100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting - biologische antropologie - deel 2 $8.08   Add to cart

Summary

Samenvatting - biologische antropologie - deel 2

1 review
 75 views  5 purchases
  • Course
  • Institution

Dit is een volledige samenvatting van het tweede boek van het boek van Biologische Antropologie door Lieven Pauwels. Deze samenvatting is gebaseerd op het boek, de notities en de slides. (Het eerste boek is ook beschikbaar)

Preview 4 out of 73  pages

  • May 15, 2023
  • 73
  • 2022/2023
  • Summary

1  review

review-writer-avatar

By: notebaertlara • 6 months ago

avatar-seller
HOOFDSTUK 1: VAN BIOLOGISCH
POSITIVISME NAAR BIOSOCIALE
CRIMINOLOGIE
INLEIDENDE BEDENKINGEN
Denken over betrokkenheid bij delictgedrag gebeurt al lang:
 Griekse filosofen: Plato: sociaal geaccepteerd handelen = wanneer men de doelen gaat na streven zonder
schade aan de mede mens toe te brengen
 Verlichtingsfilosofien: Immanuel Kant, John Locke, David Hume, Jeremy Bentham
o Criminaliteitspreventie gebeurd best door de kosten-
batenanalyse te beïnvloeden -> invloed: strafrecht en Jeremy bentham: 2 belangrijkste factoren
algemeen en specifieke preventie via (dreiging met) van de beslissing van mensen:
straffen nutsmaximalisatie en vermijden van pijn
 19e eeuwse positivisme: theoretische ideeën moeten
nagegaan worden door de realiteit te observeren
o Verschuiving van de daad naar de persoon van de dader en bijkomende kenmerken

Positivisme:
 Biologisch positivisme = oorzaak van delict gedrag gaan zoeken in biologische factoren
 Psychologisch positivisme = oorzaak van delict gedrag gaan zoeken in de individu
 Sociologisch / sociaal positivisme = oorzaak van delict gedrag gaan zoeken in de sociale leefomgeving

BIOLOGISCH POSITIVISME
Jean Baptiste della Porte: stichter van de fysiognomie
 Fysiognomie = het bestuderen van lijken van dader om te kijken naar bepaalde veel voorkomende
lichaamskenmerken
 Vb: lange wenkbrauwen , grote lippen, primitieve schedels
 Eerste volgeling: Johan Kasper Lavater

Frans Joseph Gall Tiefenbronn: ontwikkelde de cranioscopie
 Cranioscopie = de studie omtrent het meten van schedels (vorm, anatomie, structuur, samenstelling)
 Werd door Johan Spurzheim omgevormd naar de frenologie

Biologische / antropologische school:
 Voorvechters: Cesare Lombroso, Raffaele Farofalo & Enrico Ferri
 Namen geen vliegende start
 Werden foutief beïnvloed door ‘the survival of the fittest’ van Darwin
 Idee: biologische afwijkingen liggen aan de basis van de ontwikkeling van een individu tot een recidivist,
beroepsdader, moordenaar, serieverkrachter …
 Gevolg: men ging dader als een aparte categorie bekijken en behandelen (niet straffen)

Aanhangers van oude positivisme -> eugneticabeweging:
 Eugenetica = onderzoek naar het verbeteren van de genetische kenmerken in eennbevolkingsgroep
 Werd misbruikt -> vb: sterilisatiepraktijken van zwakzinnigen

, DE VROEGE CRIMINELE ANTROPOLOGIE VAN LOMBROSO

Ging meer de focus leggen op de dader en minder het misdrijf zelf
 Betrokkenheid bij delict gedrag: verklarend door de afwijkende pathologische
toestand van de dader

Onderzocht militairen en geesteszieken -> kijken naar de uiterlijke fysiologische
kenmerken / uiterlijke stigma
 Nadruk op de crimineel antropometrie: de wetenschap die zich toelegde op de
afmetingen en verhoudingen van het menselijke lichaam die het mogelijk
diende te maken om daders al vroeg te onderscheiden

