaats van de bewegingsas in relatie tot het SI-gewricht.
Ligamenten
- Lig. Sacro-iliacale dorsale
o Bestaat uit twee delen
Kort craniaal deel met vooral een horizontaal verloop.
Lang caudaal deel met vooral een verticaal verloop.
o Loopt van het os sacrum, in craniale richting, naar de spina iliaca posterior
superior
- Lig. Sacro-iliacale ventrale
o Vooral een horizontaal vezelverloop
o Minder sterk ontwikkeld als het lig. Sacro-iliacale dorsale
- Lig. Sacrotuberale
o Sterk ontwikkeld
o Loopt vanaf de laterale rand van de achteronderzijde van het os sacrum en de
achterrand van het os ilium naar de tuber ischiadicum
o Hij is ter hoogte van de crista iliaca verweven met het lange, verticale deel
van het lig. Sacro-iliacale dorsale
- Lig. Sacrospinale
o Is ventraal van het lig. Sacrotuberale gelegen
o Loopt van de laterale rand van het onderste deel van het os sacrum en
convergeert naar de spina ischiadica.
- Lig. Iliolumbale
o Bestaat uit meerdere delen
o Verloopt van het ventromediale deel van het os ilium en de binnenzije van het
achterste deel vna de crista iliaca naar de processus transversus van de
wervel L5.
o Is verweven met de anteriore en middelste laag van de fascia
thoracolumbalis.
, Door: Ilona van den Berg.
Samenvatting De lendenwervelkolom en het bekken, lagerugpijnklachten en fysiotherapie.
Een functioneel-anatomische beschouwing van het bekken. Blz. 16-26.
Tijdens en direct na de zwangerschap is de symphysis pubica beweeglijk, verder is deze
vrijwel onbeweeglijk. Aan de achterzijde is het os sacrum als een dubbele wig gedreven in de
bekkenring, gedreven vanaf craniaal en ventraal.
In het frontale vlak een wig met de basis naar craniaal en in het transversale vlak een
incomplete wig met de basis naar ventraal.
Nuteren
Onder invloed van axiaal inwerkende krachten vanaf de romp, verplaatst de bovenrand van
het os sacrum zich tijdens de bipedale rechtopstaande positie naar ventraal en caudaal. Het
os sacrum wordt als een vooroverkantelende wig verder in de bekkenring gedreven. Dit
noem je nuteren. De gewrichtsvlakken van het os sacrum schuiven langs de
gewrichtsvlakken van de beide bekkenhelften. Het vooroverkantelen van het os sacrum als
deelbeweging van het nuteren betekend dat de punt van het os sacrum zich naar dorsaal en
craniaal verplaatst.
Vormsluiting
- De wigvorm, de getordeerde gewelfde vorm van de gewrichtsvlakken en de
wasbordstructuur van het gewrichtsoppervlak (richels en groeven) garanderen de
toenemende stabiliteit tijdens axiaal belasten.
- Wanneer de wervel L5 in ventrocaudale richting verplaatst tijdens axiaal belasten in
bipedale positie impliceert toenemende spanning in de iliolumbale ligamenten,
hierdoor worden de SI-gewrichten op elkaar gedrukt.
- De spanning van de dorsale en ventrale SI-gewrichten neemt tijdens nuteren toe.
- Nuteren van het os sacrum doet de spanning van de sacrotuberale ligamenten en de
sacrospinale ligamenten toenemen.
Hoe groter de inwerkende krachten, des te stabieler de positie van het os sacrum in de
bekkenring.
In unipedale rechtopstaande positie moet de SI-verbinding ook op enig moment stabiels zijn.
Het vormsluitingsmechanisme geldt nu enkelzijdig in sterkere mate.
Aan de kant van het standbeen levert een stabiele vormsluiting van het SI-gewricht een
stabiele basis op voor de lendenwervelkolom. Er wordt een groter appel gedaan op de
dwarsgestreepte spieren.
De hoek waaronder het os sacrum in de bekkenring is ingeplant, verschilt van mens tot
mens. Er worden drie bekkentypen onderscheiden:
- Hoog-assimilatiebekken
o Hypermobiliteitsbekken
o Gerelateerd aan sacralisatie
- Normale bekken
o Blokkeringsbekken
- Horizontale bekken
o Overbelastingsbekken
o Gerelateerd aan lumbalisatie, ossale anomalie en isthmische spondylolisthesis
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Lo0ntje. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $10.18. You're not tied to anything after your purchase.
