Doelgroep; DSM-5
Verstandelijke beperking (een verstandelijke ontwikkelingsstoornis) begint gedurende de
ontwikkelingsperiode voor het 18de levensjaar, met beperkingen in zowel het verstandelijke
als het adaptieve functioneren, in het conceptuele, sociale en praktische domein.
Er moet voldaan worden aan de volgende drie criteria:
A. Deficiënties in de intellectuele functies, zoals redeneren, probleem oplossen, plannen,
abstract denken, oordelen, schools leren en leren door ervaringen, hetgeen bevestigd
moet worden door zowel een klinische beoordeling als een geïndividualiseerde,
gestandaardiseerde intelligentietest.
B. Deficiënties in het adaptieve functioneren die ertoe leiden dat de betrokkene niet kan
voldoen aan de ontwikkelings- en sociaalculturele standaarden van persoonlijke
zelfstandigheid en sociale verantwoordelijkheid. Zonder blijvende ondersteuning
beperken de deficiënties in het aanpassingsvermogen het functioneren in een of meer
aspecten van het dagelijks leven, waaronder communicatie, deelname aan het sociale
leven, schools of beroepsmatig functioneren en persoonlijke zelfstandigheid thuis of in
de directe sociale omgeving.
C. De deficiënties in de verstandelijke functies en het aanpassingsvermogen beginnen
gedurende de ontwikkelingsperiode
Specifiëren van ernst: 317. Licht, 318. Matig, 318,1 Ernstig, 318,2 Zeer ernstig
NAH voor 18de levensjaar wordt aangeduid als een verstandelijke beperking.
Oorzaken verstandelijke beperking:
• Oorzaak +/- 50% bekend
• Genetische afwijking/ syndroom (vaker bij IQ<50)
• Stofwisselingsziekten
• Problemen tijdens zwangerschap/ geboorte
• Infectie tijdens de zwangerschap; rodehond
• Zuurstoftekort tijdens de geboorte (vaak als reden)
• NAH < 18e jaar
Vaak op latere leeftijd komen nog andere problemen naast de verstandelijke beperking naar
voren zoals autisme, ADHD en medische problemen (schildklierproblemen, hartproblemen,
dementie). Wees hier alert op.
Bij 50-80% van de mensen weten we welk syndroom daar speelt. Vaak bij een IQ onder de 50
worden er vooral syndromen in kaart gebracht.
In kaart te brengen met Klinisch genetica onderzoek.
Doelgroep – cijfers:
• In Nederland: +/- 440.000 kinderen tussen de 5-18e aar met een ZB/LVB
142000 mensen met een IQ onder de 70. De helft (68000) heeft een IQ van onder de 50
(ernstige tot matige beperking). 74000 mensen met een IQ tussen de 50 en 70.
2,2 miljoen mensen hebben een IQ van onder de 85. Dat betekent dat zij een grote
ondersteuningsvraag hebben (of dit nu in de gehandicaptenzorg is of niet). Ze zijn wel
zelfstandig maar ze zijn kwetsbaar op economisch gebied en school = zwakbegaafdheid
1,4 miljoen heeft een zorgvraag.
Niveaus van VB gehanteerd in het werkveld:
• Zwakbegaafd – IQ 70-85
• LVB – IQ 50-70
• MVB – IQ 35-50
• EVB – IQ 20 -35 (lage betrouwbaarheid)
• ZEVB – IQ <20 (lage betrouwbaarheid)
Én adaptief (wat kunnen ze praktisch), sociaal (snappen ze wat er gebeurt, is het te vergelijken
met het intelligentieniveau?), emotioneel (is het te vergelijken met het intelligentieniveau?),
communicatie (is het te vergelijken met het intelligentieniveau?) —> classificatie
→ veel disharmonische profielen. Cliënt heeft een IQ van bijv. 65 en een disharmonische
emotionele ontwikkeling en sociale ontwikkeling. De vraag is dan waar ga je op focussen?
Zeer ernstig (meervoudig) verstandelijke beperking:
• IQ 20 -35
• Multidisciplinaire ondersteuningsvraag
• 10.000 mensen bekend met een zeer ernstig (meervoudig) verstandelijke beperking
Licht verstandelijke beperking:
• IQ 50-70
• Ontwikkelingsleeftijd 9-12jaar
• Zwakbegaafdheid is niet altijd het passende woord. Probeer als orthopedagoog altijd te
kijken naar hoe eerder het gedrag is beschreven bijvoorbeeld moeilijk lerend.
• 2,2 miljoen/ 1,4 miljoen?
Hoe kan je het herkennen?
Woorden niet goed gebruiken, niet punctioneel, aan het uitelijk kan je het niet altijd zien, op
educatief gebied komen ze tot MBO2 niveau, merken aan de ouders.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller shanna2001. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.18. You're not tied to anything after your purchase.