Ontstaan van atlas in l’uomo delinquente
 Duidde de specifieke stigmata van de verschillende criminele types aan
 Vb: de geboren crimineel -> had negatieve connotatie en reactie bij de bevolking
 Vb: passionele dader of occasionele dader
Oud Sociaal Verweer = een stroming in het
Geloofde NIET in vrije wil
strafrecht waarbij de bescherming van de
Geloofde NIET in de veranderlijkheid van de mens
samenleving tegen de verstokte recidivist als
Visie past binnen het strafrechtelijk beleid van het oud Sociaal
een rode draad doorheen het arsenaal aan
verweer
maatregelen liep



Kritiek op Lombroso:
Charles Goring: bekritiseerd de klemtoon van Lombroso op uiterlijke stigma op basis van
verzamelde gegevens van Britse gedetineerde, waarvan het merendeel niet leek te beschikken
over de atavistische kenmerken


DE CRIMINOLOGIE VAN ENRICO FERRI
Voortzetten en uitbreiden van de theorie van Lombroso
Geloofde NIET in vrije wil
Geen pure aanhanger van het biologisch determinisme -> had ook oog voor het sociale aspect

Was politiek actief: sociale veranderingen doorvoeren die criminogene condities diende aan te
pakken:
 Vb: betere huisvesting
 Vb: geboortecontrole

Boek: Sociologia criminale: onderscheid 5 types van daders:
1) De geboren crimineel
2) Geesteszieke crimineel
3) Gepassioneerde crimineel
4) Gelegehenheidscrimineel
5) Gewoontedader

DE CRIMINOLOGIE VAN RAFFAELE GAROFALO

Onder invloed van het sociaal darwinisme

Natuurlijke misdrijven = misdrijven die indruisen tegen de menselijke natuur en het
voortbestaan van de menselijke soort bedreigen

Delict gedrag: overtreden van 2 elementen:
1) Pity = medelijden: de verafschuwing van het vrijwillig toedienen van leed aan anderen
2) Probity: het respect voor andermans eigendom

, DE CRIMINEEL-ANTROPOLOGISCHE SCHOLENSTRIJD EN DIENS ONDERGANG

Ontstaan van Franse milieu school gebouwd rond Alexander Lacasagna
 Zette zich enorm af tegen de Antropologische school van Lombroso

Visie: de betrokkenheid bij delictgedrag komt voort uit een ontaarde sociale milieu
 Dit kwam vooral voor bij de arbeidersklasse
 Effecten van het milieu -> de 3 plagen: Alcoholisme, syfilis en tuberculose


Opmerkelijk: beide scholen liggen niet ver
van elkaar omwille van de verwijzing naar
het ‘Lamarckisme’ = het overerven van
verworven eigenschappen


DE AMERIKAANSE NAVOLGERS VAN HET BIOLOGISCH DETERMINISME

Earnest Albert Hooton:
 Classificatie van rassen op basis van uitwendige zichtbaar tekenen
 Tegen atavismehypothese vanaf Lombroso
 Vond steekproef van Lombroso te klein

Karl Pearson: onderzocht bivariate samenhang
tussen kenmerken -> maw correlatiecoëfficiënt

 Hooton gebruikte dit om metingen te doen:
o geen correlatie gevonden tussen het aantal veroordelingen en fysieke kenmerken (zoals:
lichaamsgewicht, haarkleur, sterkte van spieren, neuslengte, oorlengte, lichaamsgrootte)
o vond een correlatie tussen betrokkenheid bij delict gedrag en racial kenmerken -> maar deze werd al
vlug onderuit gehaald
o Vond correlatie met sociologische eigenschappen (vb: opgroeien in een gebroken gezin)

 boek: ‘the American Criminal’ & ‘crime and the man’
 kritiek: hij geloofde in de eugenetica-beweging waarbij men individuen betrokken bij delictgedrag,
gesteriliseerd moeten worden
 visie: besparen van toekomstig leed

Ernst Kretchmer en William Sheldon:
 Bio-somatische benadering: het bestuderen van relatie tussen de misdadigheid en de lichaamsafmetingen
 Ontwikkelen van typologieën die gebaseerd zijn op biologische constitutie
 Constitutie: lichaamsbouw + persoonlijkheid +
temperament




