H3. Eukaryote micro-organismen
1. De supergroepen
Eukaryote micro-organismen worden sinds 2004 onderverdeeld in 5 supergroepen:
1. Excavata
▪ = Eencellige MO met 1 of meerdere flagellen
▪ Hebben meestal geen celwand + bij veel MO ontbreken mitochondriën → hierdoor
worden ze als amitochondriata bestempeld
▪ Zijn heterotroof → ze zijn dus afhankelijk van andere organismen
▪ Nemen voedsel op via fagocytose (meestal via een celmond)
→ Fagocytose = het proces waarbij het membraan van een cel vaste deeltjes (bv.
cellen) omsluit en deze vervolgens verteerd
▪ 3 subgroepen:
1) Fornicata
- Bevatten flagella
- Bevatten geen mitochondriën
- Bv. Giardia lamblia
→ = Een ééncellige parasiet die aan binnenkant dunne darm leeft
→ Je loopt een infectie op door contact met besmette stoelgang
→ De overdracht gebeurt door eten of drinken van besmet voedsel
OF direct van mens of dier op mens
→ Overdracht tussen mensen komt vaker voor in België
→ In koud water kan de parasiet tot 2 à 3 maanden overleven
2) Parabasalia
- Bevatten flagella (meestal) + mitochondriën
- Bv. Trichomonas vaginalis
→ = Een parasitair levend protozoön met 5 flagella die leeft in een
milieu met een pH van 5,5 tot 6,0 in vagina en urethra
→ Veroorzaakt vaak geen symptomen bij mannen → mannen kunnen
de infectie wel overbrengen
→ Veroorzaakt bij vrouwen vaginaal ongemak + afscheiding
→ Als het onbehandeld blijft kan het complicaties tijdens de
zwangerschap veroorzaken
→ Grootte is ± 20µm
→ Is in staat tot fagocytose van verschillende cellen
→ Bij een lagere zuurgraad dan 5,5 verandert de trofozoïde vorm
(met flagellen) in de cysteuse vorm (vorm waarin de parasiet geen
klachten geeft maar wel kan overleven)
, 3) Euglenozoa
- Bevat 2 flagellen + een stigma/oogvlek (om licht te voelen) + chloroplasten
voor fotosynthese
- Er bestaan zowel fotosynthetiserende als niet fotosynthetiserende soorten
- MO die tot deze groep behoren zijn meestal niet pathogeen
- Bv. Trypanosoma cruzi
→ Veroorzaakt de ziekte van Chagas → ziekte wordt verspreid door
insectenbeten
→ Veroorzaakt de Afrikaanse slaapziekte (dodelijk) → de parasiet
koloniseert bloed + hersenen na beet van tseetseevlieg
2. Rhizaria
▪ Worden wortelpotigen genoemd omdat hun sterk uiteenlopende schijnvoetjes op
wortels lijken
→ Ze gebruiken deze schijnvoetjes om voort te bewegen
▪ Hebben geen celwand → veel MO die tot deze groep behoren hebben kunnen wel
een hard kalkskelet maken wat zorgt voor gemakkelijke fossilisatie
3. Chromalveolata
▪ = Een supergroep met autotrofe, fotosynthetiserende micro-organismen
▪ Hebben een celwand van cellulose
▪ Gebruiken chlorofyl om zonlicht + CO2 om te zetten naar suikers
→ De omzetting gebeurt in de chloroplasten
▪ Voortplanting verloopt zowel ongeslachtelijk (door mitose) als geslachtelijk (door
zygotevorming)
▪ De meeste worden ‘algen’ (verzamelnaam voor alle ééncelligen die in water leven +
aan fotosynthese doen) genoemd
→ Deze verzamelnaam bevat de Chromalveolata, een deel van de Archaeplastida en
de cyanobacteriën
→ Algen kunnen problemen veroorzaken door het verstoppen van waterleidingen,
het afgeven van toxische stoffen of het groeien in zwemwater
▪ Tot de Chromalveolata behoren:
➢ De bruinwieren
- = Eén- en meercellige wieren
- Planten zich zowel ongeslachtelijk als geslachtelijk voort
- Bv. de Blaaswier → komt veel voor aan onze kust + is herkenbaar
aan de bruine kleur en kleine blaasjes waardoor het blijft drijven
➢ De diatomeeën of kiezelwieren
- = Eéncellige wieren die hun celwand verstevigen met kiezelzuur
- Vormen een groot deel van het fytoplankton
- Fossiliseren gemakkelijk
- Vele bewegen zich voort d.m.v. flagellen aan beide uiteinden (axis).
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller nimarnatin. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.98. You're not tied to anything after your purchase.