Typologieën van William Sheldon:
 Endomorf:
o Ronde dikke vormen, korte ledematen, smalle beenderen, zachte huid
o Ontspanning, lekker eten, gezelligheid, luxe, behoefte aan affectie en reageert traag op prikkels
 Mesomorf:
o Atletisch, brede borstkas, polsen en handen zijn gespierd
o Gespierd, sterk, neigt naar verhoogde activiteit, dynamisch, avontuurlijk, moedig, lawaaierig,
assertief, dominant en agressief
o Meest delinquenten in dit type
 Ectomorf:
o Mager, breekbaar, smal beenderstelsel, afhangende schouders, smal gezicht, scherpe neus
o Introvert, sociaal geremd, overgevoelig voor prikkels

, DE BELGISCH ECLECTISCHE CRIMINELE ANTROPOLOGIE VAN LOUIS VERVAECK
Tegenstelling ook in België aan de orde (italiaanse en franse school die zeggen dat vrije wil niet
bestaat vs klassieke rechtsdenken dat de klemtoon legt op de vrije wil)

Société d’Anthropologie de Bruxelles: houdt zich bezig met de vergelijkende antropometrisch
onderzoek

Louis Vervaeck (Belgische Lombroso):
 Vertegenwoordiger van de criminele antropologie in België
 Stichter van de Belgische Antropologische dienst in de gevangenis: studie van
veroordelen
 Werken omtrent: tatoeage en landloperij

Landloperij:
 Werd gezin als een acuut gevaar voor de samenleving
 Studie gaf dubbel resultaat:
 Heeft een eclectische o groep met de oorzaak vanuit de sociale milieu
theoretische aanpak: vele o Groep dat men noemt ‘eeuwige landloper’
verschillende theorieën bij
elkaar
 Nieuwe dadersclassificatie
 Determinatie: erfelijkheid en sociale/morele omgeving
 Types:
 Accidentele crimineel Sociale omgeving / milieu
 Occasionele crimineel
 Gewoonte crimineel Milieu en erfelijkheid
 Gedegenereerde crimineel
 Morele geestesgesteldheid
Erfelijkheid -> verwijst bescheiden naar de
 Crimineel krankzinnigheid
geboren crimineel, MAAR: is er wel zeker
van dat een gunstige milieu de erfelijke
voorbestemdheid kan doen omkeren

PSYCHOLOGISCH POSITIVISME
De theorie van de persoonlijkheid: een zekere organisatie van de persoonlijkheid, ontwikkeld binnen een sociale
context, zou uitmonden in misdadig gedrag

Psychologische theorieën: individuele karakteristieken van een individu is de primaire factor van verklaring van
misdadig gedrag

Henry Goddard:
 Visie: zwakzinnigheid als de belangrijkste oorzaak van betrokkenheid bij delictgedrag
 Bestudeerde de Kallikak familie
 Vertaalde de ‘Binet-intelligentietest’ -> verspreidde deze, omdat men vond dat deze
meer moest gebruikt worden in maatschappelijke instellingen
 Hielp de ontwikkeling van de klinische psychologie
 Vb: gebruikte “idioot” als klinische term
 In 1911: Hielp aan de wet omtrent het speciaal onderwijs voor blinde, dove en
kinderen met een mentale achterstand
 In 1914: eerste psycholoog in de rechtbank die Conferntie: stelde classificatie van IQ voor:
verklaarde dat beperkte intelligentie zorgde voor IQ: 0-25 = idioot ongeschikt voor de
beperkte strafrechtelijke verantwoordelijkheid samenleving -> moet verdwijnen (sterilisatie of
 Eind carrière: verbetering in onderwijs, hervormen van institutionalisering)
milieu-invloeden en betere opvoedingsmethoden IQ: 26-50 = imbeciel
IQ 51-70 = moron

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller febevandamme. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $8.08. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67474 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$8.08  5x  sold
  • (1)
  Add to cart